191 - Jezus |
22/09/16
|
Het reinigen van de menselijke natuur in Jezus doet me wat denken aan het ontwikkelen van een serum. Soms is daar een host voor nodig. Die Host was Jezus, de mensenzoon. Door de Geest Gods in Jezus was er in Hem reinheid. De door hoogmoed vervuilde en met zelfzucht besmette menselijke natuur die Hij, Zelf zuiver zijnde, droeg, werd door het lijden in Jezus wederom gezuiverd en daardoor dus weer verenigbaar met de reine Goddelijke natuur, Zijn leven en lijden werd tot een serum.
Dat serum heet 'de leer van liefde'. Liefde tot God bovenal en de naaste als zichzelf. Wie dat tot zich neemt en dus navolgt kan nu ondanks de eigen verontreinigde natuur van de mens toch worden herenigd met God.
Als water is verontreinigd kan het met rein water niet rein worden gemaakt, andersom wel, een druppel besmet water kan een flinke plas rein water verontreinigen. Wat God deed was in Jezus de menselijke natuur aantrekken, maar daarmee verenigen kon pas na het lijden. Het lijden was de manier om de materie, te reinigen. Door verhitting reinigen wij water. Door strijd en wrijving vindt in de natuur uitscheiding van het onreine plaats. Een broeierige ontsteking drijft de lichaamsvreemde stoffen uit. Dat is lijden, maar levert wel degelijk genezing op.
Zo werd in het lichaam van Jezus, door God Zelf, de strijd en het lijden op Zich genomen opdat de wereldse natuur van de mensheid werd gereinigd en er verheerlijking plaats kon vinden. Verheerlijking als in hereniging tussen de reine Goddelijke natuur en gereinigde menselijke natuur.
Maar nogmaals, dat serum, het volgen van de leer van liefde, dient elk mens dan wel uit vrije wil tot zich te nemen. God steekt in Jezus Zijn hand uit. Wij zullen alleen uit onze liefdeloze ellende kunnen worden geholpen als we die hand grijpen.
Zo krijg ik het ingegeven, zo geef ik het weer.
Dat serum heet 'de leer van liefde'. Liefde tot God bovenal en de naaste als zichzelf. Wie dat tot zich neemt en dus navolgt kan nu ondanks de eigen verontreinigde natuur van de mens toch worden herenigd met God.
Als water is verontreinigd kan het met rein water niet rein worden gemaakt, andersom wel, een druppel besmet water kan een flinke plas rein water verontreinigen. Wat God deed was in Jezus de menselijke natuur aantrekken, maar daarmee verenigen kon pas na het lijden. Het lijden was de manier om de materie, te reinigen. Door verhitting reinigen wij water. Door strijd en wrijving vindt in de natuur uitscheiding van het onreine plaats. Een broeierige ontsteking drijft de lichaamsvreemde stoffen uit. Dat is lijden, maar levert wel degelijk genezing op.
Zo werd in het lichaam van Jezus, door God Zelf, de strijd en het lijden op Zich genomen opdat de wereldse natuur van de mensheid werd gereinigd en er verheerlijking plaats kon vinden. Verheerlijking als in hereniging tussen de reine Goddelijke natuur en gereinigde menselijke natuur.
Maar nogmaals, dat serum, het volgen van de leer van liefde, dient elk mens dan wel uit vrije wil tot zich te nemen. God steekt in Jezus Zijn hand uit. Wij zullen alleen uit onze liefdeloze ellende kunnen worden geholpen als we die hand grijpen.
Zo krijg ik het ingegeven, zo geef ik het weer.
190 - Je kunt kiezen |
20/09/16
|
Je kunt kiezen.
Je kunt kiezen wat je wilt denken. Als je je zorgen maakt, waarom kies je dan die gedachten? Je kunt het beter maar loslaten. Laat de gedachten die je belasten los. Dan kun je simpelweg 'zijn'. Weet dat de Vader voor alles zorgt, ook voor jou. Vertrouw erop.
Stel je haat iemand.
Dan heb je wellicht alle reden daartoe en kloppen je gedachten helemaal. Die haat verhindert echter dat de liefde, die de Vader voor je heeft, zich in jou manifesteert. De haat gedachten verhinderen de liefde. Laat los, en laat de liefde door je heen stralen.
Indien je jezelf op de duim kunt slaan, doe je dat dan? Nee, want je wilt die pijn niet. Waartoe wil je dan wel de pijn die je mentaal ervaart als de liefde Gods niet door je heen kan stromen. Waarom kies je daarvoor?
Je kunt kiezen wat je wilt denken. Als je je zorgen maakt, waarom kies je dan die gedachten? Je kunt het beter maar loslaten. Laat de gedachten die je belasten los. Dan kun je simpelweg 'zijn'. Weet dat de Vader voor alles zorgt, ook voor jou. Vertrouw erop.
Stel je haat iemand.
Dan heb je wellicht alle reden daartoe en kloppen je gedachten helemaal. Die haat verhindert echter dat de liefde, die de Vader voor je heeft, zich in jou manifesteert. De haat gedachten verhinderen de liefde. Laat los, en laat de liefde door je heen stralen.
Indien je jezelf op de duim kunt slaan, doe je dat dan? Nee, want je wilt die pijn niet. Waartoe wil je dan wel de pijn die je mentaal ervaart als de liefde Gods niet door je heen kan stromen. Waarom kies je daarvoor?
189 - Geloof |
14/09/16
|
'U geschiede naar uw geloof.'
'Zo sprak en spreek Ik. Indien jullie weten dat een ander jullie geen hand gaat geven, geven jullie zelf ook geen hand. Het geloof is als het uitsteken van jullie hand, dan leg Ik Mijn hand erin. Dat wil Ik al zo lang. Ik kan dat echter pas doen als jullie je hand naar Mij uitsteken, kortom als jullie geloven. Ik geef niet omdàt jullie geloven, Ik geef altijd, alleen kunnen jullie het niet aannemen, want jullie 'zien' het niet, en zijn het jullie dus niet bewust.
Er zijn mannen die vrouwen geen hand willen geven uit geloofsovertuiging. Indien de vrouw dat weet, dan gaat ze zelf toch ook geen hand aanbieden. Indien Ik, jullie Vader, zie dat jullie je hand niet 'willen' uitsteken, dan ben Ik genoodzaakt om Mijn gaven in te houden. Toch blijf Ik ze wel aanbieden, hoewel Ik voortdurend wordt genegeerd. En jullie? Indien jullie foutieve overtuiging is, dat Ik niet geef, niet voorzie, niet help e.d., dan steken jullie a.h.w. je hand ook niet uit, juist dat is het ongeloof.
Ik zal jullie nooit iets opdringen, nee, want dan worden jullie gedwongen het aan te nemen. Dat is geen vrijheid. En hoofdprincipe van jullie bestaan uit Mij is dat jullie vrij zijn in wat jullie willen en kiezen. Jullie iets opdringen berooft jullie van die vrijheid. Dat doe Ik nimmer. Nu, dan is er een patstelling. Ik bied jullie vele gaven aan, jullie denken dat Ik dat niet doe, want jullie zien het niet, en Ik kan vervolgens die gaven dan ook niet aan jullie kwijt. We staan a.h.w. bij elkaar zonder elkaar de hand te 'kunnen' drukken.
We hebben elkaar beide nodig. Ik, omdat Ik zo enorm veel van jullie houdt, en jullie, omdat jullie, zonder Mij en Mijn gaven van liefde, in grote geestelijke armoe en in groot geestelijk lijden ten onder dreigen te gaan.
Dus nogmaals: Mijn gaven van liefde staan klaar. Jullie kunnen dat niet zien opdat jullie vrij zullen zijn. Jullie geloof zal zijn als de uitgestoken hand om die gaven aan te kunnen nemen. Dat geloof is nu juist te vinden door lief te hebben. De liefde, alles gelooft zij. Wie jullie lief hebben, die vertrouwen jullie. Mijn uitgestoken hand van liefde wacht op jullie uitgestoken hand van liefde opdat we elkaar zullen lief hebben. Die liefde overigens is nu net de grootste gave die Ik jullie aanbied.
Amen.'
'Zo sprak en spreek Ik. Indien jullie weten dat een ander jullie geen hand gaat geven, geven jullie zelf ook geen hand. Het geloof is als het uitsteken van jullie hand, dan leg Ik Mijn hand erin. Dat wil Ik al zo lang. Ik kan dat echter pas doen als jullie je hand naar Mij uitsteken, kortom als jullie geloven. Ik geef niet omdàt jullie geloven, Ik geef altijd, alleen kunnen jullie het niet aannemen, want jullie 'zien' het niet, en zijn het jullie dus niet bewust.
Er zijn mannen die vrouwen geen hand willen geven uit geloofsovertuiging. Indien de vrouw dat weet, dan gaat ze zelf toch ook geen hand aanbieden. Indien Ik, jullie Vader, zie dat jullie je hand niet 'willen' uitsteken, dan ben Ik genoodzaakt om Mijn gaven in te houden. Toch blijf Ik ze wel aanbieden, hoewel Ik voortdurend wordt genegeerd. En jullie? Indien jullie foutieve overtuiging is, dat Ik niet geef, niet voorzie, niet help e.d., dan steken jullie a.h.w. je hand ook niet uit, juist dat is het ongeloof.
Ik zal jullie nooit iets opdringen, nee, want dan worden jullie gedwongen het aan te nemen. Dat is geen vrijheid. En hoofdprincipe van jullie bestaan uit Mij is dat jullie vrij zijn in wat jullie willen en kiezen. Jullie iets opdringen berooft jullie van die vrijheid. Dat doe Ik nimmer. Nu, dan is er een patstelling. Ik bied jullie vele gaven aan, jullie denken dat Ik dat niet doe, want jullie zien het niet, en Ik kan vervolgens die gaven dan ook niet aan jullie kwijt. We staan a.h.w. bij elkaar zonder elkaar de hand te 'kunnen' drukken.
We hebben elkaar beide nodig. Ik, omdat Ik zo enorm veel van jullie houdt, en jullie, omdat jullie, zonder Mij en Mijn gaven van liefde, in grote geestelijke armoe en in groot geestelijk lijden ten onder dreigen te gaan.
Dus nogmaals: Mijn gaven van liefde staan klaar. Jullie kunnen dat niet zien opdat jullie vrij zullen zijn. Jullie geloof zal zijn als de uitgestoken hand om die gaven aan te kunnen nemen. Dat geloof is nu juist te vinden door lief te hebben. De liefde, alles gelooft zij. Wie jullie lief hebben, die vertrouwen jullie. Mijn uitgestoken hand van liefde wacht op jullie uitgestoken hand van liefde opdat we elkaar zullen lief hebben. Die liefde overigens is nu net de grootste gave die Ik jullie aanbied.
Amen.'
188 - De geest in ons. |
12/09/16
|
Het gewaar worden van de geest in ons ervaren we als een diepere bewustwording. Vergelijk het met het snappen van een cryptogram. Daar kan het zijn dat men geen idee heeft wat er wordt bedoeld en dat men het zich later ineens bewust wordt. Er ontstaat een dieper begrijpen, een intensere bewustwording en een dieper besef dat er eerst niet was. Zo ook de geest in de ziel, die geest nl zit eerst nog afgedekt met uiterlijkheden, een soort uiterlijke aanslag, verborgen in de ziel. Want de ziel is vrijwel altijd te veel op waarneming naar buiten gericht. Die neiging om zich op het uiterlijke, het materiële te richten is als 'vuil' dat de geest vertroebelt.
Een mogelijk behulpzame manier om dat te begrijpen kan het beeld van een wateroppervlak zijn zoals het oppervlak van het water in een viskom. De ziel kan zich naar twee kanten van haar oppervlak richten, naar binnen of naar buiten. Van beide kanten krijgt ze een weerspiegeling. Aan de onderzijde van de binnenkant, aan de bovenzijde van de buitenkant. Is de ziel nu vooral geneigd op wat ze van buiten tot zich krijgt, dan ziet ze alleen dat en is zich ook alleen daarvan bewust. We kennen het verschijnsel dat als je op een vijver kijkt, je niet of nauwelijks de bodem kunt zien omdat het licht zo sterk weerspiegeld in het oppervlak. Zo ook de ziel, ze ziet in haar oppervlak alleen weerspiegeld wat buiten haar is, en niets of zeer weinig van wat in haar is en ze is zich daar dan ook dien overeenkomstig niet van bewust. Ze is zich niet bewust van innerlijke beelden, en vrijwel alleen bewust van uiterlijke beelden.
Indien de ziel zich meer en meer afwendt van de uiterlijke beelden, dienen zich als vanzelf de innerlijke beelden aan. Maar niet eerder dan dat ze zich bewust en oprecht voorneemt om bij voorbeeld af te willen zien van materiële genoegens e.d. zoals b.v. vermaak en verstrooiing op TV en computer e.d. En dat dan niet omdat het 'moet' maar omdat de ziel er geen vreugde meer aan beleefd en zich alleen nog verheugd in het bezig zijn met de dingen van de geest, omdat zogezegd de ziel zich uitsluitend met de liefde Gods wil bezig houden.
Het verschijnsel ziel en geest kan wellicht ook met het volgende beeld begrepen kan worden: de ziel is als de kolk van een sluis. Ze dient zich uit vrije wil eerst te vullen met deemoed, zachtmoedigheid en liefde zoals de kolk zich dient te vullen met water. Pas als de ziel een gelijk niveau van liefde heeft als de inwonende geest gaan de sluisdeuren open. Dan is er ineens een open verbinding. Dus de ziel kiest zich vrijwillig te vullen met wat de geest al is, liefde, nederigheid en zachtmoedigheid. En als ze daarin gelijk is geworden aan de geest, dan stroomt die in haar over. En zie, dat zijn die diepere bewustwordingen, en dat zijn de rijkere inzichten waar voor die tijd de ziel zich geen voorstelling van kon maken omdat ze, nog ongelijk zijnde aan de geest, haar sluisdeuren nog gesloten hield.
Nog een beeld: een gasvlam wordt gevoed door gas dat steeds toestroomt. Ze brandt omdat ze gas is. De omgeving brandt niet. Indien nu de omgeving ook gas is, zal dat eveneens ontbranden, aangestoken door de gasvlam. De geest is als de gasvlam, en de ziel is als de omgeving daarvan. Indien de ziel vrijwillig de leer van liefde volgt (het gas) en daardoor gelijksoortig wordt aan de geest, zal ze van binnenuit ontstoken worden en even warm en licht als het vlammetje dat de geest al is.
Zie dit zijn allemaal beelden die omschrijven hoe wij mensen ziel zijn met een inwonende geest. Die geest slaapt ahw, de ziel is wakker en richt zich op ofwel de uiterlijke materiële wereld en haar leer of op de innerlijke wereld en haar liefde leer. De uiterlijke wereld leert dat het zaaks is om te verzamelen, te bezitten, te vermaken e.d., om kortom jezelf te dienen. De innerlijke geestelijke wereld leert dat het belangrijk is om te delen, de naaste te dienen en hen naar mogelijkheden het goede te doen. De geest zal ontwaken indien wij naastenliefde doen. De ziel zal daarmee nl op haar innerlijke geest gaan lijken en ze zullen één worden.
God is Geest en die Geest is liefde. Wij dragen daar een vonk van in onze ziel, dat is onze eigen geest. Onze geest is dus ook liefde, een liefde-vonk uit God. Indien wij als ziel kiezen om lief te hebben, iets waar we volkomen vrij in zijn, zal deze innerlijke geest zich in ons kenbaar maken. We zullen ons van de liefde warmte en de daarmee gepaard gaande inzichten bewust worden en op den duur zullen we geheel en al deemoedige liefde worden naar het evenbeeld van de Vader in Jezus.
Zo geeft de liefde Geest van Jezus het me in en zo geef ik het hier weer.
Een mogelijk behulpzame manier om dat te begrijpen kan het beeld van een wateroppervlak zijn zoals het oppervlak van het water in een viskom. De ziel kan zich naar twee kanten van haar oppervlak richten, naar binnen of naar buiten. Van beide kanten krijgt ze een weerspiegeling. Aan de onderzijde van de binnenkant, aan de bovenzijde van de buitenkant. Is de ziel nu vooral geneigd op wat ze van buiten tot zich krijgt, dan ziet ze alleen dat en is zich ook alleen daarvan bewust. We kennen het verschijnsel dat als je op een vijver kijkt, je niet of nauwelijks de bodem kunt zien omdat het licht zo sterk weerspiegeld in het oppervlak. Zo ook de ziel, ze ziet in haar oppervlak alleen weerspiegeld wat buiten haar is, en niets of zeer weinig van wat in haar is en ze is zich daar dan ook dien overeenkomstig niet van bewust. Ze is zich niet bewust van innerlijke beelden, en vrijwel alleen bewust van uiterlijke beelden.
Indien de ziel zich meer en meer afwendt van de uiterlijke beelden, dienen zich als vanzelf de innerlijke beelden aan. Maar niet eerder dan dat ze zich bewust en oprecht voorneemt om bij voorbeeld af te willen zien van materiële genoegens e.d. zoals b.v. vermaak en verstrooiing op TV en computer e.d. En dat dan niet omdat het 'moet' maar omdat de ziel er geen vreugde meer aan beleefd en zich alleen nog verheugd in het bezig zijn met de dingen van de geest, omdat zogezegd de ziel zich uitsluitend met de liefde Gods wil bezig houden.
Het verschijnsel ziel en geest kan wellicht ook met het volgende beeld begrepen kan worden: de ziel is als de kolk van een sluis. Ze dient zich uit vrije wil eerst te vullen met deemoed, zachtmoedigheid en liefde zoals de kolk zich dient te vullen met water. Pas als de ziel een gelijk niveau van liefde heeft als de inwonende geest gaan de sluisdeuren open. Dan is er ineens een open verbinding. Dus de ziel kiest zich vrijwillig te vullen met wat de geest al is, liefde, nederigheid en zachtmoedigheid. En als ze daarin gelijk is geworden aan de geest, dan stroomt die in haar over. En zie, dat zijn die diepere bewustwordingen, en dat zijn de rijkere inzichten waar voor die tijd de ziel zich geen voorstelling van kon maken omdat ze, nog ongelijk zijnde aan de geest, haar sluisdeuren nog gesloten hield.
Nog een beeld: een gasvlam wordt gevoed door gas dat steeds toestroomt. Ze brandt omdat ze gas is. De omgeving brandt niet. Indien nu de omgeving ook gas is, zal dat eveneens ontbranden, aangestoken door de gasvlam. De geest is als de gasvlam, en de ziel is als de omgeving daarvan. Indien de ziel vrijwillig de leer van liefde volgt (het gas) en daardoor gelijksoortig wordt aan de geest, zal ze van binnenuit ontstoken worden en even warm en licht als het vlammetje dat de geest al is.
Zie dit zijn allemaal beelden die omschrijven hoe wij mensen ziel zijn met een inwonende geest. Die geest slaapt ahw, de ziel is wakker en richt zich op ofwel de uiterlijke materiële wereld en haar leer of op de innerlijke wereld en haar liefde leer. De uiterlijke wereld leert dat het zaaks is om te verzamelen, te bezitten, te vermaken e.d., om kortom jezelf te dienen. De innerlijke geestelijke wereld leert dat het belangrijk is om te delen, de naaste te dienen en hen naar mogelijkheden het goede te doen. De geest zal ontwaken indien wij naastenliefde doen. De ziel zal daarmee nl op haar innerlijke geest gaan lijken en ze zullen één worden.
God is Geest en die Geest is liefde. Wij dragen daar een vonk van in onze ziel, dat is onze eigen geest. Onze geest is dus ook liefde, een liefde-vonk uit God. Indien wij als ziel kiezen om lief te hebben, iets waar we volkomen vrij in zijn, zal deze innerlijke geest zich in ons kenbaar maken. We zullen ons van de liefde warmte en de daarmee gepaard gaande inzichten bewust worden en op den duur zullen we geheel en al deemoedige liefde worden naar het evenbeeld van de Vader in Jezus.
Zo geeft de liefde Geest van Jezus het me in en zo geef ik het hier weer.
187 - Vuur |
06/09/16
|
Mijn kinderen,
Mijn Wezen is in het beeld van vuur goed herkenbaar. Vuur is warmte, licht en werking door de verbranding. Om vuur te krijgen dient er voldoende warmte te zijn, en dus kun je vuur doen ontbranden door warmte toe te voegen. Door steeds meer licht toe te voegen en geen warmte ontstaat geen vuur. Is er eenmaal voldoende warmte dan brandt het vuur en daarmee is er tevens het bijbehorende licht.
Flinke warmte ontwikkeling bewerkt licht en niet andersom. En dat is geestelijk ook zo. Liefde ontwikkeling geeft inzicht niet andersom. Deel liefde en je deelt inzicht. Ontbrandt in liefde en je zult wijsheid uitstralen. Maar probeer niet in liefde te ontbranden door flink veel kennis te vergaren, dat zal niet lukken. Kennis blijft koud en brengt geen liefde.
De warmte en het licht van vuur zijn één. Is de warmte er en dus het vuur, dan is ook het licht er, evenals de werking van het vuur, de verbranding. Is de liefde er, dan is ook de wijsheid aanwezig, evenals de werking van beide, de werkzame wil. Ze zijn met zijn drieën samen één, zoals in Mij liefde, wijsheid en wil één zijn.
De warmte is niet zichtbaar, die is voelbaar. De liefde van Mij als Vader is ook niet zichtbaar, die is eveneens voelbaar. Het licht is zichtbaar, niet voelbaar. Ik ben als Mijn wijsheid, Zoon, Jezus, zichtbaar, niet voelbaar. De werking van deze twee, de verbranding, zien we geestelijk in de ontwikkeling terug, ontstaan, groei en rijping, en (o)vergaan. Die werking dat ben Ik als Geest. Ik schep en vervolmaak het geschapene.
Zie, aldus ben Ik één, Vader, Zoon en Geest. Ik ben voor ieder innerlijk voelbaar en waarneembaar als Vader, Liefde. Ik ben voor mens en engel zichtbaar als Jezus, Woord en Wijsheid. En zo ben Ik ook voor elk schepsel de Geest in werking van geboorte, volgroeien, verouderen en overgang naar een volgende cyclus van ontstaan, telkens in een hogere vorm.
Zie middels Mijn Liefde en Wijsheid bewerkt Mijn Wil onfeilbaar de vervolmaking van Mijn schepping. Met ernst, geduld en barmhartigheid omgeef Ik de mens in zijn noodzakelijke pogingen op grond van eigen liefde, wijsheid en wil de vervolmaking van zijn ziel en innerlijke geest te bereiken. Mijn liefde, wijsheid en wil zullen de liefde, wijsheid en wil van de mens vervullen indien hij vrijwillig kiest om Mijn leiding te volgen.
De mens is als een vonkje uit Mijn vuur. Los van het vuur stelt het minuscule vonkje niet veel voor, weinig warmte, weinig licht en weinig werking. Maar verbonden met het vuur maakt het deel uit van de enorme warmte, het alles doordringende licht en de almachtige werking van het vuur. Elke vonk kan zich vrijwillig verbinden met Mij, maar kan dat ook laten. Ik verlang er naar om jullie allemaal te vullen met Mijn overgrote liefde en wijsheid. Ik zal echter niemand dwingen.
Amen.'
Mijn Wezen is in het beeld van vuur goed herkenbaar. Vuur is warmte, licht en werking door de verbranding. Om vuur te krijgen dient er voldoende warmte te zijn, en dus kun je vuur doen ontbranden door warmte toe te voegen. Door steeds meer licht toe te voegen en geen warmte ontstaat geen vuur. Is er eenmaal voldoende warmte dan brandt het vuur en daarmee is er tevens het bijbehorende licht.
Flinke warmte ontwikkeling bewerkt licht en niet andersom. En dat is geestelijk ook zo. Liefde ontwikkeling geeft inzicht niet andersom. Deel liefde en je deelt inzicht. Ontbrandt in liefde en je zult wijsheid uitstralen. Maar probeer niet in liefde te ontbranden door flink veel kennis te vergaren, dat zal niet lukken. Kennis blijft koud en brengt geen liefde.
De warmte en het licht van vuur zijn één. Is de warmte er en dus het vuur, dan is ook het licht er, evenals de werking van het vuur, de verbranding. Is de liefde er, dan is ook de wijsheid aanwezig, evenals de werking van beide, de werkzame wil. Ze zijn met zijn drieën samen één, zoals in Mij liefde, wijsheid en wil één zijn.
De warmte is niet zichtbaar, die is voelbaar. De liefde van Mij als Vader is ook niet zichtbaar, die is eveneens voelbaar. Het licht is zichtbaar, niet voelbaar. Ik ben als Mijn wijsheid, Zoon, Jezus, zichtbaar, niet voelbaar. De werking van deze twee, de verbranding, zien we geestelijk in de ontwikkeling terug, ontstaan, groei en rijping, en (o)vergaan. Die werking dat ben Ik als Geest. Ik schep en vervolmaak het geschapene.
Zie, aldus ben Ik één, Vader, Zoon en Geest. Ik ben voor ieder innerlijk voelbaar en waarneembaar als Vader, Liefde. Ik ben voor mens en engel zichtbaar als Jezus, Woord en Wijsheid. En zo ben Ik ook voor elk schepsel de Geest in werking van geboorte, volgroeien, verouderen en overgang naar een volgende cyclus van ontstaan, telkens in een hogere vorm.
Zie middels Mijn Liefde en Wijsheid bewerkt Mijn Wil onfeilbaar de vervolmaking van Mijn schepping. Met ernst, geduld en barmhartigheid omgeef Ik de mens in zijn noodzakelijke pogingen op grond van eigen liefde, wijsheid en wil de vervolmaking van zijn ziel en innerlijke geest te bereiken. Mijn liefde, wijsheid en wil zullen de liefde, wijsheid en wil van de mens vervullen indien hij vrijwillig kiest om Mijn leiding te volgen.
De mens is als een vonkje uit Mijn vuur. Los van het vuur stelt het minuscule vonkje niet veel voor, weinig warmte, weinig licht en weinig werking. Maar verbonden met het vuur maakt het deel uit van de enorme warmte, het alles doordringende licht en de almachtige werking van het vuur. Elke vonk kan zich vrijwillig verbinden met Mij, maar kan dat ook laten. Ik verlang er naar om jullie allemaal te vullen met Mijn overgrote liefde en wijsheid. Ik zal echter niemand dwingen.
Amen.'
186 - Geest/ziel. |
04/09/16
|
Vanmorgen maakte de Vader me dit duidelijk. Ik deel het graag met jullie...
Geest is kracht, ziel is substantie.
Stel je voor de lucht, de atmosfeer. Daarin zit een bepaalde hoeveelheid energie, warmte-energie. De kracht van de geest zit in de ziel ook. Lucht zie je niet. De warmte erin zie je ook niet. Ziel zie je niet en de geest erin zie je ook niet. Maar de werking van beide, die kun je wel waarnemen.
Zie, de lucht kan uit de zon warmte opnemen en daardoor ontstaan wolken. De opstijgende lucht ontmoet koelere luchtlagen en daar ontstaan de wolken, zichtbare lucht zou je kunnen zeggen. In de ziel ontstaan ook wrijvingen en die zich in ons gedrag uiten en aldus zichtbaar worden. Wrijvingen tussen warmere en koudere neigingen oftewel wrijving tussen neiging tot zelfzuchtige koude eigenliefde en de warmere naastenliefde, die in wezen de aard van elke mens is, worden in het gedrag van de mens zichtbaar.
De bewolking kan dikker en dikker worden en tot regen, onweer en storm leiden. En dat allemaal door warmte verschillen. De neigingen van de ziel kunnen sterker en sterker worden en tot steeds duidelijker gedrag van zelfzucht leiden. Woede, hebzucht, tomeloze hartstochten jagen als storm en onweer door de ziel.
De verschijnselen bij storm en onweer zijn regen, wind en bliksem. Alle drie brengen ze zegen, al kan het zijn, als je je er midden in bevindt, dat het je bang te moede wordt. Zo brengt ook de strijd van zelfzucht van alles te weeg hoewel dat, op zich bedreigend, toch altijd een zegen bewerkt. De strijd in de ziel brengt de mens bewustwordingen. De woede en hebzucht bewerken zowel in die mens zelf als ook in zijn omgeving lering en besef van het kwade van zelfzucht en haar effecten en dus indirect ook van het goede van naastenliefde.
Zie de warmte van de zon werkt in op de atmosfeer en roept daar a.h.w. gisting en werkingen op. De liefde-warmte van Gods Geest werkt in op de ziel en roept daar gisting en werkingen op. Diep verborgen in de ziel woont een geest die er in gelegd is door de Vader. Niet zichtbaar en imponderabel is die geest, want ze is kracht. Die kracht bevindt zich in een van de ziel nog afgesloten 'blaasje', een vlies als om de vrucht van een embryo. Je zou het een vonk van geestelijke warmte kunnen noemen, zoals er zich ook in de aarde diep weggestopt een kern van hitte bevindt. De aardkorst zelf is dan als het ware het vlies dat de vonk omsluit.
Die geestvonk is zelf ook kracht. Die kracht echter zal pas in de atmosfeer van de ziel uitstromen als die ziel als geheel door de zonnewarmte, dwz onder invloed van Gods Geest, zich vrijwillig heeft gericht op naastenliefde en daaraan gelijksoortig is geworden. Een gelijke temperatuur zou je kunnen zeggen. De atmosfeer, dwz substantiële ziel, en de kern van de aarde, dwz geest en haar kracht, zullen dan in de mens in elkaar overvloeien. Het licht, dat altijd de warmte begeleidt, dwz de bewustwording, zal dan de gehele atmosfeer van de ziel doorstromen. De atmosfeer en de innerlijke warmte, dwz de ziel en haar geest, zullen een zijn zoals in de zon de warmte en en de atmosfeer ook een zijn. De mens zelf is geestelijk een minizon geworden, in zichzelf volledig licht (bewustzijn van de geest uitgestroomd in de ziel) en met haar licht ook de ruimte in alle richtingen doordringend.
Wij zijn vrijwel allemaal nog een ziel met een vrij dik wolkendek in een onrustige atmosfeer. We begrijpen veelal niet eens dat we ziel en geest zijn. Er zullen nog heel wat stormen overheen moeten voor dat ons innerlijk reinere liefde tot God en de naaste zal hebben aangenomen. Wie bereid is te gaan lief hebben zal daarin de kracht vinden de eigen hartstochten te bestrijden. Het onweer dat daarmee gepaard gaat zal zegen brengen. God nl is Zelf liefde, en deze hele inrichting van het leven kan dan ook alleen maar liefde bewerken.
Geest is kracht, ziel is substantie.
Stel je voor de lucht, de atmosfeer. Daarin zit een bepaalde hoeveelheid energie, warmte-energie. De kracht van de geest zit in de ziel ook. Lucht zie je niet. De warmte erin zie je ook niet. Ziel zie je niet en de geest erin zie je ook niet. Maar de werking van beide, die kun je wel waarnemen.
Zie, de lucht kan uit de zon warmte opnemen en daardoor ontstaan wolken. De opstijgende lucht ontmoet koelere luchtlagen en daar ontstaan de wolken, zichtbare lucht zou je kunnen zeggen. In de ziel ontstaan ook wrijvingen en die zich in ons gedrag uiten en aldus zichtbaar worden. Wrijvingen tussen warmere en koudere neigingen oftewel wrijving tussen neiging tot zelfzuchtige koude eigenliefde en de warmere naastenliefde, die in wezen de aard van elke mens is, worden in het gedrag van de mens zichtbaar.
De bewolking kan dikker en dikker worden en tot regen, onweer en storm leiden. En dat allemaal door warmte verschillen. De neigingen van de ziel kunnen sterker en sterker worden en tot steeds duidelijker gedrag van zelfzucht leiden. Woede, hebzucht, tomeloze hartstochten jagen als storm en onweer door de ziel.
De verschijnselen bij storm en onweer zijn regen, wind en bliksem. Alle drie brengen ze zegen, al kan het zijn, als je je er midden in bevindt, dat het je bang te moede wordt. Zo brengt ook de strijd van zelfzucht van alles te weeg hoewel dat, op zich bedreigend, toch altijd een zegen bewerkt. De strijd in de ziel brengt de mens bewustwordingen. De woede en hebzucht bewerken zowel in die mens zelf als ook in zijn omgeving lering en besef van het kwade van zelfzucht en haar effecten en dus indirect ook van het goede van naastenliefde.
Zie de warmte van de zon werkt in op de atmosfeer en roept daar a.h.w. gisting en werkingen op. De liefde-warmte van Gods Geest werkt in op de ziel en roept daar gisting en werkingen op. Diep verborgen in de ziel woont een geest die er in gelegd is door de Vader. Niet zichtbaar en imponderabel is die geest, want ze is kracht. Die kracht bevindt zich in een van de ziel nog afgesloten 'blaasje', een vlies als om de vrucht van een embryo. Je zou het een vonk van geestelijke warmte kunnen noemen, zoals er zich ook in de aarde diep weggestopt een kern van hitte bevindt. De aardkorst zelf is dan als het ware het vlies dat de vonk omsluit.
Die geestvonk is zelf ook kracht. Die kracht echter zal pas in de atmosfeer van de ziel uitstromen als die ziel als geheel door de zonnewarmte, dwz onder invloed van Gods Geest, zich vrijwillig heeft gericht op naastenliefde en daaraan gelijksoortig is geworden. Een gelijke temperatuur zou je kunnen zeggen. De atmosfeer, dwz substantiële ziel, en de kern van de aarde, dwz geest en haar kracht, zullen dan in de mens in elkaar overvloeien. Het licht, dat altijd de warmte begeleidt, dwz de bewustwording, zal dan de gehele atmosfeer van de ziel doorstromen. De atmosfeer en de innerlijke warmte, dwz de ziel en haar geest, zullen een zijn zoals in de zon de warmte en en de atmosfeer ook een zijn. De mens zelf is geestelijk een minizon geworden, in zichzelf volledig licht (bewustzijn van de geest uitgestroomd in de ziel) en met haar licht ook de ruimte in alle richtingen doordringend.
Wij zijn vrijwel allemaal nog een ziel met een vrij dik wolkendek in een onrustige atmosfeer. We begrijpen veelal niet eens dat we ziel en geest zijn. Er zullen nog heel wat stormen overheen moeten voor dat ons innerlijk reinere liefde tot God en de naaste zal hebben aangenomen. Wie bereid is te gaan lief hebben zal daarin de kracht vinden de eigen hartstochten te bestrijden. Het onweer dat daarmee gepaard gaat zal zegen brengen. God nl is Zelf liefde, en deze hele inrichting van het leven kan dan ook alleen maar liefde bewerken.
185 - Vrije keuze... |
02/09/16
|
'Jan,
je blijft het lastig vinden om te begrijpen hoe de verhouding is tussen wat Ik doe, Mijn wil, en wat jij als mens doet en wil. Je vraagt je af waar de grenzen liggen tussen Mijn en jouw werk.
Welnu, Ik wil je daar licht in geven. Luister dus.
Zie, stel je voor dat Ik een instrumenten maker ben. Op een dag besluit Ik om een blaasinstrument te maken, een klarinet te bouwen. Ik ben een vakman en en al gauw staat de klarinet geheel naar Mijn idee en beeld klaar. Om daar nu muziek uit te krijgen, dient er op te worden geblazen. Ik Zelf ben de bespeler van dit instrument en al bij het eerste blazen klinkt er een hemelse toon.
Prachtig. Maar het instrument levert alleen de tonen die Ik kies, die Ik wil. En Ik ben niet alleen een geweldige instrumentenbouwer, Ik houd ook zo veel van wat Ik bouw, dat ik het zelfstandigheid wil geven. Dat is geen sinecure, want het is Mijn lucht en Mijn toonkeuze die de muziek voortbrengt. En dat moet ook zo zijn want buiten Mij is er niets en dus ook niets wat in zichzelf kracht heeft om tonen voort te brengen. Ik ben en zal altijd zijn de Enige die is en alles is uit Mij.
Zie, zelfstandigheid geven aan iets wat al in Mij en uit Mij een deeltje van Mij is, dat is wat Ik wil. Daartoe geef Ik dat deeltje uit Mij, in deze analogie is dat de kolom lucht in het instrument, een bewustzijn. Het is een bewustzijn van Mij, de Bouwer en Maker, en een bewustzijn van zichzelf als uit Mij voorkomende zelfstandigheid. Dat bewustzijn ontstaat doordat Ik het instrument, dus de luchtkolom die gebruik maakt van het instrument waar ze zich in bevindt, de vrijheid geef om te kiezen welke tonen ze zal voortbrengen.
Er klinkt sowieso een toon, dat is het 'leven' dat Ik geef. Welke toon er klinkt en welke melodieën er ontstaan, dat is de vrije keuze van de 'luchtkolom', en Ik bedoel daarmee de ziel en geest van de mens wonende in het muziekinstrument, waarmee Ik natuurlijk het menselijk lichaam bedoel.
Zie Jan, zo liggen de verhoudingen. Alles is uit Mij en niets is van jullie, de mens, dan alleen de keuze. Jullie kiezen hoe je omgaat met de vele middelen die ik jullie heb gegeven om jullie keuze gestalte te kunnen geven. Het is als een prachtige auto lenen, ja lenen, niet bezitten. Je rijdt met die auto op wegen die Ik heb aangelegd, met brandstof die Ik je geef, met een rijvaardigheid die Ik in je heb gelegd. Je kiest zelf waar je heen wilt, wie er mee rijdt, hoe hard je gaat, hoe veilig of juist roekeloos je rijdt, e.d. Maar je snapt dat het vreemd is om dan te zeggen dat het jouw auto is, jouw wegennet en jouw werk.
Het is Mijn werk waar jij je keuze in uitdrukt. Je lichaam, je energie, je vermogens van waarnemen, denken en voelen, het is alles uit Mij. Het enige, nogmaals, wat jij en ieder mens eigen bezit kunt noemen is de vrije keuze van willen.
Om nog een voorbeeld te geven. Stel je voor dat Ik ben als de atmosfeer, als de lucht, dan zijn jullie als de wolken die daarin ontstaan. Jullie zijn in Mij, uit Mij en door Mij geschapen. De regen die uit de verschillende wolken valt is ook Mijn werk. Jullie krijgen de keuze om die regen al of niet te laten vallen, wanneer, waar e.d. Jullie drukken je keuze uit in Mijn werk, gebruik makend van Mijn werk.
Amen.'
je blijft het lastig vinden om te begrijpen hoe de verhouding is tussen wat Ik doe, Mijn wil, en wat jij als mens doet en wil. Je vraagt je af waar de grenzen liggen tussen Mijn en jouw werk.
Welnu, Ik wil je daar licht in geven. Luister dus.
Zie, stel je voor dat Ik een instrumenten maker ben. Op een dag besluit Ik om een blaasinstrument te maken, een klarinet te bouwen. Ik ben een vakman en en al gauw staat de klarinet geheel naar Mijn idee en beeld klaar. Om daar nu muziek uit te krijgen, dient er op te worden geblazen. Ik Zelf ben de bespeler van dit instrument en al bij het eerste blazen klinkt er een hemelse toon.
Prachtig. Maar het instrument levert alleen de tonen die Ik kies, die Ik wil. En Ik ben niet alleen een geweldige instrumentenbouwer, Ik houd ook zo veel van wat Ik bouw, dat ik het zelfstandigheid wil geven. Dat is geen sinecure, want het is Mijn lucht en Mijn toonkeuze die de muziek voortbrengt. En dat moet ook zo zijn want buiten Mij is er niets en dus ook niets wat in zichzelf kracht heeft om tonen voort te brengen. Ik ben en zal altijd zijn de Enige die is en alles is uit Mij.
Zie, zelfstandigheid geven aan iets wat al in Mij en uit Mij een deeltje van Mij is, dat is wat Ik wil. Daartoe geef Ik dat deeltje uit Mij, in deze analogie is dat de kolom lucht in het instrument, een bewustzijn. Het is een bewustzijn van Mij, de Bouwer en Maker, en een bewustzijn van zichzelf als uit Mij voorkomende zelfstandigheid. Dat bewustzijn ontstaat doordat Ik het instrument, dus de luchtkolom die gebruik maakt van het instrument waar ze zich in bevindt, de vrijheid geef om te kiezen welke tonen ze zal voortbrengen.
Er klinkt sowieso een toon, dat is het 'leven' dat Ik geef. Welke toon er klinkt en welke melodieën er ontstaan, dat is de vrije keuze van de 'luchtkolom', en Ik bedoel daarmee de ziel en geest van de mens wonende in het muziekinstrument, waarmee Ik natuurlijk het menselijk lichaam bedoel.
Zie Jan, zo liggen de verhoudingen. Alles is uit Mij en niets is van jullie, de mens, dan alleen de keuze. Jullie kiezen hoe je omgaat met de vele middelen die ik jullie heb gegeven om jullie keuze gestalte te kunnen geven. Het is als een prachtige auto lenen, ja lenen, niet bezitten. Je rijdt met die auto op wegen die Ik heb aangelegd, met brandstof die Ik je geef, met een rijvaardigheid die Ik in je heb gelegd. Je kiest zelf waar je heen wilt, wie er mee rijdt, hoe hard je gaat, hoe veilig of juist roekeloos je rijdt, e.d. Maar je snapt dat het vreemd is om dan te zeggen dat het jouw auto is, jouw wegennet en jouw werk.
Het is Mijn werk waar jij je keuze in uitdrukt. Je lichaam, je energie, je vermogens van waarnemen, denken en voelen, het is alles uit Mij. Het enige, nogmaals, wat jij en ieder mens eigen bezit kunt noemen is de vrije keuze van willen.
Om nog een voorbeeld te geven. Stel je voor dat Ik ben als de atmosfeer, als de lucht, dan zijn jullie als de wolken die daarin ontstaan. Jullie zijn in Mij, uit Mij en door Mij geschapen. De regen die uit de verschillende wolken valt is ook Mijn werk. Jullie krijgen de keuze om die regen al of niet te laten vallen, wanneer, waar e.d. Jullie drukken je keuze uit in Mijn werk, gebruik makend van Mijn werk.
Amen.'
184 - In welke richting gaat jullie liefde? |
31/08/16
|
'Mijn kinderen,
Ik heb jullie zo enorm lief. Uit Mij zijn jullie, een deel van Mij. Zoals een druppeltje uit de oceaan nog steeds een druppeltje oceaan is. Uit Mij, net als Ik. Dat jullie je afgescheiden voelen van Mij, wat jullie in wezen niet zijn, heeft een wijze reden.
Zie, toen Ik jullie als zelfstandige wezens uit Mij a.h.w. buiten Mij stelde, hadden jullie alleen in je bewustzijn de mogelijkheid om jezelf als zelfstandig te ervaren, want een druppel uit de oceaan blijft oceaan zo lang de druppel zich niet als zelfstandig gaat ervaren. Om jullie die ervaring van zelfstandigheid te geven gaf ik jullie een eigen vrije wil. Dat deed ik door naast de wil van liefde die jullie zijn uit Mij, diezelfde drang die de liefde is te gebruiken om de mogelijkheid te geven een tegengestelde richting uit te gaan, een tegenpool van de richting die de liefde uit Mij in jullie is. De liefde uit Mij die jullie als deel van Mij zijn is gericht op Mij en alles uit Mij. Het is liefde tot Mij bovenal en liefde tot de naaste als jezelf. Dat is jullie 'ingeboren' liefde.
De tegenpool daarvan riep Ik in jullie op door jullie de prikkel te geven de liefde ook op jezelf te kunnen richten. Liefde ben Ik en liefde zijn jullie. Zelfstandig bestaan krijgen jullie doordat jullie liefde twee aan elkaar tegengestelde richtingen kan kiezen, ofwel gericht op Mij en de naaste, ofwel gericht op zichzelf.
Nu zouden jullie met recht kunnen menen, dat jullie dan ook vrij zijn om zelfzuchtig de liefde uitsluitend op jezelf te richten, en dat Ik daar dan geen oordeel noch tuchtiging over zou moeten uitspreken, want ik heb het Zelf bij jullie opgeroepen. En zo is het ook, jullie zijn vrij en Ik spreek geen oordeel uit. Ik ben jullie Vader in liefde, niet jullie Rechter. Ik gaf jullie die tegenpolen van liefde juist opdat jullie vrij zouden kunnen kiezen.
Maar zie, Ik gaf ook een lering. Want zonder die lering zouden jullie nog steeds niet vrij kunnen kiezen. Er dient niet alleen een liefde en een tegenpool-liefde te zijn, maar ook een lering over welke van de twee de leven gevende is. Ik ben het Leven, en Mijn liefde is wat het Leven in jullie is. De tegenpool-liefde, dus de zelfzucht, is niet alleen tegenpool van de liefde tot Mij, maar ook tegenpool van het Leven, dus de geestelijke dood.
Niets uit Mij kan uit het bestaan treden. Zoals het water van de druppel oceaan ook niet uit het bestaan verdwijnt als hij verdampt. Jullie zijn eeuwig en kunnen niet uit het bestaan verdwijnen, dus dat bedoel Ik niet met dood. Dood is een inactieve, zonder bewustzijn dus bewusteloze, verstarring van het geestelijke leven.
De lering is om jullie te behoeden voor deze valkuil van de zelfzuchtig gerichte liefde. Die tegenpool van liefde dient er te zijn om naast de lering, die zegt God lief te hebben bovenal en de naaste als zichzelf, de mens te prikkelen om zich dat Leven van de geest eigen te maken. Dat eigen maken van geestelijk leven doet de mens door in vrijheid te kiezen om ofwel de lering van liefde te volgen ofwel de prikkel van zelfzucht te volgen.
Mijn lieve kinderen. Jullie zijn vrij omdat je niet alleen Mij kunt liefhebben bovenal, maar ook jezelf en omdat jullie dat door de lering die Ik geef dat nu ook beseffen. Kies dan heden waar jullie voorkeur naar uitgaat en welke gedachte jullie bij voorkeur willen dienen en navolgen. Is dat de gedachte Mij te willen liefhebben, en je naaste, of is dat de gedachte vooral jezelf lief te willen hebben? Besef echter wel wat je kiest, geestelijk Leven of de geestelijke dood.
Amen.'
Ik heb jullie zo enorm lief. Uit Mij zijn jullie, een deel van Mij. Zoals een druppeltje uit de oceaan nog steeds een druppeltje oceaan is. Uit Mij, net als Ik. Dat jullie je afgescheiden voelen van Mij, wat jullie in wezen niet zijn, heeft een wijze reden.
Zie, toen Ik jullie als zelfstandige wezens uit Mij a.h.w. buiten Mij stelde, hadden jullie alleen in je bewustzijn de mogelijkheid om jezelf als zelfstandig te ervaren, want een druppel uit de oceaan blijft oceaan zo lang de druppel zich niet als zelfstandig gaat ervaren. Om jullie die ervaring van zelfstandigheid te geven gaf ik jullie een eigen vrije wil. Dat deed ik door naast de wil van liefde die jullie zijn uit Mij, diezelfde drang die de liefde is te gebruiken om de mogelijkheid te geven een tegengestelde richting uit te gaan, een tegenpool van de richting die de liefde uit Mij in jullie is. De liefde uit Mij die jullie als deel van Mij zijn is gericht op Mij en alles uit Mij. Het is liefde tot Mij bovenal en liefde tot de naaste als jezelf. Dat is jullie 'ingeboren' liefde.
De tegenpool daarvan riep Ik in jullie op door jullie de prikkel te geven de liefde ook op jezelf te kunnen richten. Liefde ben Ik en liefde zijn jullie. Zelfstandig bestaan krijgen jullie doordat jullie liefde twee aan elkaar tegengestelde richtingen kan kiezen, ofwel gericht op Mij en de naaste, ofwel gericht op zichzelf.
Nu zouden jullie met recht kunnen menen, dat jullie dan ook vrij zijn om zelfzuchtig de liefde uitsluitend op jezelf te richten, en dat Ik daar dan geen oordeel noch tuchtiging over zou moeten uitspreken, want ik heb het Zelf bij jullie opgeroepen. En zo is het ook, jullie zijn vrij en Ik spreek geen oordeel uit. Ik ben jullie Vader in liefde, niet jullie Rechter. Ik gaf jullie die tegenpolen van liefde juist opdat jullie vrij zouden kunnen kiezen.
Maar zie, Ik gaf ook een lering. Want zonder die lering zouden jullie nog steeds niet vrij kunnen kiezen. Er dient niet alleen een liefde en een tegenpool-liefde te zijn, maar ook een lering over welke van de twee de leven gevende is. Ik ben het Leven, en Mijn liefde is wat het Leven in jullie is. De tegenpool-liefde, dus de zelfzucht, is niet alleen tegenpool van de liefde tot Mij, maar ook tegenpool van het Leven, dus de geestelijke dood.
Niets uit Mij kan uit het bestaan treden. Zoals het water van de druppel oceaan ook niet uit het bestaan verdwijnt als hij verdampt. Jullie zijn eeuwig en kunnen niet uit het bestaan verdwijnen, dus dat bedoel Ik niet met dood. Dood is een inactieve, zonder bewustzijn dus bewusteloze, verstarring van het geestelijke leven.
De lering is om jullie te behoeden voor deze valkuil van de zelfzuchtig gerichte liefde. Die tegenpool van liefde dient er te zijn om naast de lering, die zegt God lief te hebben bovenal en de naaste als zichzelf, de mens te prikkelen om zich dat Leven van de geest eigen te maken. Dat eigen maken van geestelijk leven doet de mens door in vrijheid te kiezen om ofwel de lering van liefde te volgen ofwel de prikkel van zelfzucht te volgen.
Mijn lieve kinderen. Jullie zijn vrij omdat je niet alleen Mij kunt liefhebben bovenal, maar ook jezelf en omdat jullie dat door de lering die Ik geef dat nu ook beseffen. Kies dan heden waar jullie voorkeur naar uitgaat en welke gedachte jullie bij voorkeur willen dienen en navolgen. Is dat de gedachte Mij te willen liefhebben, en je naaste, of is dat de gedachte vooral jezelf lief te willen hebben? Besef echter wel wat je kiest, geestelijk Leven of de geestelijke dood.
Amen.'
183 - Verschillen |
23/08/16
|
De laatste tijd heb ik (Jan) wat preken van allerlei gemeenten beluisterd en gelezen.
Ik ben geboeid door wat anderen met Hem, de Vader hebben. Zoals te verwachten zijn er grote verschillen in benadering van het Woord. Ik vroeg aan de Vader waartoe en wie er 'gelijk' heeft. Zijn antwoord:
'Lief kind van Mij,
Er zijn vele kinderen die, al is dat soms nog erg onvolledig, Mij in Mijn Woord herkennen. Ze zijn allemaal anders, want geen kind is gelijk. Sommige kinderen moet Ik stimuleren. Andere kinderen moet Ik juist remmen. Er zijn creatieve kinderen, drukke kinderen, onzekere kinderen, afwachtende kinderen, en ga zo maar door. Allemaal hebben ze een andere leiding nodig. Ik ken ze allen bij name, Ik heb ze zeer lief, en Ik zorg dat ze allen krijgen wat bij hun geestelijke groei past en goed voor ze is.
Er is geen betere leer of betere omgang met Mijn Woord, ook al zijn er verschillen. Elke plant in de tuin neemt hetzelfde zonlicht op. Maar niet elke plant ziet er daarom ook hetzelfde uit. Elk mens kan Mijn Woord opnemen, maar niet elk mens komt vervolgens tot de zelfde geestelijke vorm.
Je weet dat als een ziel zich verzamelt om te worden geboren, de zielenpartikeltjes zich voegen naar hun aard en intelligentie. Dat bepaald het soort ziel die er ontstaat. Het lijkt wel wat op hoe de mensen zich in verenigingen organiseren. Ieders kwaliteit en aard draagt bij aan hoe het geheel er uit gaat zien. Mensen die zich tot een bepaalde soort organisatie voelen aangetrokken voegen zich er bij. En dat is goed. Allen zijn op deze wijze dienstbaar aan het geheel. Dienstbaarheid is waar Mijn schepping uit is opgebouwd.
Nu zul je ook beseffen dat er geen organisatie of geloofsvisie een betere of grootsere is dan een andere. Er is verschil, en dat moet er ook zijn om ieder te kunnen geven naar zijn aard. Ik heb allen lief en door alles heen ben Ik in staat om elk mens tot mij te trekken. De weg kan langer of korter zijn. Het beeld dat men van Mij heeft zal vroeger of later steeds beter met Mijn werkelijkheid gaan overeenstemmen. Ik laat niemand verloren gaan.
Zijn ook in menselijke gezinnen de kinderen niet allemaal verschillend? Het ene kind heeft de dingen sneller in de gaten dan de ander. Als ouders houden jullie van allemaal. En juist het minder begaafde kind vertedert jullie niet zelden meer dan het begaafde kind. Zo ben Ik ook. Ik houdt van jullie allemaal, van elk van Mijn kinderen. En de kinderen die Mijn Woord nog niet helemaal begrepen hebben vertederen Mij niet zelden meer dan de geestelijke slimmeriken.
Ik kijk naar het hart, niet zo zeer naar het hoofd.
Ik heb jullie lief, zeer lief.
Amen.'
Ik ben geboeid door wat anderen met Hem, de Vader hebben. Zoals te verwachten zijn er grote verschillen in benadering van het Woord. Ik vroeg aan de Vader waartoe en wie er 'gelijk' heeft. Zijn antwoord:
'Lief kind van Mij,
Er zijn vele kinderen die, al is dat soms nog erg onvolledig, Mij in Mijn Woord herkennen. Ze zijn allemaal anders, want geen kind is gelijk. Sommige kinderen moet Ik stimuleren. Andere kinderen moet Ik juist remmen. Er zijn creatieve kinderen, drukke kinderen, onzekere kinderen, afwachtende kinderen, en ga zo maar door. Allemaal hebben ze een andere leiding nodig. Ik ken ze allen bij name, Ik heb ze zeer lief, en Ik zorg dat ze allen krijgen wat bij hun geestelijke groei past en goed voor ze is.
Er is geen betere leer of betere omgang met Mijn Woord, ook al zijn er verschillen. Elke plant in de tuin neemt hetzelfde zonlicht op. Maar niet elke plant ziet er daarom ook hetzelfde uit. Elk mens kan Mijn Woord opnemen, maar niet elk mens komt vervolgens tot de zelfde geestelijke vorm.
Je weet dat als een ziel zich verzamelt om te worden geboren, de zielenpartikeltjes zich voegen naar hun aard en intelligentie. Dat bepaald het soort ziel die er ontstaat. Het lijkt wel wat op hoe de mensen zich in verenigingen organiseren. Ieders kwaliteit en aard draagt bij aan hoe het geheel er uit gaat zien. Mensen die zich tot een bepaalde soort organisatie voelen aangetrokken voegen zich er bij. En dat is goed. Allen zijn op deze wijze dienstbaar aan het geheel. Dienstbaarheid is waar Mijn schepping uit is opgebouwd.
Nu zul je ook beseffen dat er geen organisatie of geloofsvisie een betere of grootsere is dan een andere. Er is verschil, en dat moet er ook zijn om ieder te kunnen geven naar zijn aard. Ik heb allen lief en door alles heen ben Ik in staat om elk mens tot mij te trekken. De weg kan langer of korter zijn. Het beeld dat men van Mij heeft zal vroeger of later steeds beter met Mijn werkelijkheid gaan overeenstemmen. Ik laat niemand verloren gaan.
Zijn ook in menselijke gezinnen de kinderen niet allemaal verschillend? Het ene kind heeft de dingen sneller in de gaten dan de ander. Als ouders houden jullie van allemaal. En juist het minder begaafde kind vertedert jullie niet zelden meer dan het begaafde kind. Zo ben Ik ook. Ik houdt van jullie allemaal, van elk van Mijn kinderen. En de kinderen die Mijn Woord nog niet helemaal begrepen hebben vertederen Mij niet zelden meer dan de geestelijke slimmeriken.
Ik kijk naar het hart, niet zo zeer naar het hoofd.
Ik heb jullie lief, zeer lief.
Amen.'
182 - Vrije wil |
09/08/16
|
'Jan,
Jij blijft het maar lastig vinden dat Ik zo veel leed in de wereld toelaat. Je begrijpt dat voor een deel wel, nl het deel waarbij je begrijpt dat het voor de mens die het leed over zichzelf brengt leerzaam is en hem helpt om zich af te vragen hoe hij zijn toestand kan verbeteren. Dan is het leed een aanleiding om over het leven en het eigen gedrag na te denken. Dat kan leiden tot bewustwording van Mij en Mijn liefde. Dat begrijp je.
Maar wat je, ondanks dat Ik het al eerder aan je heb uitgelegd, nog moeilijk blijft vinden is het leed dat anderen wordt aangedaan. Je denkt daarbij bij voorbeeld aan een kind dat wordt aangereden en letsel heeft waar het langere tijd mee opgescheept zit. Had Ik dat niet kunnen voorkomen?
Wel, wat stel je daarbij voor? Had Ik dat kind daar moeten verhinderen te lopen? Had ik moeten voorkomen dat de automobilist daar te hard reed? Had Ik de weg daar niet moeten laten aanleggen? Had Ik wie weet zelfs moeten voorkomen dat er auto's werden ontwikkeld die zo snel kunnen gaan of had Ik zelfs het uitvinden van de auto totaal moeten voorkomen? Misschien had Ik dan ook meteen maar paard en wagen moeten voorkomen, want daar zijn ook veel ongelukken mee gebeurd. Misschien had Ik de mens niet zo slim moeten maken dat hij al die zaken kon uitvinden, of indien Ik wist dat iemand een dergelijke uitvinding zou gaan doen, dan had Ik dat moeten voorkomen, misschien dat deze mens dan niet geboren had moeten worden. En dan direct ook maar de 'slachters' van de mensheid niet laten geboren worden, de kwaadaardige onderdrukkers al voor de geboorte tegenhouden, misschien door een miskraam? Maar ja, miskramen zou Ik eigenlijk ook niet moeten laten plaats vinden, dus dan maar beter de conceptie van een boosaardig mens voorkomen?
Besef je wel Jan hoe zeer Ik in elk van deze voorstellen, indien Ik ze zou uitvoeren, Ik de mens in zijn vrijheid van keuze zou belemmeren? Hoor en onthou, Ik heb de mens volledige vrijheid van keuze gegeven. Dat ga Ik nu niet veranderen omdat jij niet begrijpt hoe goed het is. Ik kan elke gebeurtenis gebruiken om Mijn doel te bereiken. Mijn doel is dat ieder mens vrijwillig tot het bewustzijn komt van het goede der liefde. Daartoe kan Ik zelfs het kwaad dat door de boze en zijn trawanten wordt aangericht uitstekend gebruiken.
Begrijp dat Ik ieder mens draag en koester. Ik wil ieder mens behoeden voor het leed dat werkelijk achter elke grasspriet dreigt indien de mens zonder Mij wil gaan. Weet echter ook dat indien de mens mèt Mij wil gaan, Ik hem zal behoeden. Wie Mij lief heeft en zich deemoedig voegt naar wat Ik hem op de schouders leg, die zal nooit hoeven vrezen, want Ik ga hem voor. Ik geef elk mens iets te dragen, opdat het leven een proefleven kan zijn. Niemand zal boven zijn krachten te dragen krijgen daar Ik Zelf elke last die te groot is op Mijn schouders neem.
Zie, zo lief heb Ik jullie dat slechts de kleine, lichte, draagbare lasten op jullie schouders komen. Opdat jullie zullen groeien in deemoed, liefde en dienstbaarheid geef Ik het jullie, want Ik heb jullie oneindig lief.
Amen.'
Jij blijft het maar lastig vinden dat Ik zo veel leed in de wereld toelaat. Je begrijpt dat voor een deel wel, nl het deel waarbij je begrijpt dat het voor de mens die het leed over zichzelf brengt leerzaam is en hem helpt om zich af te vragen hoe hij zijn toestand kan verbeteren. Dan is het leed een aanleiding om over het leven en het eigen gedrag na te denken. Dat kan leiden tot bewustwording van Mij en Mijn liefde. Dat begrijp je.
Maar wat je, ondanks dat Ik het al eerder aan je heb uitgelegd, nog moeilijk blijft vinden is het leed dat anderen wordt aangedaan. Je denkt daarbij bij voorbeeld aan een kind dat wordt aangereden en letsel heeft waar het langere tijd mee opgescheept zit. Had Ik dat niet kunnen voorkomen?
Wel, wat stel je daarbij voor? Had Ik dat kind daar moeten verhinderen te lopen? Had ik moeten voorkomen dat de automobilist daar te hard reed? Had Ik de weg daar niet moeten laten aanleggen? Had Ik wie weet zelfs moeten voorkomen dat er auto's werden ontwikkeld die zo snel kunnen gaan of had Ik zelfs het uitvinden van de auto totaal moeten voorkomen? Misschien had Ik dan ook meteen maar paard en wagen moeten voorkomen, want daar zijn ook veel ongelukken mee gebeurd. Misschien had Ik de mens niet zo slim moeten maken dat hij al die zaken kon uitvinden, of indien Ik wist dat iemand een dergelijke uitvinding zou gaan doen, dan had Ik dat moeten voorkomen, misschien dat deze mens dan niet geboren had moeten worden. En dan direct ook maar de 'slachters' van de mensheid niet laten geboren worden, de kwaadaardige onderdrukkers al voor de geboorte tegenhouden, misschien door een miskraam? Maar ja, miskramen zou Ik eigenlijk ook niet moeten laten plaats vinden, dus dan maar beter de conceptie van een boosaardig mens voorkomen?
Besef je wel Jan hoe zeer Ik in elk van deze voorstellen, indien Ik ze zou uitvoeren, Ik de mens in zijn vrijheid van keuze zou belemmeren? Hoor en onthou, Ik heb de mens volledige vrijheid van keuze gegeven. Dat ga Ik nu niet veranderen omdat jij niet begrijpt hoe goed het is. Ik kan elke gebeurtenis gebruiken om Mijn doel te bereiken. Mijn doel is dat ieder mens vrijwillig tot het bewustzijn komt van het goede der liefde. Daartoe kan Ik zelfs het kwaad dat door de boze en zijn trawanten wordt aangericht uitstekend gebruiken.
Begrijp dat Ik ieder mens draag en koester. Ik wil ieder mens behoeden voor het leed dat werkelijk achter elke grasspriet dreigt indien de mens zonder Mij wil gaan. Weet echter ook dat indien de mens mèt Mij wil gaan, Ik hem zal behoeden. Wie Mij lief heeft en zich deemoedig voegt naar wat Ik hem op de schouders leg, die zal nooit hoeven vrezen, want Ik ga hem voor. Ik geef elk mens iets te dragen, opdat het leven een proefleven kan zijn. Niemand zal boven zijn krachten te dragen krijgen daar Ik Zelf elke last die te groot is op Mijn schouders neem.
Zie, zo lief heb Ik jullie dat slechts de kleine, lichte, draagbare lasten op jullie schouders komen. Opdat jullie zullen groeien in deemoed, liefde en dienstbaarheid geef Ik het jullie, want Ik heb jullie oneindig lief.
Amen.'
181 - God de Vader |
02/08/16
|
God de Vader
Hij moest in het vlees (materieel lichaam) verschijnen om daarmee tussen het hemelse en het aardse een verbindingsweg te creëeren. Of wij die weg ook volgen is aan ons. Wij konden ons voor die tijd niet met Hem herenigen omdat we in het vlees en ook al in onze geest ons door liefdeloze zelfzucht hadden losgescheurd van Hem. Zijn Heiligheid was daarmee uit ons verdwenen. We waren onrein, onheilig en dus konden we niet meer met Hem, de Heilige, zijn.
Doordat Hij Zelf echter het door ons verontreinigende vlees aantrok (dat alleen al) en vervolgens door een leven van volledige reinheid dat vlees geschikt hield in innerlijke reine eenheid met Hem opende Hij een brug van mogelijke (want ook onze eigen keuze is bepalend) hereniging voor ons, die nog in dat 'foute' vlees wonen. Door de kruisiging droeg Hij Zelf in het vlees onze onreinheid ten grave. Dat is hoe Hij onze 'zonden' droeg. Dat wil dus zeggen dat Hij onze afscheiding, onze losscheuring en onze onheiligheid droeg door een materieel lichaam te gaan dragen.
Het is als het afstaan van een nier van bv een zus voor een broer. De broer kan zelf geen nieuwe nier doen groeien, maar de liefde van de zus doet haar de eigen nier afstaan. Alleen gaat het hier niet om een nier maar om een hart dat door eigen toedoen nl een zeer ongezonde manier van leven is dichtgeslibd en daardoor uitvalt. En het gaat ook niet om een zus en een broer, maar om een Vader en Zijn kind. En het gaat niet om een hart van een jzojuist overledene, maar om het donorhart van iemand die meer levend is dan we ons kunnen voorstellen, nl het leven Zelf. En het hart dat Hij geeft, heeft inderdaad Zijn eigen dood tot gevolg, nl aan het kruis.
Dat is wat Hij voor ons deed.
Wat Hij niet deed was de verantwoordelijkheid voor ons huidige gedrag dragen, want daar zijn we nog steeds zelf verantwoordelijk voor. We dienen zelfstandig te beslissen Hem in liefde te willen volgen opdat we door onze liefde voor Hem en de naaste 'over deze brug gaan' en ons door die vrije keuze geschikt maken herenigd te worden met de Vader.
Een beeld daarvan is dat wie door het ijs zakt daar niet op eigen kracht meer uit kan komen. Dan werpt een ander hem een touw toe en daar houdt de drenkeling zich aan vast, waarna de ander hem er uit trekt. Wel, wij liggen in dat koude wak van zelfzuchtig gebrek aan liefde te spartelen en kunnen er door onderkoeling zelfstandig nooit uitkomen. Hij werpt ons een lijn toe, een lijn van voorbeelden om te volgen, Hem te volgen. Wij grijpen die reddingslijn indien we Hem volgen en Hij trekt ons vervolgens in Hem tot de Vader.
Hij moest in het vlees (materieel lichaam) verschijnen om daarmee tussen het hemelse en het aardse een verbindingsweg te creëeren. Of wij die weg ook volgen is aan ons. Wij konden ons voor die tijd niet met Hem herenigen omdat we in het vlees en ook al in onze geest ons door liefdeloze zelfzucht hadden losgescheurd van Hem. Zijn Heiligheid was daarmee uit ons verdwenen. We waren onrein, onheilig en dus konden we niet meer met Hem, de Heilige, zijn.
Doordat Hij Zelf echter het door ons verontreinigende vlees aantrok (dat alleen al) en vervolgens door een leven van volledige reinheid dat vlees geschikt hield in innerlijke reine eenheid met Hem opende Hij een brug van mogelijke (want ook onze eigen keuze is bepalend) hereniging voor ons, die nog in dat 'foute' vlees wonen. Door de kruisiging droeg Hij Zelf in het vlees onze onreinheid ten grave. Dat is hoe Hij onze 'zonden' droeg. Dat wil dus zeggen dat Hij onze afscheiding, onze losscheuring en onze onheiligheid droeg door een materieel lichaam te gaan dragen.
Het is als het afstaan van een nier van bv een zus voor een broer. De broer kan zelf geen nieuwe nier doen groeien, maar de liefde van de zus doet haar de eigen nier afstaan. Alleen gaat het hier niet om een nier maar om een hart dat door eigen toedoen nl een zeer ongezonde manier van leven is dichtgeslibd en daardoor uitvalt. En het gaat ook niet om een zus en een broer, maar om een Vader en Zijn kind. En het gaat niet om een hart van een jzojuist overledene, maar om het donorhart van iemand die meer levend is dan we ons kunnen voorstellen, nl het leven Zelf. En het hart dat Hij geeft, heeft inderdaad Zijn eigen dood tot gevolg, nl aan het kruis.
Dat is wat Hij voor ons deed.
Wat Hij niet deed was de verantwoordelijkheid voor ons huidige gedrag dragen, want daar zijn we nog steeds zelf verantwoordelijk voor. We dienen zelfstandig te beslissen Hem in liefde te willen volgen opdat we door onze liefde voor Hem en de naaste 'over deze brug gaan' en ons door die vrije keuze geschikt maken herenigd te worden met de Vader.
Een beeld daarvan is dat wie door het ijs zakt daar niet op eigen kracht meer uit kan komen. Dan werpt een ander hem een touw toe en daar houdt de drenkeling zich aan vast, waarna de ander hem er uit trekt. Wel, wij liggen in dat koude wak van zelfzuchtig gebrek aan liefde te spartelen en kunnen er door onderkoeling zelfstandig nooit uitkomen. Hij werpt ons een lijn toe, een lijn van voorbeelden om te volgen, Hem te volgen. Wij grijpen die reddingslijn indien we Hem volgen en Hij trekt ons vervolgens in Hem tot de Vader.
180 - Ik ben het.
'Mijn kinderen.
Oh konden jullie toch maar herkennen dat Ik het ben, die jullie lief heb. Konden jullie toch maar Mijn stem herkennen in wat je leest en hoort. En konden jullie in alles wat je omringt Mijn stem horen en herkennen. Oh, konden jullie Mijn stem in jezelf horen, hoe vreugdevol zou dat zijn, voor Mij en voor jullie.
Hoor dan, Mijn kinderen, hoor dan, Ik spreek. Ik spreek nog steeds. Mijn Woord is waar alles mee begon en Mijn Woord is het waar alles haar voleinding in zal vinden. Het eerste en het laatste, het is alles Mijn Woord.
Hoor dan, en richt je op want Ik ben het, Ik, de Liefde Zelf.
En klein kind hoort zijn ouders en het begrijpt desondanks het meeste van wat het hoort niet. En ook jullie. Jullie horen Mijn stem uit de geschriften en uit de mond van hen die Mij hebben herkent en lief hebben. Maar jullie begrijpen er zo weinig van. Jullie luisteren met je verstand waar je met je hart moet luisteren. Jullie horen de taal van het verstand maar horen de taal van het hart niet.
Ik heb jullie lief. Oh konden jullie dat met je hart begrijpen en aldus voelen wat het wil zeggen als Ikzelf jullie dat zeg. De liefde is alles. De materie is in het gericht vastgehouden liefde, de geest is zichzelf vrij bestemmende liefde. En jullie staan daar tussenin. Jullie begrijpen daarom zo weinig van Mijn Woord omdat jullie beginnen het materieel te horen en uit te leggen.
Bij de woorden 'stem horen' denken jullie aan geluid en gesproken of geschreven teksten. Maar de materie is gericht. Ik ben liefde, een innerlijk waarneembaar gevoel. Hoe zou Ik dan een materieel geluid gebruiken als Ik Mijzelf wil openbaren? Nee, dan 'spreek' Ik tot het gevoel van het hart. Indien Ik een hoorbare stem wil zijn dan kan dat natuurlijk, dat zie je bij Mijn knechten terug. Maar dat zijn het dan ook, knechten. Ze horen Mijn stem zonder daar zelf een keus in te hebben gehad. Dat is een gericht, een dwang zonder vrije keuze.
Maar jullie wil Ik vooral vrij hebben en houden. Daarom dring Ik Mijn stem niet op, maar geef jullie deze Woorden. Hoor in je hart, hoor met je gevoel, en voel daar dat Ik je lief heb. Oneindig lief heb Ik jullie. Hoezeer verlang Ik er naar dat vuur in jullie te ontsteken, dat vreugdevuur van liefde dat Ik in jullie ben als jullie dat toelaten en herkennen.
Amen.'
Oh konden jullie toch maar herkennen dat Ik het ben, die jullie lief heb. Konden jullie toch maar Mijn stem herkennen in wat je leest en hoort. En konden jullie in alles wat je omringt Mijn stem horen en herkennen. Oh, konden jullie Mijn stem in jezelf horen, hoe vreugdevol zou dat zijn, voor Mij en voor jullie.
Hoor dan, Mijn kinderen, hoor dan, Ik spreek. Ik spreek nog steeds. Mijn Woord is waar alles mee begon en Mijn Woord is het waar alles haar voleinding in zal vinden. Het eerste en het laatste, het is alles Mijn Woord.
Hoor dan, en richt je op want Ik ben het, Ik, de Liefde Zelf.
En klein kind hoort zijn ouders en het begrijpt desondanks het meeste van wat het hoort niet. En ook jullie. Jullie horen Mijn stem uit de geschriften en uit de mond van hen die Mij hebben herkent en lief hebben. Maar jullie begrijpen er zo weinig van. Jullie luisteren met je verstand waar je met je hart moet luisteren. Jullie horen de taal van het verstand maar horen de taal van het hart niet.
Ik heb jullie lief. Oh konden jullie dat met je hart begrijpen en aldus voelen wat het wil zeggen als Ikzelf jullie dat zeg. De liefde is alles. De materie is in het gericht vastgehouden liefde, de geest is zichzelf vrij bestemmende liefde. En jullie staan daar tussenin. Jullie begrijpen daarom zo weinig van Mijn Woord omdat jullie beginnen het materieel te horen en uit te leggen.
Bij de woorden 'stem horen' denken jullie aan geluid en gesproken of geschreven teksten. Maar de materie is gericht. Ik ben liefde, een innerlijk waarneembaar gevoel. Hoe zou Ik dan een materieel geluid gebruiken als Ik Mijzelf wil openbaren? Nee, dan 'spreek' Ik tot het gevoel van het hart. Indien Ik een hoorbare stem wil zijn dan kan dat natuurlijk, dat zie je bij Mijn knechten terug. Maar dat zijn het dan ook, knechten. Ze horen Mijn stem zonder daar zelf een keus in te hebben gehad. Dat is een gericht, een dwang zonder vrije keuze.
Maar jullie wil Ik vooral vrij hebben en houden. Daarom dring Ik Mijn stem niet op, maar geef jullie deze Woorden. Hoor in je hart, hoor met je gevoel, en voel daar dat Ik je lief heb. Oneindig lief heb Ik jullie. Hoezeer verlang Ik er naar dat vuur in jullie te ontsteken, dat vreugdevuur van liefde dat Ik in jullie ben als jullie dat toelaten en herkennen.
Amen.'
179 - Vrijheid van keuze |
04/07/16 |
'Zie hoe vrij jullie zijn. Kies maar, zelfs bij Mijn ingevingen in jullie harten. Kies maar of je het wilt horen en volgen of niet. Nergens is dwang. Mijn Stem spreekt wel degelijk in ieder mens. Elke gedachte van liefde, elke gedachte van deemoed, elke zachtmoedigheid, elke gewaarwording van liefde komt van Mij. Geef er aan gehoor of doe het niet, jullie zijn vrij. Herken het als uitgaande van Mij, of herken het niet, jullie zijn vrij.
Mijn hart verlangt sterk naar jullie en toch laat ik jullie de vrijheid van keuze om te handelen naar jullie voorkeur. Bedenk hoe heerlijk het is om naar de liefde te handelen. Het is bevrijdend. Want Ik heb jullie vrijheid gegeven, vrijheid van keuze, maar hebben jullie jezelf ook die vrijheid gegeven, dat is de vraag. Want vrijheid van keuze wil nog niet zeggen dat jullie niet gebonden zijn aan jullie eigen voorkeur voor eigen belang en zelfzucht.
Daar maakt de liefde je vrij van. Wie kan kiezen voor oprechte liefde tot Mij en voor reine naastenliefde die is bevrijd van de dwang van zelfzucht. Beproef jullie zelf. Kunnen jullie zonder enige gedachte aan eigen voordeel en de bijbedoelingen daarvan lief hebben? Het antwoord op deze vraag toont je in hoeverre je werkelijk vrij bent.
Wie lief heeft zal ook gedachten van liefde denken en daarin Mijn stem herkennen. Want Ik bèn de Liefde.
Amen.'
Mijn hart verlangt sterk naar jullie en toch laat ik jullie de vrijheid van keuze om te handelen naar jullie voorkeur. Bedenk hoe heerlijk het is om naar de liefde te handelen. Het is bevrijdend. Want Ik heb jullie vrijheid gegeven, vrijheid van keuze, maar hebben jullie jezelf ook die vrijheid gegeven, dat is de vraag. Want vrijheid van keuze wil nog niet zeggen dat jullie niet gebonden zijn aan jullie eigen voorkeur voor eigen belang en zelfzucht.
Daar maakt de liefde je vrij van. Wie kan kiezen voor oprechte liefde tot Mij en voor reine naastenliefde die is bevrijd van de dwang van zelfzucht. Beproef jullie zelf. Kunnen jullie zonder enige gedachte aan eigen voordeel en de bijbedoelingen daarvan lief hebben? Het antwoord op deze vraag toont je in hoeverre je werkelijk vrij bent.
Wie lief heeft zal ook gedachten van liefde denken en daarin Mijn stem herkennen. Want Ik bèn de Liefde.
Amen.'
178 - De zoon des mensen
De Zoon
Met de Zoon van God wordt bedoeld de Wijsheid uit de liefde Gods.
De Zoon des mensen is het inzicht, begrip, onderscheidingsvermogen, verstand, de gedachten in de mens eveneens voortkomend uit liefde.
Die zoon moet eerst lijden en verworpen worden. Nu dat gebeurd ook in ons. We hebben de grootste moeite om de liefde in ons te laten verrijzen en opstaan uit de dood van zelfzucht. En ons begrip is dienovereenkomstig gekruisigd.
Zie het lijdensverhaal van Jezus voltrekt zich in ons. Onze liefde en het onderscheidingsvermogen daaruit wordt onaanzienlijk geboren in de stal van menselijk aanzien, voor waardeloos gehouden. Vervolgens groeit het op maar wordt al snel vervolgd door de Herodes van eigendunk en hoogmoed. Dan breken de leerjaren aan. De liefde en bijbehorende inzichten en begrippen trekken rond door het Israël van menselijke leerstellingen en kennis al waar het meestal geen gehoor vindt. De schriftgeleerden in de tempel van wetenschappelijk en politiek aanzien doen hun uiterste best deze Zoon des mensen, dit begrip en deze liefde, uit ons besef en onze gewaarwording weg te redeneren.
Uiteindelijk volgt dan de gevangenname en kruisiging. Alle waardering voor liefde wordt er uit gegeseld door de spitsvondigheden van wereldse scholing. Vervolgens wordt het gehangen aan het kruis van het belachelijk maken van het geloof in de liefde, met daarop de dood van de daadwerkelijke liefde en de wijsheid daaruit als gevolg.
Maar zie, na drie dagen in het graf van duister onbegrip, onder de steen van harde veroordeling en verloochening van alles wat maar naar de goedheid van liefde riekt, staat de liefde in de mens weer op. En dat kan omdat de oerlevenskern van liefde in elk mens niet te vernietigen is.
Zo is in ieder van ons de 'liefde' onderweg door het oordelend land van Israël, de materie. En het wereldse in ons probeert het goede van de liefde om zeep te helpen, weg te redeneren, ter discussie te stellen, verdacht te maken. Hoe ver zijn we? Is de gevangenname van de liefde aanstaande, of is de liefde misschien al gekruisigd! Hoe dan ook, de Zoon des mensen moet veel lijden en worden verworpen. Maar vrees niet, Hij staat weer op!
Met de Zoon van God wordt bedoeld de Wijsheid uit de liefde Gods.
De Zoon des mensen is het inzicht, begrip, onderscheidingsvermogen, verstand, de gedachten in de mens eveneens voortkomend uit liefde.
Die zoon moet eerst lijden en verworpen worden. Nu dat gebeurd ook in ons. We hebben de grootste moeite om de liefde in ons te laten verrijzen en opstaan uit de dood van zelfzucht. En ons begrip is dienovereenkomstig gekruisigd.
Zie het lijdensverhaal van Jezus voltrekt zich in ons. Onze liefde en het onderscheidingsvermogen daaruit wordt onaanzienlijk geboren in de stal van menselijk aanzien, voor waardeloos gehouden. Vervolgens groeit het op maar wordt al snel vervolgd door de Herodes van eigendunk en hoogmoed. Dan breken de leerjaren aan. De liefde en bijbehorende inzichten en begrippen trekken rond door het Israël van menselijke leerstellingen en kennis al waar het meestal geen gehoor vindt. De schriftgeleerden in de tempel van wetenschappelijk en politiek aanzien doen hun uiterste best deze Zoon des mensen, dit begrip en deze liefde, uit ons besef en onze gewaarwording weg te redeneren.
Uiteindelijk volgt dan de gevangenname en kruisiging. Alle waardering voor liefde wordt er uit gegeseld door de spitsvondigheden van wereldse scholing. Vervolgens wordt het gehangen aan het kruis van het belachelijk maken van het geloof in de liefde, met daarop de dood van de daadwerkelijke liefde en de wijsheid daaruit als gevolg.
Maar zie, na drie dagen in het graf van duister onbegrip, onder de steen van harde veroordeling en verloochening van alles wat maar naar de goedheid van liefde riekt, staat de liefde in de mens weer op. En dat kan omdat de oerlevenskern van liefde in elk mens niet te vernietigen is.
Zo is in ieder van ons de 'liefde' onderweg door het oordelend land van Israël, de materie. En het wereldse in ons probeert het goede van de liefde om zeep te helpen, weg te redeneren, ter discussie te stellen, verdacht te maken. Hoe ver zijn we? Is de gevangenname van de liefde aanstaande, of is de liefde misschien al gekruisigd! Hoe dan ook, de Zoon des mensen moet veel lijden en worden verworpen. Maar vrees niet, Hij staat weer op!
177- Heb Mij lief! |
01/07/16 |
'De mensen die niets van Mij willen weten, maar door jullie worden geliefd zoals bij voorbeeld familie, echtgenoot of vriend, komen in jullie toch dichter bij Mij. Echter, daarvoor is wel nodig dat jullie Mij lief hebben en dat jullie geliefden op hun beurt jullie lief hebben. Want de vrij gekozen liefde is de enige hefboom die mens dichter bij Mij brengt.
Maar beter, oneindig veel beter is het om Mij Zelf lief te hebben.
Amen'
Maar beter, oneindig veel beter is het om Mij Zelf lief te hebben.
Amen'
176 - Toeval |
27/06/16 |
Toeval noemen jullie dat wat gebeurt buiten jullie invloed om, onvoorzien, ongepland. Maar Ik heb alles gepland en laat in jullie mensen alleen jullie daadwerkelijke keuze vrij. Ik voorzie alles en bestuur alles, zoals gezegd m.u.v. jullie vrije keuze.
Het bewijs dat het ofwel toeval ofwel voorzien is kunnen jullie voor geen van beide stellingen leveren. Wel kunnen jullie door ondervinding jullie opinie veranderen. Als het er om ging bewijs te leveren zou Ik dat al lang hebben gedaan, koud kunstje. Echter, dan zouden de mensen genoodzaakt zijn te aanvaarden dat Ik ben, een God die alles in de hand houdt, nou met die God zouden ze dan ook rekening moeten houden. Geen vrije keuze meer.
Dus laat Ik de mens in de overtuiging dat er toeval bestaat. Er zijn tenslotte gelegenheden te over waarin de mens tot beter inzicht kan komen...als hij dat wil. Daar heb je het weer, de wil! Wie niet wil, maakt niet uit waarom, die zal ook nooit een beter inzicht krijgen. Die wil is vrij. Dat onderscheidt jullie van de dieren. Een dier kan niet anders dan handelen volgens het instinct. Jullie kunnen kiezen.
Het is dus een keuze te 'geloven' dat er toeval bestaat. En waarom kiest men dat dan, wel, omdat het beter past in de op zichzelf gerichte houding van veel mensen. Want wie niet in toeval gelooft, kan niet anders dan accepteren dat er een intelligentie achter zit, dat er een leiding gevende 'instantie' moet zijn. Die mens dient dan tijd en energie te geven om die instantie te leren kennen, die zal ook rekening moeten gaan houden met de verordeningen die deze instantie mogelijkerwijs heeft uitgegeven, en dat kost allemaal moeite.
Toeval is veel makkelijker, dan kan men de schuld geven aan het lot en hoeft men zelf niets te doen. Men kan dan roepen, dat anderen verantwoordelijkheid moeten nemen om te voorkomen dat het toeval toeslaat, dat de overheid zich meer en beter moet inzetten, dat alles en iedereen in gebreke is gebleven, behalve de mens zelf. Men heeft de problemen toch niet zelf veroorzaakt....!
Dit tekort aan zelfwerkzaamheid, tekort aan naastenliefde, tekort dan ook aan inzicht en begrip zeulen grote groepen mensen met zich mee. De maatschappij laat zich er door sturen. Er worden referenda en verkiezingen uitgeschreven. De verschillen van liefde en inzicht worden steeds duidelijker. Ze brengen scheiding aan in jullie bestaan. Mijn Woord van liefde is nog steeds een tweesnijdend zwaard, ook hier.
Zie zo ben Ik bezig om Mijn werk te volvoeren. De broei in de maatschappelijke gemoederen veroorzaakt dat de geest van hen die nog open staan om tot inkeer te komen wordt gewekt. Het is echt 'de laatste tijd'. Nog een zeer korte tijd en dan is ook het laatste geestelijk graan geoogst.
Wie oren heeft die hore. Oftewel, wie het begrijpt, laat die er dan ook naar handelen. Heb lief, heb lief, heb lief.
Amen.'
Het bewijs dat het ofwel toeval ofwel voorzien is kunnen jullie voor geen van beide stellingen leveren. Wel kunnen jullie door ondervinding jullie opinie veranderen. Als het er om ging bewijs te leveren zou Ik dat al lang hebben gedaan, koud kunstje. Echter, dan zouden de mensen genoodzaakt zijn te aanvaarden dat Ik ben, een God die alles in de hand houdt, nou met die God zouden ze dan ook rekening moeten houden. Geen vrije keuze meer.
Dus laat Ik de mens in de overtuiging dat er toeval bestaat. Er zijn tenslotte gelegenheden te over waarin de mens tot beter inzicht kan komen...als hij dat wil. Daar heb je het weer, de wil! Wie niet wil, maakt niet uit waarom, die zal ook nooit een beter inzicht krijgen. Die wil is vrij. Dat onderscheidt jullie van de dieren. Een dier kan niet anders dan handelen volgens het instinct. Jullie kunnen kiezen.
Het is dus een keuze te 'geloven' dat er toeval bestaat. En waarom kiest men dat dan, wel, omdat het beter past in de op zichzelf gerichte houding van veel mensen. Want wie niet in toeval gelooft, kan niet anders dan accepteren dat er een intelligentie achter zit, dat er een leiding gevende 'instantie' moet zijn. Die mens dient dan tijd en energie te geven om die instantie te leren kennen, die zal ook rekening moeten gaan houden met de verordeningen die deze instantie mogelijkerwijs heeft uitgegeven, en dat kost allemaal moeite.
Toeval is veel makkelijker, dan kan men de schuld geven aan het lot en hoeft men zelf niets te doen. Men kan dan roepen, dat anderen verantwoordelijkheid moeten nemen om te voorkomen dat het toeval toeslaat, dat de overheid zich meer en beter moet inzetten, dat alles en iedereen in gebreke is gebleven, behalve de mens zelf. Men heeft de problemen toch niet zelf veroorzaakt....!
Dit tekort aan zelfwerkzaamheid, tekort aan naastenliefde, tekort dan ook aan inzicht en begrip zeulen grote groepen mensen met zich mee. De maatschappij laat zich er door sturen. Er worden referenda en verkiezingen uitgeschreven. De verschillen van liefde en inzicht worden steeds duidelijker. Ze brengen scheiding aan in jullie bestaan. Mijn Woord van liefde is nog steeds een tweesnijdend zwaard, ook hier.
Zie zo ben Ik bezig om Mijn werk te volvoeren. De broei in de maatschappelijke gemoederen veroorzaakt dat de geest van hen die nog open staan om tot inkeer te komen wordt gewekt. Het is echt 'de laatste tijd'. Nog een zeer korte tijd en dan is ook het laatste geestelijk graan geoogst.
Wie oren heeft die hore. Oftewel, wie het begrijpt, laat die er dan ook naar handelen. Heb lief, heb lief, heb lief.
Amen.'
175 - Zaad |
25/06/16 |
'Jullie, Mijn kinderen
zijn als zaad, gelegd in de aarde van het materiële bestaan. Jullie zijn geestelijk zaad in een materiële huls. Dat zaad zal Ik met alle noodzakelijke voorzieningen omgeven. Begrijp het goed. Ik wil dit beeld voor jullie wat verder verklaren.
Water voor het zaad is voor jullie geest vergelijkenderwijs de noodzakelijke les in deemoed, die les komt van Mij. Die les voedt de geest en ze groeit er van. Een ondersteunende stok is de nabijheid van een liefhebbend medemens, dit is evenzo een liefdevolle gave van de Mij. Snoeien, iets wat lang niet elke plant even hard nodig heeft, is het geven van begrenzingen door bv ziekte, moeite, tegenslag e.d. Mooi is het indien die snoei leidt tot een hernieuwde groei naar het licht, of een herhaalde bloei, nog uitbundiger, met nog meer vruchten.
En helaas, niet elke zaadkorrel kiemt. Dat rottende zaad geeft voor het wel kiemende zaad nog wel enige meststof af, dwz dat de mens die, door zijn of haar materiële handelen geestelijk zijn doel mist, hoe tragisch ook, bij mensen die wel geestelijk ontwikkelen, nog enige groeistof biedt in de vorm van lering die dezen kunnen trekken uit de lessen die dat misvormde leven biedt.
Dat is ook de verklaring van de gelijkenis van de talenten waar staat, dat wie heeft zal worden gegeven, en wie niet heeft, zal verliezen zelfs wat hij nog heeft (Lucas 8 vs.18 JW). Wie niet geestelijk groeit, vormt in zijn geestelijke doodsheid toch nog een lering voor wie wel groeit. Die lering draagt bij aan het toenemende geestelijk kapitaal van de geestelijk groeiende mens, terwijl de geestelijk dode mens niets heeft en zelfs deze les, die hij onbewust zijn medemens biedt, helaas zelf niet weet te gebruiken bij de opbouw van eigen geestelijk kapitaal.
Toch zal Ik ook deze geestelijk dode mens niet vergeten. Ik zal hem, zij het middels ondenkbaar lange omwegen, toch ook weer helpen zich uit de materiële gebondenheid van de 'aarde' te verheffen. Net zoals de stoffen in de natuurlijk aarde ook een kringloop doormaken. Na verloop van soms lange tijd komen de stoffen uit het vergane zaad door die kringloop opnieuw in planten terecht. Zo zullen ook de zielen die zich onder het gericht blijven stellen opnieuw worden geholpen zich te verheffen tot een vrij bestaan.
Ik heb lief, oneindig lief, ieder van jullie. Ik kan niemand verloren laten gaan, ook al zal Ik niemand dwingen, en Ik heb middelen genoeg om ieder uiteindelijk toch langs het pad van deemoed en liefde te helpen gaan. Een omweg is in Mijn ogen nauwelijks een moment. Voor de zielen die het betreft echter kon het wel eens een erg, erg lange en moeizame weg worden.
Neem daarom dankbaar het water van Mijn jullie beproevende liefde aan, gebruik de moeite van droogte en snoei om er geestelijk sterker, dwz deemoediger en liefdevoller uit te komen. Ik zal op het juiste moment voor steun zorgen, je bent niet alleen. Ik heb jullie oneindig lief. Ik kijk er naar uit dat jullie in liefde volgroeid zullen zijn, en vrucht dragen.
Amen.'
zijn als zaad, gelegd in de aarde van het materiële bestaan. Jullie zijn geestelijk zaad in een materiële huls. Dat zaad zal Ik met alle noodzakelijke voorzieningen omgeven. Begrijp het goed. Ik wil dit beeld voor jullie wat verder verklaren.
Water voor het zaad is voor jullie geest vergelijkenderwijs de noodzakelijke les in deemoed, die les komt van Mij. Die les voedt de geest en ze groeit er van. Een ondersteunende stok is de nabijheid van een liefhebbend medemens, dit is evenzo een liefdevolle gave van de Mij. Snoeien, iets wat lang niet elke plant even hard nodig heeft, is het geven van begrenzingen door bv ziekte, moeite, tegenslag e.d. Mooi is het indien die snoei leidt tot een hernieuwde groei naar het licht, of een herhaalde bloei, nog uitbundiger, met nog meer vruchten.
En helaas, niet elke zaadkorrel kiemt. Dat rottende zaad geeft voor het wel kiemende zaad nog wel enige meststof af, dwz dat de mens die, door zijn of haar materiële handelen geestelijk zijn doel mist, hoe tragisch ook, bij mensen die wel geestelijk ontwikkelen, nog enige groeistof biedt in de vorm van lering die dezen kunnen trekken uit de lessen die dat misvormde leven biedt.
Dat is ook de verklaring van de gelijkenis van de talenten waar staat, dat wie heeft zal worden gegeven, en wie niet heeft, zal verliezen zelfs wat hij nog heeft (Lucas 8 vs.18 JW). Wie niet geestelijk groeit, vormt in zijn geestelijke doodsheid toch nog een lering voor wie wel groeit. Die lering draagt bij aan het toenemende geestelijk kapitaal van de geestelijk groeiende mens, terwijl de geestelijk dode mens niets heeft en zelfs deze les, die hij onbewust zijn medemens biedt, helaas zelf niet weet te gebruiken bij de opbouw van eigen geestelijk kapitaal.
Toch zal Ik ook deze geestelijk dode mens niet vergeten. Ik zal hem, zij het middels ondenkbaar lange omwegen, toch ook weer helpen zich uit de materiële gebondenheid van de 'aarde' te verheffen. Net zoals de stoffen in de natuurlijk aarde ook een kringloop doormaken. Na verloop van soms lange tijd komen de stoffen uit het vergane zaad door die kringloop opnieuw in planten terecht. Zo zullen ook de zielen die zich onder het gericht blijven stellen opnieuw worden geholpen zich te verheffen tot een vrij bestaan.
Ik heb lief, oneindig lief, ieder van jullie. Ik kan niemand verloren laten gaan, ook al zal Ik niemand dwingen, en Ik heb middelen genoeg om ieder uiteindelijk toch langs het pad van deemoed en liefde te helpen gaan. Een omweg is in Mijn ogen nauwelijks een moment. Voor de zielen die het betreft echter kon het wel eens een erg, erg lange en moeizame weg worden.
Neem daarom dankbaar het water van Mijn jullie beproevende liefde aan, gebruik de moeite van droogte en snoei om er geestelijk sterker, dwz deemoediger en liefdevoller uit te komen. Ik zal op het juiste moment voor steun zorgen, je bent niet alleen. Ik heb jullie oneindig lief. Ik kijk er naar uit dat jullie in liefde volgroeid zullen zijn, en vrucht dragen.
Amen.'
174 - Liefde |
23/06/16 |
Mijn lieve kinderen,
Ik ben liefde. Alles is uit Mij. Alles is een beeld van Mijn liefde. Alles wat je kunt zien, horen, voelen en onderscheiden is een beeld van Mijn liefde. Maar herkennen jullie dat ook?
Zie, als Ik spreek zijn dat woorden die de liefde die Ik voor jullie voel overbrengen. Elk woord is een door Mijn Wijsheid gekozen vorm waarin Mijn liefde zich als een zaadkorrel bevindt. Die korrel dient in jullie hart, dat is jullie liefde voor Mij, te worden gezaaid. Oftewel, willen jullie het leven uit Mijn woorden halen, dan zullen jullie het met liefde moeten omringen. Jullie liefde zal zich als een moederhen om Mijn Woorden moeten wikkelen.
Door wijsheid, inzicht, geleerdheid, redenatie e.d. zullen jullie nooit tot het juiste begrip van Mijn Woorden komen. Het juiste inzicht, de juiste wijsheid komt nu juist voort uit de liefde. Andersom is vrijwel ondoenlijk en duurt enorm lang. Want net als het licht uit de zon geen vruchten uit de aarde voortbrengt indien er geen warmte is, zo zullen ook alleen gedachten en overwegingen zonder liefde jullie nooit het juiste begrip van Mijn Woorden kunnen geven.
Zie, de liefde is een kracht. De wijsheid is de begrenzer, de vormgever, van die kracht. In brood zitten voedingsstoffen. Die voedingsstoffen worden door het lichaam opgenomen. Het brood is de drager van die voedingsstoffen, van de energie die daarin zit. De vrije energie is niet op te nemen en dus wordt ze in het brood opgenomen en daaruit in het lichaam weer vrij gemaakt.
Zie, zo is ook Mijn liefde in de vrije vorm voor de mens niet op te nemen, ze zou de mens het leven benemen. En dus wordt ze in Woorden van Mijn Wijsheid opgenomen en komt in Woorden tot jullie. Begrijp wat het wilde zeggen toen Ik sprak: 'Neemt, eet (van dit brood), dit is Mijn lichaam' en begrijp dan dat het niet letterlijk Mijn lichaam is, maar een beeld. Want ook Mijn lichaam was een Woord, dat vlees werd. Woorden zijn vormen van Mijn liefde. Het lichaam dat Ik aantrok was een nog vastere en materiëlere vorm van het Woord dat Ik spreek.
Zie hoe groot de misvatting is indien het brood, dat in kerken ter nagedachtenis aan Mij wordt gebroken, letterlijk als Mijn lichaam wordt voorgesteld. Het is slechts een beeld. De geestelijke taal, de taal van liefde, is een taal van gelijkenissen en beelden. Op een andere wijze kan het niet. In de beelden en gelijkenissen komt Mijn liefde-energie verteerbaar tot jullie.
Luister naar Mijn Woord, want het is het begin van het herkennen van Mij. Omwikkel het met jullie liefde en het zal in jullie vrucht dragen en jullie zullen het begrijpen.
Ik heb jullie lief, zo lief.
Amen.'
Ik ben liefde. Alles is uit Mij. Alles is een beeld van Mijn liefde. Alles wat je kunt zien, horen, voelen en onderscheiden is een beeld van Mijn liefde. Maar herkennen jullie dat ook?
Zie, als Ik spreek zijn dat woorden die de liefde die Ik voor jullie voel overbrengen. Elk woord is een door Mijn Wijsheid gekozen vorm waarin Mijn liefde zich als een zaadkorrel bevindt. Die korrel dient in jullie hart, dat is jullie liefde voor Mij, te worden gezaaid. Oftewel, willen jullie het leven uit Mijn woorden halen, dan zullen jullie het met liefde moeten omringen. Jullie liefde zal zich als een moederhen om Mijn Woorden moeten wikkelen.
Door wijsheid, inzicht, geleerdheid, redenatie e.d. zullen jullie nooit tot het juiste begrip van Mijn Woorden komen. Het juiste inzicht, de juiste wijsheid komt nu juist voort uit de liefde. Andersom is vrijwel ondoenlijk en duurt enorm lang. Want net als het licht uit de zon geen vruchten uit de aarde voortbrengt indien er geen warmte is, zo zullen ook alleen gedachten en overwegingen zonder liefde jullie nooit het juiste begrip van Mijn Woorden kunnen geven.
Zie, de liefde is een kracht. De wijsheid is de begrenzer, de vormgever, van die kracht. In brood zitten voedingsstoffen. Die voedingsstoffen worden door het lichaam opgenomen. Het brood is de drager van die voedingsstoffen, van de energie die daarin zit. De vrije energie is niet op te nemen en dus wordt ze in het brood opgenomen en daaruit in het lichaam weer vrij gemaakt.
Zie, zo is ook Mijn liefde in de vrije vorm voor de mens niet op te nemen, ze zou de mens het leven benemen. En dus wordt ze in Woorden van Mijn Wijsheid opgenomen en komt in Woorden tot jullie. Begrijp wat het wilde zeggen toen Ik sprak: 'Neemt, eet (van dit brood), dit is Mijn lichaam' en begrijp dan dat het niet letterlijk Mijn lichaam is, maar een beeld. Want ook Mijn lichaam was een Woord, dat vlees werd. Woorden zijn vormen van Mijn liefde. Het lichaam dat Ik aantrok was een nog vastere en materiëlere vorm van het Woord dat Ik spreek.
Zie hoe groot de misvatting is indien het brood, dat in kerken ter nagedachtenis aan Mij wordt gebroken, letterlijk als Mijn lichaam wordt voorgesteld. Het is slechts een beeld. De geestelijke taal, de taal van liefde, is een taal van gelijkenissen en beelden. Op een andere wijze kan het niet. In de beelden en gelijkenissen komt Mijn liefde-energie verteerbaar tot jullie.
Luister naar Mijn Woord, want het is het begin van het herkennen van Mij. Omwikkel het met jullie liefde en het zal in jullie vrucht dragen en jullie zullen het begrijpen.
Ik heb jullie lief, zo lief.
Amen.'
173 - Vervolmaken |
14/06/16 |
'Mijn lieve kinderen,
Ik hou van jullie. Omwille van de liefde heb Ik jullie geschapen. Ik gaf jullie leven en voorzag jullie van alles wat jullie nodig hebben om te groeien. Dat is wat Ik deed, doe en zal doen. Ik schep, onderhoudt en vervolmaak. Dat is het proces waar jullie in zaten, zitten en zullen blijven zitten.
Zie Mijn liefde en wijsheid uiten zich in Mijn wil, dat is scheppen. Mijn wil brengt het voort. Mijn wil is werkzaam. En alles is onderhavig aan die werkzaamheid uit Mij. Niets kan zich op eigen werk beroemen, want het is alles Mijn werk, Mijn wil, Mijn liefde en Mijn wijsheid. En zie de ruimten vullen zich en hebben zich gevuld, en zullen zich eeuwig vullen en weerspiegelen Mijn heerlijkheid.
Met ernst, geduld en barmhartigheid heb Ik Mijn scheppingen omgeven. Ik zorg voor bestendigheid, Ik onderhoudt alles. Ik leidt elk partikeltje in Mijn oneindige scheppingen tot vervolmaking. Niets ontgaat Mijn aandacht, Mijn Liefde en Mijn barmhartigheid. Ik vervolmaak alles opdat het in die vervolmaking zal terugkeren tot Mij, de Schepper. Begrijp dat alles al al van eeuwigheid tot eeuwigheid in Mij is en dat terugkeer niet betekent, dat het eerst van Mij verwijderd is geworden. Terugkeer doelt op het terugkeren door vervolmaking, het terugkeren in de volmaakte toestand waar het ook vanuit is gegaan toen het nog als gedachte en idee uitsluitend in Mij bestond.
De vervolmaking is een voortdurend proces. Alles in Mijn scheppingen volgt die koers als een ingeschapen opdracht. Niets kan zich er aan onttrekken. Alleen jullie, Mijn lieve kinderen, kunnen evenals de gehele mensheid zelf beslissen in hoeverre jullie deze vervolmaking wensen door te voeren. Jullie hebben vrije keuze. Jullie kunnen Mij volgen, want Ik ben de meest Vrije die er is en wie Mij volgt is werkelijk volkomen vrij. Of jullie kunnen je in gebondenheid geven door je te richten op wat nog gebonden is, de materie.
Zie, zal zal jullie nooit dwingen tot een keuze, die tijden zijn geweest in de vele stadia van bestaan die jullie voor de menswording hebben moeten doormaken. Maar zie, jullie in jullie materie gerichtheid aan jullie zelfgekozen ellendige bestaan overlaten kan Ik ook niet, want Ik hou van jullie. Ik weet dat er gezegd is 'volenti non fit injura' oftewel, wie zelf wil geschiedt geen onrecht, maar Mijn liefde, hoor, laat jullie nooit los.
Het kan zijn dat jullie een bijzonder lange en zware weg gaan, omdat jullie de korte weg naar Mij hebben versmaadt. Het kan zijn dat jullie veel moeite en ellende door moeten maken, omdat jullie de vreugde en gelukzaligheid die uitgaat van de liefde tot Mij niet hebben gewild, ja, dat kan zijn. Maar jullie zullen nooit buiten Mijn liefde en barmhartigheid kunnen vallen.
Een keuze voor de materie is een keuze voor terugkeer in het gericht. Het gericht, dat jullie reeds achter jullie hebben gelaten toen jullie mens werden, wordt dan opnieuw aangetrokken. Die situatie is voor jullie weliswaar een hele zware, maar is in Mijn orde niet anders dan een terugvallen in het gericht waar de gehele schepping, m.u.v. de mensheid en de engelenschaar, zich al in bevond, bevindt en zal bevinden. Uit dat gericht kweek Ik de mensheid op zoals altijd al is opgekweekt. Zo zullen zij die zich uit vrije wil terug begeven in dat gericht de weg er doorheen dan ook opnieuw gaan. Mijn schepping zal echt wel worden vervolmaakt, ook in hen die vielen, vallen en zullen vallen uit vrije wil.
Echter, wie nu hoort dat Ik liefde ben, wie nu hoort dat Ik de vrije wil heb gegeven om die liefde te volgen, volg die liefde dan ook. Ik wil jullie gelukzaligheid geven. Ik kijk naar jullie uit. Mijn armen heb Ik naar jullie uitgestoken. Kom, laat je lief hebben en heb lief.
Amen.'
Ik hou van jullie. Omwille van de liefde heb Ik jullie geschapen. Ik gaf jullie leven en voorzag jullie van alles wat jullie nodig hebben om te groeien. Dat is wat Ik deed, doe en zal doen. Ik schep, onderhoudt en vervolmaak. Dat is het proces waar jullie in zaten, zitten en zullen blijven zitten.
Zie Mijn liefde en wijsheid uiten zich in Mijn wil, dat is scheppen. Mijn wil brengt het voort. Mijn wil is werkzaam. En alles is onderhavig aan die werkzaamheid uit Mij. Niets kan zich op eigen werk beroemen, want het is alles Mijn werk, Mijn wil, Mijn liefde en Mijn wijsheid. En zie de ruimten vullen zich en hebben zich gevuld, en zullen zich eeuwig vullen en weerspiegelen Mijn heerlijkheid.
Met ernst, geduld en barmhartigheid heb Ik Mijn scheppingen omgeven. Ik zorg voor bestendigheid, Ik onderhoudt alles. Ik leidt elk partikeltje in Mijn oneindige scheppingen tot vervolmaking. Niets ontgaat Mijn aandacht, Mijn Liefde en Mijn barmhartigheid. Ik vervolmaak alles opdat het in die vervolmaking zal terugkeren tot Mij, de Schepper. Begrijp dat alles al al van eeuwigheid tot eeuwigheid in Mij is en dat terugkeer niet betekent, dat het eerst van Mij verwijderd is geworden. Terugkeer doelt op het terugkeren door vervolmaking, het terugkeren in de volmaakte toestand waar het ook vanuit is gegaan toen het nog als gedachte en idee uitsluitend in Mij bestond.
De vervolmaking is een voortdurend proces. Alles in Mijn scheppingen volgt die koers als een ingeschapen opdracht. Niets kan zich er aan onttrekken. Alleen jullie, Mijn lieve kinderen, kunnen evenals de gehele mensheid zelf beslissen in hoeverre jullie deze vervolmaking wensen door te voeren. Jullie hebben vrije keuze. Jullie kunnen Mij volgen, want Ik ben de meest Vrije die er is en wie Mij volgt is werkelijk volkomen vrij. Of jullie kunnen je in gebondenheid geven door je te richten op wat nog gebonden is, de materie.
Zie, zal zal jullie nooit dwingen tot een keuze, die tijden zijn geweest in de vele stadia van bestaan die jullie voor de menswording hebben moeten doormaken. Maar zie, jullie in jullie materie gerichtheid aan jullie zelfgekozen ellendige bestaan overlaten kan Ik ook niet, want Ik hou van jullie. Ik weet dat er gezegd is 'volenti non fit injura' oftewel, wie zelf wil geschiedt geen onrecht, maar Mijn liefde, hoor, laat jullie nooit los.
Het kan zijn dat jullie een bijzonder lange en zware weg gaan, omdat jullie de korte weg naar Mij hebben versmaadt. Het kan zijn dat jullie veel moeite en ellende door moeten maken, omdat jullie de vreugde en gelukzaligheid die uitgaat van de liefde tot Mij niet hebben gewild, ja, dat kan zijn. Maar jullie zullen nooit buiten Mijn liefde en barmhartigheid kunnen vallen.
Een keuze voor de materie is een keuze voor terugkeer in het gericht. Het gericht, dat jullie reeds achter jullie hebben gelaten toen jullie mens werden, wordt dan opnieuw aangetrokken. Die situatie is voor jullie weliswaar een hele zware, maar is in Mijn orde niet anders dan een terugvallen in het gericht waar de gehele schepping, m.u.v. de mensheid en de engelenschaar, zich al in bevond, bevindt en zal bevinden. Uit dat gericht kweek Ik de mensheid op zoals altijd al is opgekweekt. Zo zullen zij die zich uit vrije wil terug begeven in dat gericht de weg er doorheen dan ook opnieuw gaan. Mijn schepping zal echt wel worden vervolmaakt, ook in hen die vielen, vallen en zullen vallen uit vrije wil.
Echter, wie nu hoort dat Ik liefde ben, wie nu hoort dat Ik de vrije wil heb gegeven om die liefde te volgen, volg die liefde dan ook. Ik wil jullie gelukzaligheid geven. Ik kijk naar jullie uit. Mijn armen heb Ik naar jullie uitgestoken. Kom, laat je lief hebben en heb lief.
Amen.'
172 - Als een kraan |
13/06/16 |
Mijn kinderen,
Ik heb jullie lief. Ik geef jullie Mijn liefde. Mijn liefde is als warmte die het gemoed weldoend door stroomt. Die liefde kunnen jullie blij ontvangen, maar jullie kunnen je er ook voor afsluiten. Indien jullie het ontvangen, stroom Ik in, in jullie hart. Die liefde wil echter niet worden opgeslagen, ze wil doorstromen.
De liefde is als water uit een kraan. Een kraan kan open en dicht. Jullie eigen keuze is het al of niet open dan wel dicht draaien van de kraan van liefde in jullie hart. De keuze om Mij lief te hebben opent de kraan. De keuze voor zelfzucht sluit deze kraan stevig. Een gesloten kraan zal geen water geven. Het water is er wel, het is ook aangesloten op de kraan, er is ook voldoende waterdruk, maar de kraan staat niet open. Mijn liefde is er wel, Ik heb het ook overvloedig voor iedereen beschikbaar, Ik verlang er zeer naar om het te kunnen delen, maar de zelfzuchtige mens wil het niet ontvangen.
Natuurlijk zal Ik Mijn orde daarbij niet verstoren. Die orde is dat de kraan blijft wat die is. De mens wordt niet gedwongen. Mijn liefde dring Ik niet op. Ik wacht totdat de mens een tekort gaat voelen, dorst krijgt. En wie zich dan tot Mij wendt, die wordt van Mijn liefde voorzien. Ik hoor en verhoor. Want Ik heb oneindig lief. De kraan gaat weer open en Ik stroom in met alle liefde.
Laat mijn liefde zuiver doorstromen naar jullie medemensen. Want het is een mengkraan, daar in jullie hart, en er kan zo maar onzuiverheid in worden gemengd. Eigen belang en hoogmoed zijn zulke onzuiverheden. En die dienen jullie zelfstandig te herkennen en uit te bannen. Vraag het Mij om jullie daarin te helpen, want Ik kan jullie alles openbaren, ook dat waarin jullie nog te kort schieten.
Ik sta naast jullie, heel dichtbij. Jullie kunnen Mij horen, als je wilt luisteren. Jullie kunnen Mij ervaren als jullie dat willen, en jullie kunnen Mij voelen, in je gemoed, in je hart. Zet de kraan van Mijn liefde in je hart open en geef het met vreugde door aan anderen.
Amen.'
Ik heb jullie lief. Ik geef jullie Mijn liefde. Mijn liefde is als warmte die het gemoed weldoend door stroomt. Die liefde kunnen jullie blij ontvangen, maar jullie kunnen je er ook voor afsluiten. Indien jullie het ontvangen, stroom Ik in, in jullie hart. Die liefde wil echter niet worden opgeslagen, ze wil doorstromen.
De liefde is als water uit een kraan. Een kraan kan open en dicht. Jullie eigen keuze is het al of niet open dan wel dicht draaien van de kraan van liefde in jullie hart. De keuze om Mij lief te hebben opent de kraan. De keuze voor zelfzucht sluit deze kraan stevig. Een gesloten kraan zal geen water geven. Het water is er wel, het is ook aangesloten op de kraan, er is ook voldoende waterdruk, maar de kraan staat niet open. Mijn liefde is er wel, Ik heb het ook overvloedig voor iedereen beschikbaar, Ik verlang er zeer naar om het te kunnen delen, maar de zelfzuchtige mens wil het niet ontvangen.
Natuurlijk zal Ik Mijn orde daarbij niet verstoren. Die orde is dat de kraan blijft wat die is. De mens wordt niet gedwongen. Mijn liefde dring Ik niet op. Ik wacht totdat de mens een tekort gaat voelen, dorst krijgt. En wie zich dan tot Mij wendt, die wordt van Mijn liefde voorzien. Ik hoor en verhoor. Want Ik heb oneindig lief. De kraan gaat weer open en Ik stroom in met alle liefde.
Laat mijn liefde zuiver doorstromen naar jullie medemensen. Want het is een mengkraan, daar in jullie hart, en er kan zo maar onzuiverheid in worden gemengd. Eigen belang en hoogmoed zijn zulke onzuiverheden. En die dienen jullie zelfstandig te herkennen en uit te bannen. Vraag het Mij om jullie daarin te helpen, want Ik kan jullie alles openbaren, ook dat waarin jullie nog te kort schieten.
Ik sta naast jullie, heel dichtbij. Jullie kunnen Mij horen, als je wilt luisteren. Jullie kunnen Mij ervaren als jullie dat willen, en jullie kunnen Mij voelen, in je gemoed, in je hart. Zet de kraan van Mijn liefde in je hart open en geef het met vreugde door aan anderen.
Amen.'
171 -Hemel of hel? |
06/06/16 |
En dit is wat de liefdevolle Vader in Jezus me vandaag openbaart:
Indrukwekkend, het besef dat het vrije keuze is. We kiezen zelf welke toekomst we willen. En het gaat daarbij om onze geestelijke toekomst. We kiezen nu. Er zijn maar twee keuze mogelijkheden. Ten eerst de keuze 'Jezus', en ten tweede de keuze 'geen Jezus'. In andere woorden: de keuze liefde tot God en naaste, en de keuze liefde voor zichzelf. Zichzelf betekent echter de eigen persoonlijke hel.
We kennen de beelden van schilderijen e.d. allemaal, en het zijn precies dat, 'beelden'. Het zijn beelden van onze instelling, de neiging van onze liefde, onze eigen gerechtigheid versus de Zijne. Begrijp het goed. Het is niet een plaats of een vorm of een substantie van materiële oorsprong. Het is niet een straf, of een beloning, of een gerechtelijke uitspraak. Het is keuze. En die mindset, die is er al, nu en in de toekomst. Die hoeft er echter niet te zijn, want we kunnen elk moment anders kiezen. Maar als je God, Jezus en liefde afwijst, hoe wil je dan redding vinden van die helse mindset? Want redding is dat Jezus liefde heeft gebracht om na te volgen.
Er zijn er die denken dat redding een soort formule is, een formule met de naam Jezus. En waarachtig, die Naam is essentieel, want het is de Naam van de hoogste liefde die God voor ons, Zijn schepselen heeft, dat HijZelf het kleed van onze val aantrok, het kleed zijnde de materie. En dat Hij in die materie ons tegemoet kwam en de materie overwon, en dus ons ondanks onze verharding in de materie, wederom een toegankelijk weg bood tot hereniging met Hem.
Die Naam belijden betekent in wezen vooral instemmen met de instelling die God heeft, liefde tot naaste en vooral tot Hem die ons uit de materie-val heeft getild, bevrijdt en verlost. Instemmen met liefde is de werkelijke verlossing. En Jezus gaat je daar in voor. Liefde is hemels, letterlijk. Zelfzucht, dus eigen liefde is hels, letterlijk. De naam Jezus noemen, maar niet instemmen met de liefde helpt je niets. Hoe vaak klinkt die Naam niet ondoordacht als vloek of schrik, en dat verlost ons echt niet van de dodelijk helse mindset van zelfzucht. Dus noemde de Naam met aandacht en instemming van de liefde waarvoor die Naam staat.
Wel, de beelden van een mens die liefde in Jezus navolgt, of de beelden van een mens die uitsluitend zichzelf lief heeft, zijn dus beelden van de instelling van die mens. Het zijn geen schilderingen van letterlijke taferelen. Laten we er een paar noemen en daarbij ook zeggen welke instelling er achter schuil gaat.
Te beginnen met duisternis. Daar gaat de instelling achter schuil, dat het Licht uit God, zijnde het begrip van en de instemming met de liefde Gods, niet in deze mens is. Vuur zien we ook vaak terug in beelden van de hel. Dat duidt op een voortdurend brandende haat tegen alles wat niet in het zelfzuchtige plaatje van deze mens past. Haat dus tegen anderen. Haat ook tegen God. Nog eentje, en dan is het genoeg, beelden van pijn. Dat duidt op het lijden dat een mens ervaart indien hij zich tegen de orde keert waarin hij is geschapen, een orde van liefde.
En dan de hemelse beelden. Er is b.v. Sprake van prachtig licht in onbeschrijfelijk intense kleuren. Dat is een beeld van wat een mens ervaart die de Vader in Jezus lief heeft bovenal. Het toont de mate waarin deze mens de wijsheid deelachtig wordt die uit gaat van die liefde. Welbehagen en schoonheid die ook in de hemelse beelden voorkomen zijn een gevolg van het weldoende gevoel dat uitgaat van de naasten liefde en de innerlijke schoonheid die deze mens daarmee verkrijgt.
Zie, het is vrije keuze, liefde of zelfzucht. En de geestelijke toestand van nu en in de toekomst die volgt op deze keuze is in beelden van hemel of hel goed voorgesteld. Niemand wil lijden, maar zelfzucht ìs lijden. Iedereen wil vreugde en vrede, de ware daadwerkelijke liefde ìs vreugde en vrede.
Vrije keuze.
Dus je bent niet in de hemel of de hel, je voelt je in de hemel of de hel.
Indrukwekkend, het besef dat het vrije keuze is. We kiezen zelf welke toekomst we willen. En het gaat daarbij om onze geestelijke toekomst. We kiezen nu. Er zijn maar twee keuze mogelijkheden. Ten eerst de keuze 'Jezus', en ten tweede de keuze 'geen Jezus'. In andere woorden: de keuze liefde tot God en naaste, en de keuze liefde voor zichzelf. Zichzelf betekent echter de eigen persoonlijke hel.
We kennen de beelden van schilderijen e.d. allemaal, en het zijn precies dat, 'beelden'. Het zijn beelden van onze instelling, de neiging van onze liefde, onze eigen gerechtigheid versus de Zijne. Begrijp het goed. Het is niet een plaats of een vorm of een substantie van materiële oorsprong. Het is niet een straf, of een beloning, of een gerechtelijke uitspraak. Het is keuze. En die mindset, die is er al, nu en in de toekomst. Die hoeft er echter niet te zijn, want we kunnen elk moment anders kiezen. Maar als je God, Jezus en liefde afwijst, hoe wil je dan redding vinden van die helse mindset? Want redding is dat Jezus liefde heeft gebracht om na te volgen.
Er zijn er die denken dat redding een soort formule is, een formule met de naam Jezus. En waarachtig, die Naam is essentieel, want het is de Naam van de hoogste liefde die God voor ons, Zijn schepselen heeft, dat HijZelf het kleed van onze val aantrok, het kleed zijnde de materie. En dat Hij in die materie ons tegemoet kwam en de materie overwon, en dus ons ondanks onze verharding in de materie, wederom een toegankelijk weg bood tot hereniging met Hem.
Die Naam belijden betekent in wezen vooral instemmen met de instelling die God heeft, liefde tot naaste en vooral tot Hem die ons uit de materie-val heeft getild, bevrijdt en verlost. Instemmen met liefde is de werkelijke verlossing. En Jezus gaat je daar in voor. Liefde is hemels, letterlijk. Zelfzucht, dus eigen liefde is hels, letterlijk. De naam Jezus noemen, maar niet instemmen met de liefde helpt je niets. Hoe vaak klinkt die Naam niet ondoordacht als vloek of schrik, en dat verlost ons echt niet van de dodelijk helse mindset van zelfzucht. Dus noemde de Naam met aandacht en instemming van de liefde waarvoor die Naam staat.
Wel, de beelden van een mens die liefde in Jezus navolgt, of de beelden van een mens die uitsluitend zichzelf lief heeft, zijn dus beelden van de instelling van die mens. Het zijn geen schilderingen van letterlijke taferelen. Laten we er een paar noemen en daarbij ook zeggen welke instelling er achter schuil gaat.
Te beginnen met duisternis. Daar gaat de instelling achter schuil, dat het Licht uit God, zijnde het begrip van en de instemming met de liefde Gods, niet in deze mens is. Vuur zien we ook vaak terug in beelden van de hel. Dat duidt op een voortdurend brandende haat tegen alles wat niet in het zelfzuchtige plaatje van deze mens past. Haat dus tegen anderen. Haat ook tegen God. Nog eentje, en dan is het genoeg, beelden van pijn. Dat duidt op het lijden dat een mens ervaart indien hij zich tegen de orde keert waarin hij is geschapen, een orde van liefde.
En dan de hemelse beelden. Er is b.v. Sprake van prachtig licht in onbeschrijfelijk intense kleuren. Dat is een beeld van wat een mens ervaart die de Vader in Jezus lief heeft bovenal. Het toont de mate waarin deze mens de wijsheid deelachtig wordt die uit gaat van die liefde. Welbehagen en schoonheid die ook in de hemelse beelden voorkomen zijn een gevolg van het weldoende gevoel dat uitgaat van de naasten liefde en de innerlijke schoonheid die deze mens daarmee verkrijgt.
Zie, het is vrije keuze, liefde of zelfzucht. En de geestelijke toestand van nu en in de toekomst die volgt op deze keuze is in beelden van hemel of hel goed voorgesteld. Niemand wil lijden, maar zelfzucht ìs lijden. Iedereen wil vreugde en vrede, de ware daadwerkelijke liefde ìs vreugde en vrede.
Vrije keuze.
Dus je bent niet in de hemel of de hel, je voelt je in de hemel of de hel.
170 - Wie gelooft? |
03/06/16 |
'Mijn lieve kinderen,
De reden waarom Ik, Jezus, mensen gebruik voor Mijn werk is, dat als Ikzelf zichtbaar dat werk van verkondiging zou doen, de vrijheid van de mensen in gevaar zou komen. Dus verschuil Ik Mij en bedien Mij van mensen die Mij toegewijd zijn en bereid zijn om Mijn Woord uit te dragen.
Iemand die kiest voor een opleiding of een vak, doet dat toch ook zonder dwang. Wie daarentegen onder dwang moet studeren wordt nooit een goede vakman, en zal een hartgrondige hekel hebben aan wat hij gedwongen wordt te doen. Nu, zo zal het ook zijn bij de mens die gedwongen wordt om te 'geloven', wat dan ook geen geloof meer is, omdat Ik zichtbaar ben. Hij zal wel handelen volgens wat de geloofsleer hem oplegt, want het is overduidelijk waarheid, maar hij zal er tegelijk ook niet zelf voor hebben gekozen, en er ook niet blij mee zijn of hij zal er een flinke hekel aan hebben. Wat voor een zin heeft dat?
Het is dus goed dat de mens in vrijheid kan kiezen, maar tevens is het oneindig triest dat zo velen niet kiezen voor de liefde en nederigheid, maar voor zelfzucht en hoogmoed. En zie, dan zijn er wel de Mijnen die spreken en getuigen van Mij, de Liefdevolle, maar wie zal er naar hen luisteren? Wie leest nog gretig wat er hier geschreven staat? Wie gelooft dat Ik het ben die hier door het schrijven van dit kind van Mij spreek?
Ik heb jullie lief en wil jullie optillen naar de vrijheid van liefde en deemoed. Laat je door Mij leiden, volg Mij.
Amen.'
De reden waarom Ik, Jezus, mensen gebruik voor Mijn werk is, dat als Ikzelf zichtbaar dat werk van verkondiging zou doen, de vrijheid van de mensen in gevaar zou komen. Dus verschuil Ik Mij en bedien Mij van mensen die Mij toegewijd zijn en bereid zijn om Mijn Woord uit te dragen.
Iemand die kiest voor een opleiding of een vak, doet dat toch ook zonder dwang. Wie daarentegen onder dwang moet studeren wordt nooit een goede vakman, en zal een hartgrondige hekel hebben aan wat hij gedwongen wordt te doen. Nu, zo zal het ook zijn bij de mens die gedwongen wordt om te 'geloven', wat dan ook geen geloof meer is, omdat Ik zichtbaar ben. Hij zal wel handelen volgens wat de geloofsleer hem oplegt, want het is overduidelijk waarheid, maar hij zal er tegelijk ook niet zelf voor hebben gekozen, en er ook niet blij mee zijn of hij zal er een flinke hekel aan hebben. Wat voor een zin heeft dat?
Het is dus goed dat de mens in vrijheid kan kiezen, maar tevens is het oneindig triest dat zo velen niet kiezen voor de liefde en nederigheid, maar voor zelfzucht en hoogmoed. En zie, dan zijn er wel de Mijnen die spreken en getuigen van Mij, de Liefdevolle, maar wie zal er naar hen luisteren? Wie leest nog gretig wat er hier geschreven staat? Wie gelooft dat Ik het ben die hier door het schrijven van dit kind van Mij spreek?
Ik heb jullie lief en wil jullie optillen naar de vrijheid van liefde en deemoed. Laat je door Mij leiden, volg Mij.
Amen.'
169 - Bewust |
01/06/16 |
'Mijn kinderen,
Jullie zijn zo'n beetje de laatsten die nog kunnen worden gered.'
Gered, waarvan?
'Van onbewustheid.'
Onbewust, waarvan?
'De zin van jullie bestaan.'
Welke zin is dat?
'Dat je zelf het antwoord op die vraag wilt vinden.
Wie zich niet uit eigen beweging inzet om het antwoord op de vraag van het nut, de zin en het doel van het bestaan te vinden, die gaat ten onder in zijn gebrek aan inzicht. Die houdt zich nu met van alles bezig zonder te bemerken hoe dat alles zijn eigen geestelijk welzijn ondermijnt. Wie niet weet van enig gevaar, loopt een enorm veel groter risico, dan wie het gevaar goed onderkent. Je steekt een vijfbaans snelweg niet over met je ogen dicht...maar wat nu als je niet eens bemerkt dat je die snelweg dreigt over te steken?
Daarom, ga op zoek naar de zin van het bestaan, uit vrije wil en zelf werkzaam. Haast je, want jullie ziel staat al in de berm van het gevaar en jullie zien het niet. En Ik, noch enig ander, kan je daar weg trekken als je dat zelf niet wilt. Je bent vrij.'
... En hoezo dan 'de laatsten'?
'Wel, een boom geeft vruchten, verliest dan zijn blad en zal pas na een koude winter opnieuw tot bloei en vruchtzetting komen. De mensheid is als die boom. Voor dit seizoen zitten jullie er als mogelijke laatste vruchten aan. Daarna zal er voor de mensen, die geen vrucht van liefde zijn geworden, een tijd komen als de winter. En die winter staat voor de deur. Er zal na die winter weliswaar opnieuw een lente aanbreken, echter, dezelfde vruchten zullen dan niet ter rijping aan de takken hangen. Luister goed.
Amen'
Jullie zijn zo'n beetje de laatsten die nog kunnen worden gered.'
Gered, waarvan?
'Van onbewustheid.'
Onbewust, waarvan?
'De zin van jullie bestaan.'
Welke zin is dat?
'Dat je zelf het antwoord op die vraag wilt vinden.
Wie zich niet uit eigen beweging inzet om het antwoord op de vraag van het nut, de zin en het doel van het bestaan te vinden, die gaat ten onder in zijn gebrek aan inzicht. Die houdt zich nu met van alles bezig zonder te bemerken hoe dat alles zijn eigen geestelijk welzijn ondermijnt. Wie niet weet van enig gevaar, loopt een enorm veel groter risico, dan wie het gevaar goed onderkent. Je steekt een vijfbaans snelweg niet over met je ogen dicht...maar wat nu als je niet eens bemerkt dat je die snelweg dreigt over te steken?
Daarom, ga op zoek naar de zin van het bestaan, uit vrije wil en zelf werkzaam. Haast je, want jullie ziel staat al in de berm van het gevaar en jullie zien het niet. En Ik, noch enig ander, kan je daar weg trekken als je dat zelf niet wilt. Je bent vrij.'
... En hoezo dan 'de laatsten'?
'Wel, een boom geeft vruchten, verliest dan zijn blad en zal pas na een koude winter opnieuw tot bloei en vruchtzetting komen. De mensheid is als die boom. Voor dit seizoen zitten jullie er als mogelijke laatste vruchten aan. Daarna zal er voor de mensen, die geen vrucht van liefde zijn geworden, een tijd komen als de winter. En die winter staat voor de deur. Er zal na die winter weliswaar opnieuw een lente aanbreken, echter, dezelfde vruchten zullen dan niet ter rijping aan de takken hangen. Luister goed.
Amen'
aan de schrijver... |
30/05/16 |
'Mijn kind,
Mijn liefde en wijsheid heb je altijd bij je, in je.
Je hebt het tot je genomen. Mijn vlees en Mijn bloed. Dat draag je bij je en als zodanig draag je Mij in je. Vrees niet dat je ooit zonder Mij zult zijn, dat is onmogelijk. Maar dit is er nog tegen je, dat je bij tijden de neiging hebt om Mijn advies, dat duidelijk in je weerklinkt, niet geheel te willen volgen. Zo ging je kort geleden ook in 'gesprek' over een 'presentatie' die jij zo graag wilde bouwen en houden. En hoewel Ik zei, laat het aan Mij over, vroeg je of jij het mocht doen, want je had zo veel enthousiasme en zulke leuke ideeën. En je weet, dan laat Ik je vrij.
Nu loop je tegen moeite aan, je mist Mijn werkzame liefde en bijdrage, je mist Mij. Je wordt nukkig en wrokkig en mopperend probeer je moeizaam om je plannen te uit te voeren. En dat loopt erg stroef. Je computer loopt twee keer zo vast dat je alles opnieuw moet installeren, je raakt daardoor gegevens kwijt, je wordt door borstpijn telkens van je energie en overwaarde berooft, je kunt geen materialen vinden die echt goed voldoen en zo gaat het niet echt makkelijk allemaal.
Uiteindeljk heb je ingezien hoe onverstandig je bezig bent en heb je, met gedachten aan Mij, besloten om er vanaf te zien. En zie, dan keer ik in je deemoedige hart terug en leidt je wederom op Mijn wegen.
Hoor Mij, Mijn Woord, en handel er naar, dan zul je nooit tegen moeite en dit soort weerstanden oplopen.
Amen.'
Mijn liefde en wijsheid heb je altijd bij je, in je.
Je hebt het tot je genomen. Mijn vlees en Mijn bloed. Dat draag je bij je en als zodanig draag je Mij in je. Vrees niet dat je ooit zonder Mij zult zijn, dat is onmogelijk. Maar dit is er nog tegen je, dat je bij tijden de neiging hebt om Mijn advies, dat duidelijk in je weerklinkt, niet geheel te willen volgen. Zo ging je kort geleden ook in 'gesprek' over een 'presentatie' die jij zo graag wilde bouwen en houden. En hoewel Ik zei, laat het aan Mij over, vroeg je of jij het mocht doen, want je had zo veel enthousiasme en zulke leuke ideeën. En je weet, dan laat Ik je vrij.
Nu loop je tegen moeite aan, je mist Mijn werkzame liefde en bijdrage, je mist Mij. Je wordt nukkig en wrokkig en mopperend probeer je moeizaam om je plannen te uit te voeren. En dat loopt erg stroef. Je computer loopt twee keer zo vast dat je alles opnieuw moet installeren, je raakt daardoor gegevens kwijt, je wordt door borstpijn telkens van je energie en overwaarde berooft, je kunt geen materialen vinden die echt goed voldoen en zo gaat het niet echt makkelijk allemaal.
Uiteindeljk heb je ingezien hoe onverstandig je bezig bent en heb je, met gedachten aan Mij, besloten om er vanaf te zien. En zie, dan keer ik in je deemoedige hart terug en leidt je wederom op Mijn wegen.
Hoor Mij, Mijn Woord, en handel er naar, dan zul je nooit tegen moeite en dit soort weerstanden oplopen.
Amen.'
168 - De stem van...? |
24/05/16 |
'Mijn lieve kinderen,
Satan is niet alleen een gevallen geest, maar ook een beeld van de materie met haar verlokkingen. De gevallen geest is gebonden en heeft geen 'spreektijd' in ons bestaan.
De materie echter is voertuig van onze ziel en geest. Het doel van materie is ons tot zelfwerkzaamheid te brengen. Geen aantrekking zonder afstoting. Geen evenwicht zonder contragewicht. Geen bewuste aandacht zonder besef van afleiding. We kunnen alleen een hand geven als er een andere hand is om te drukken. De vlam heeft een pit nodig om te branden.
Het doel van de materie is tweeërlei, om jullie mensengeesten tot tijdelijke woning te dienen en om jullie gedurende die tijd een springplank naar vergeestelijking te bieden. Zoals ook een rivier woning heeft gevonden in haar bedding en oevers, die tevens de rivier de mogelijkheid geven om te stromen. De rivier zelf is de oorzaak van haar bedding, niet andersom.
En het is nu net die springplank, dat contragewicht, die tegenkracht die 'satan' wordt op het moment dat jullie haar niet meer gebruiken als middel, maar als doel gaan beschouwen. Jullie richten dan je wil, je aandacht, je liefde op de materie. Jullie gaan dan de materie verzamelen, vereren, dienen, aanbidden, prijzen en hechten overmatig aan jullie vlees, jullie materiële lichaam. Een bakker heeft toch geen bakblikken omdat ze zo mooi zijn, maar om er brood in te bakken. Indien de bakker meer om zijn bakblikken dan om zijn brood geeft, zelfs zo veel dat hij ze wil sparen en niet in de hete oven wil brengen, dan is hij een waardeloze bakker, raakt zijn klandizie en de zin van het bakker zijn kwijt.
Evenzo is het met de jullie indien jullie de materie van groter belang achten dan de geest die jullie zijn. Jullie luisteren dan a.h.w. naar 'de stem van satan.' Dat is een metafoor voor het gehoor geven aan de de verleiding die uitgaat van de materie. En mochten jullie die stem van satan na deze verklaring toch niet goed kunnen herkennen, let dan op de gebondenheid die er van uit gaat. De (stem van de) materie wil de mens aan de materie binden. Mijn Stem wil jullie vrijheid versterken. Het ene berooft je van vrijheid, het andere geeft je juist vrijheid en versterkt het.
Die gebondenheid aan materie heeft vele namen. Jullie kennen haar onder meer onder de naam verslaving, hartstocht, ijdelheid, zucht als in vraatzucht, heerszucht, zelfzucht, geldzucht e.d. Probeer maar eens iemand bij wie jullie een dergelijke gebondenheid bespeuren te 'bevrijden' van die gebondenheid. Op zijn minst kun je een schoffering verwachten, zo niet erger indien de mens zich bedreigt voelt in zijn genot. Deze mens luistert door eigen wil uitsluitend naar de stem van satan en Mijn stem van Liefde is hem vreemd.
Het is goed om hier ook nog in te gaan op 'stemmen' van demonen en duivels. Een demon of duivel is ook weer twee en wel enerzijds een persoon en anderzijds een beeld van boosheid. Personen zijn de mensengeesten die zich volledig hebben overgegeven aan het genot van de materie. Die mensen zijn ofwel in het vlees, dus nog in een materieel lichaam, ofwel al overgegaan door de dood van hun vlees.
De overgegane materieel ingestelde geesten zijn uitermate koppig en willen zich niet laten helpen uit de gebondenheid aan de materie. Ze zoeken dan ook voortdurend zich opnieuw te kunnen verbinden met een materieel lichaam. Indien ze nu een mens bespeuren, nog levend in het vlees, die ze door eigen zwakheid toegang geeft tot dat eigen lichaam, dan zullen ze zich inspannen om dat lichaam in bezit te krijgen. Indien dat lukt, noemen we dat bezetenheid. Let wel, de bezetene zowel als de bezetter is zich niet altijd bewust van dit gebeuren. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat beide verblind zijn, omdat de gebondenheid aan materie de mens tevens berooft van inzicht en bewustwording.
Resultaat van deze bezetenheid is dat de bezetene stemmen kan gaan horen. Het moge duidelijk zijn welke stemmen dat dan zijn. De Mijne is het niet. Ik ben de oplossing in deze penibele situatie. Maar zoals altijd dring Ik Mij niet op. Ik wil gevraagd zijn. Op die wijze blijft de mens vrij, en de menselijke vrijheid is Mij heilig. Indien de bezetene Mij niet om hulp vraagt, is hulp moeilijk, zo niet onmogelijk. Een ander van jullie, iemand met een sterk geloof, grote liefde en een rotsvast vertrouwen, kan in Mijn naam nog wel wat doen. Maar waar is in deze materieel ingestelde tijden nog zo iemand te vinden. Wie hoort nog Mijn Stem van Liefde?
Amen.'
Satan is niet alleen een gevallen geest, maar ook een beeld van de materie met haar verlokkingen. De gevallen geest is gebonden en heeft geen 'spreektijd' in ons bestaan.
De materie echter is voertuig van onze ziel en geest. Het doel van materie is ons tot zelfwerkzaamheid te brengen. Geen aantrekking zonder afstoting. Geen evenwicht zonder contragewicht. Geen bewuste aandacht zonder besef van afleiding. We kunnen alleen een hand geven als er een andere hand is om te drukken. De vlam heeft een pit nodig om te branden.
Het doel van de materie is tweeërlei, om jullie mensengeesten tot tijdelijke woning te dienen en om jullie gedurende die tijd een springplank naar vergeestelijking te bieden. Zoals ook een rivier woning heeft gevonden in haar bedding en oevers, die tevens de rivier de mogelijkheid geven om te stromen. De rivier zelf is de oorzaak van haar bedding, niet andersom.
En het is nu net die springplank, dat contragewicht, die tegenkracht die 'satan' wordt op het moment dat jullie haar niet meer gebruiken als middel, maar als doel gaan beschouwen. Jullie richten dan je wil, je aandacht, je liefde op de materie. Jullie gaan dan de materie verzamelen, vereren, dienen, aanbidden, prijzen en hechten overmatig aan jullie vlees, jullie materiële lichaam. Een bakker heeft toch geen bakblikken omdat ze zo mooi zijn, maar om er brood in te bakken. Indien de bakker meer om zijn bakblikken dan om zijn brood geeft, zelfs zo veel dat hij ze wil sparen en niet in de hete oven wil brengen, dan is hij een waardeloze bakker, raakt zijn klandizie en de zin van het bakker zijn kwijt.
Evenzo is het met de jullie indien jullie de materie van groter belang achten dan de geest die jullie zijn. Jullie luisteren dan a.h.w. naar 'de stem van satan.' Dat is een metafoor voor het gehoor geven aan de de verleiding die uitgaat van de materie. En mochten jullie die stem van satan na deze verklaring toch niet goed kunnen herkennen, let dan op de gebondenheid die er van uit gaat. De (stem van de) materie wil de mens aan de materie binden. Mijn Stem wil jullie vrijheid versterken. Het ene berooft je van vrijheid, het andere geeft je juist vrijheid en versterkt het.
Die gebondenheid aan materie heeft vele namen. Jullie kennen haar onder meer onder de naam verslaving, hartstocht, ijdelheid, zucht als in vraatzucht, heerszucht, zelfzucht, geldzucht e.d. Probeer maar eens iemand bij wie jullie een dergelijke gebondenheid bespeuren te 'bevrijden' van die gebondenheid. Op zijn minst kun je een schoffering verwachten, zo niet erger indien de mens zich bedreigt voelt in zijn genot. Deze mens luistert door eigen wil uitsluitend naar de stem van satan en Mijn stem van Liefde is hem vreemd.
Het is goed om hier ook nog in te gaan op 'stemmen' van demonen en duivels. Een demon of duivel is ook weer twee en wel enerzijds een persoon en anderzijds een beeld van boosheid. Personen zijn de mensengeesten die zich volledig hebben overgegeven aan het genot van de materie. Die mensen zijn ofwel in het vlees, dus nog in een materieel lichaam, ofwel al overgegaan door de dood van hun vlees.
De overgegane materieel ingestelde geesten zijn uitermate koppig en willen zich niet laten helpen uit de gebondenheid aan de materie. Ze zoeken dan ook voortdurend zich opnieuw te kunnen verbinden met een materieel lichaam. Indien ze nu een mens bespeuren, nog levend in het vlees, die ze door eigen zwakheid toegang geeft tot dat eigen lichaam, dan zullen ze zich inspannen om dat lichaam in bezit te krijgen. Indien dat lukt, noemen we dat bezetenheid. Let wel, de bezetene zowel als de bezetter is zich niet altijd bewust van dit gebeuren. Dit wordt veroorzaakt door het feit dat beide verblind zijn, omdat de gebondenheid aan materie de mens tevens berooft van inzicht en bewustwording.
Resultaat van deze bezetenheid is dat de bezetene stemmen kan gaan horen. Het moge duidelijk zijn welke stemmen dat dan zijn. De Mijne is het niet. Ik ben de oplossing in deze penibele situatie. Maar zoals altijd dring Ik Mij niet op. Ik wil gevraagd zijn. Op die wijze blijft de mens vrij, en de menselijke vrijheid is Mij heilig. Indien de bezetene Mij niet om hulp vraagt, is hulp moeilijk, zo niet onmogelijk. Een ander van jullie, iemand met een sterk geloof, grote liefde en een rotsvast vertrouwen, kan in Mijn naam nog wel wat doen. Maar waar is in deze materieel ingestelde tijden nog zo iemand te vinden. Wie hoort nog Mijn Stem van Liefde?
Amen.'
167 - Aandacht |
21/05/16 |
'Mijn geliefde kinderen,
Voortdurend ben Ik voor jullie bezig, want Ik hou van jullie. In wat jullie omstandigheden noemen ben Ik doende jullie aandacht op te wekken, uit Liefde. Ik wil niet aan jullie vrijheid komen. Dus is prikkelen om jullie aandacht op te wekken hetgeen wat Mij rest. Of jullie die aandacht ook willen geven blijft volledig jullie keuze.
Ik prikkel in jullie waarneming, in jullie denken, en in jullie innerlijk gevoel. Maar nooit zullen jullie ook maar het geringste vermoeden hebben dat Ik het ben. Want indien jullie ten volle wisten hoezeer Ik in jullie bestaan aanwezig ben, dan zouden jullie overdondert worden door Mijn aanwezigheid en dat is niet de bedoeling.
En dus hebben jullie geen flauw benul van Mijn invloed in alles. Ja, in alles met uitzondering van jullie keuzes, die zijn en blijven vrij. Ik heb de orde die in alles heerst in handen, Ik heb het beheer ervan in handen, het werken en het zich ontwikkelen van elk nog zo klein element in Mijn schepping is in Mijn hand. Niets ontgaat Mij, niets valt buiten Mijn aandacht.
Bij jullie echter is de keuze waaraan jullie je aandacht wilt geven vrij. Daar kunnen jullie zelf over beschikken. Ik span Mij in om op duizenden manieren en via duizenden wegen jullie te prikkelen je aandacht te richten op Mij en Mijn liefde, omdat die aandacht jullie zult helpen je bewust te worden. Wie geen aandacht heeft voor iets, is zich er ook nauwelijks van bewust. De waarneming ervan is onvoldoende, het denken erover is afwezig en het innerlijk gevoel verlangt er ook niet naar.
Ik zeg jullie, als jullie bewust aandacht zouden hebben voor Mij en Mijn liefde dan zouden jullie engelen kunnen zien, oneindige wijsheden kunnen denken en jullie verlangen naar Mij zou oneindig groeien. Jullie hebben echter te weinig aandacht en dus zijn jullie je vrijwel onbewust van Mijn enorme liefde die jullie van eeuwigheid tot eeuwigheid omringt en zal blijven omringen.
En zo moet Ik wel naar middelen grijpen die jullie in eerste instantie helemaal niet bevallen. Ik laat toe dat jullie door blindheid, dat is onbewustheid van de eigen dwaasheid, in moeite en tegenslag terecht komen. Bedenk dan dat het niet het gevolg is van omstandigheden of het blinde lot, want het lot bestaat niet en blind zijn jullie meestal zelf. Bedenk liever dat Ik er een bedoeling mee heb. Als dat niet het geval was zouden jullie geen moeite en tegenslag nodig hebben en zou het jullie ook niet gebeuren.
Let maar beter ook niet op de tegenslagen die anderen schijnbaar treffen. Ja, als je onbaatzuchtige hulp en ondersteuning zou willen bieden is het goed op anderen te letten, met daarbij dan wel het besef dat de ander ook zijn bewustwording door moet kunnen maken. Maar let niet op de tegenslagen om kritiek te kunnen uiten op Mijn handelen. Want daarmee geef je duidelijk te kennen dat je Mij en Mijn liefde niet kent. Pas als je in staat bent om Mijn liefde te herkennen in de leiding die Ik in jullie eigen leven geef, zijn jullie je ook meer bewust van Mijn leiding in het leven van een ander.
Geef daarom aandacht aan wat er in jullie leven plaats vindt vanuit de gedachte dat Mijn liefde werkzaam is, in jullie en om jullie heen. Vraag je af welke mogelijke bedoeling Ik er mee heb. Vraag je af waartoe.
Ik hou van jullie.
Amen.'
Voortdurend ben Ik voor jullie bezig, want Ik hou van jullie. In wat jullie omstandigheden noemen ben Ik doende jullie aandacht op te wekken, uit Liefde. Ik wil niet aan jullie vrijheid komen. Dus is prikkelen om jullie aandacht op te wekken hetgeen wat Mij rest. Of jullie die aandacht ook willen geven blijft volledig jullie keuze.
Ik prikkel in jullie waarneming, in jullie denken, en in jullie innerlijk gevoel. Maar nooit zullen jullie ook maar het geringste vermoeden hebben dat Ik het ben. Want indien jullie ten volle wisten hoezeer Ik in jullie bestaan aanwezig ben, dan zouden jullie overdondert worden door Mijn aanwezigheid en dat is niet de bedoeling.
En dus hebben jullie geen flauw benul van Mijn invloed in alles. Ja, in alles met uitzondering van jullie keuzes, die zijn en blijven vrij. Ik heb de orde die in alles heerst in handen, Ik heb het beheer ervan in handen, het werken en het zich ontwikkelen van elk nog zo klein element in Mijn schepping is in Mijn hand. Niets ontgaat Mij, niets valt buiten Mijn aandacht.
Bij jullie echter is de keuze waaraan jullie je aandacht wilt geven vrij. Daar kunnen jullie zelf over beschikken. Ik span Mij in om op duizenden manieren en via duizenden wegen jullie te prikkelen je aandacht te richten op Mij en Mijn liefde, omdat die aandacht jullie zult helpen je bewust te worden. Wie geen aandacht heeft voor iets, is zich er ook nauwelijks van bewust. De waarneming ervan is onvoldoende, het denken erover is afwezig en het innerlijk gevoel verlangt er ook niet naar.
Ik zeg jullie, als jullie bewust aandacht zouden hebben voor Mij en Mijn liefde dan zouden jullie engelen kunnen zien, oneindige wijsheden kunnen denken en jullie verlangen naar Mij zou oneindig groeien. Jullie hebben echter te weinig aandacht en dus zijn jullie je vrijwel onbewust van Mijn enorme liefde die jullie van eeuwigheid tot eeuwigheid omringt en zal blijven omringen.
En zo moet Ik wel naar middelen grijpen die jullie in eerste instantie helemaal niet bevallen. Ik laat toe dat jullie door blindheid, dat is onbewustheid van de eigen dwaasheid, in moeite en tegenslag terecht komen. Bedenk dan dat het niet het gevolg is van omstandigheden of het blinde lot, want het lot bestaat niet en blind zijn jullie meestal zelf. Bedenk liever dat Ik er een bedoeling mee heb. Als dat niet het geval was zouden jullie geen moeite en tegenslag nodig hebben en zou het jullie ook niet gebeuren.
Let maar beter ook niet op de tegenslagen die anderen schijnbaar treffen. Ja, als je onbaatzuchtige hulp en ondersteuning zou willen bieden is het goed op anderen te letten, met daarbij dan wel het besef dat de ander ook zijn bewustwording door moet kunnen maken. Maar let niet op de tegenslagen om kritiek te kunnen uiten op Mijn handelen. Want daarmee geef je duidelijk te kennen dat je Mij en Mijn liefde niet kent. Pas als je in staat bent om Mijn liefde te herkennen in de leiding die Ik in jullie eigen leven geef, zijn jullie je ook meer bewust van Mijn leiding in het leven van een ander.
Geef daarom aandacht aan wat er in jullie leven plaats vindt vanuit de gedachte dat Mijn liefde werkzaam is, in jullie en om jullie heen. Vraag je af welke mogelijke bedoeling Ik er mee heb. Vraag je af waartoe.
Ik hou van jullie.
Amen.'
166 - Vader en kinderen |
18/05/16 |
'Mijn lieve kinderen,
Ja, Ik noem jullie Mijn kinderen en dat doe Ik uit liefde.
Een mens is wat hij is en doet wat hij doet ook uit liefde. Een boer is pas echt boer als hij land heeft. Een bakker is pas echt bakker als hij meel heeft. Een vader is pas echt vader als hij kinderen heeft. En ook Ik ben Vader als Ik jullie als kinderen heb. Ik hou van jullie, intens en in onvoorwaardelijk. Ik kies voor jullie. Al voor jullie bestonden zag Ik jullie in Mij en had jullie oneindig lief. Dat is waarom jullie bestaan, omdat Ik jullie lief heb. Daarom noem Ik Mij jullie Vader, door die Liefde. Maar Ik heb nodig dat jullie Mijn kinderen willen zijn. Ik kan Mezelf wel Vader noemen, maar een vader zonder kinderen is geen vader.
En jullie? Jullie krijgen de kans om te kiezen Mijn kinderen te willen zijn. En wel omdat Ik zo veel van jullie hou. Ik wil geen kunstige machinetjes die tot niets in staat zijn dan alleen de ingebouwde functies. Daarvoor heb ik jullie niet geschapen. Ik wil dat jullie zelf bestemmend zijn. Dat jullie zelf richting geven aan wie jullie willen zijn. Ik wil Vader zijn. Jullie worden echter niet gedwongen kinderen te zijn, jullie krijgen de vrijheid om te kiezen wat jullie willen zijn. Willen jullie kinderen van Mij zijn of willen jullie dat niet...
Want zie je, Ik ben alles al. Om maar wat te noemen: Ik ben Schepper, Ik ben Oneindig, Ik ben Eeuwig, Ik ben de meest grote Vrijheid ...en ga zo maar door. Jullie zijn door Mij, Schepper, Eeuwige, Oneindige, in het bestaan geroepen. Dat bestaan draagt de kenmerken van Mij die jullie in het bestaan riep. Jullie kunnen ook creëren, jullie gedachten kunnen oneindig zijn, jullie kunnen eeuwig niet ophouden te bestaan en hebben ook vrijheid gekregen. Vrijheid van keuze.
Ik verkies jullie een Vader te willen zijn. Ik ben alles, behalve Vader indien er geen kinderen zijn. Ik heb jullie lief. Stel je voor, Ik ben liefde in hoogst eigen persoon. Ik, de liefde, wil jullie een Vader zijn, maar kan dat nooit als jullie niet willen.
Bedenk, wie echt van een ander houdt wil graag dat die ander vrij is om die liefde te beantwoorden. Want indien er ook maar de geringste dwang is om de liefde te moeten beantwoorden is het geen liefde meer. Liefde is de meest grote vrijheid die jullie je maar kunnen voorstellen, die is op geen enkele wijze te dwingen. Ik Zelf ben die liefde, en Ik Zelf ben die vrijheid. Dus heb Ik jullie zo geschapen dat ook jullie die liefde in vrijheid kunnen beantwoorden.
Daarvoor moest er allereerst in jullie een vonk van liefde zijn gelegd, wel dat is gebeurd. En vervolgens moest er iets zijn wat jullie in een andere richting doet neigen dan naar Mij, en dat is ook gebeurd. Daarna pas was er keuze mogelijk. Zonder deze twee tegenkrachten van liefde tot Mij en de neiging naar iets anders dan Mij is er helemaal geen vrije keuze. Die neiging naar iets anders dan naar Mij is de in ieder schepsel noodzakelijke aanwezige neiging tot zelfbehoud.
En zie, daar zijn jullie dan, met een vonk van liefde en een neiging naar zelfbehoud. Nu is aan jullie de keus. Welke richting zullen jullie inslaan? Willen jullie kind zijn van Mij en Mij liefhebben als een Vader? Of willen jullie zoals zo ontzettend velen doorschieten in het noodzakelijk aanwezige zelfbehoud en Mij verliezen in bovenmatig zoeken naar zelfbehagen?
Vrije keuze!
Amen.'
Wat de hemelse Vader er niet bij zegt, omdat Hij er voor waakt om ons ook maar op de geringste wijze te beïnvloeden in onze vrije keuze, is dat Hij zo enorm, zo oneindig veel, naar ons verlangt. Ook ik ben vrij en kan, omdat ik dat ongelooflijke verlangen van Hem voor ons voel, niet nalaten het te noemen.
'Dank U, lieve Vader, want wat een blijdschap en geluk me zo geliefd te voelen.'
Ja, Ik noem jullie Mijn kinderen en dat doe Ik uit liefde.
Een mens is wat hij is en doet wat hij doet ook uit liefde. Een boer is pas echt boer als hij land heeft. Een bakker is pas echt bakker als hij meel heeft. Een vader is pas echt vader als hij kinderen heeft. En ook Ik ben Vader als Ik jullie als kinderen heb. Ik hou van jullie, intens en in onvoorwaardelijk. Ik kies voor jullie. Al voor jullie bestonden zag Ik jullie in Mij en had jullie oneindig lief. Dat is waarom jullie bestaan, omdat Ik jullie lief heb. Daarom noem Ik Mij jullie Vader, door die Liefde. Maar Ik heb nodig dat jullie Mijn kinderen willen zijn. Ik kan Mezelf wel Vader noemen, maar een vader zonder kinderen is geen vader.
En jullie? Jullie krijgen de kans om te kiezen Mijn kinderen te willen zijn. En wel omdat Ik zo veel van jullie hou. Ik wil geen kunstige machinetjes die tot niets in staat zijn dan alleen de ingebouwde functies. Daarvoor heb ik jullie niet geschapen. Ik wil dat jullie zelf bestemmend zijn. Dat jullie zelf richting geven aan wie jullie willen zijn. Ik wil Vader zijn. Jullie worden echter niet gedwongen kinderen te zijn, jullie krijgen de vrijheid om te kiezen wat jullie willen zijn. Willen jullie kinderen van Mij zijn of willen jullie dat niet...
Want zie je, Ik ben alles al. Om maar wat te noemen: Ik ben Schepper, Ik ben Oneindig, Ik ben Eeuwig, Ik ben de meest grote Vrijheid ...en ga zo maar door. Jullie zijn door Mij, Schepper, Eeuwige, Oneindige, in het bestaan geroepen. Dat bestaan draagt de kenmerken van Mij die jullie in het bestaan riep. Jullie kunnen ook creëren, jullie gedachten kunnen oneindig zijn, jullie kunnen eeuwig niet ophouden te bestaan en hebben ook vrijheid gekregen. Vrijheid van keuze.
Ik verkies jullie een Vader te willen zijn. Ik ben alles, behalve Vader indien er geen kinderen zijn. Ik heb jullie lief. Stel je voor, Ik ben liefde in hoogst eigen persoon. Ik, de liefde, wil jullie een Vader zijn, maar kan dat nooit als jullie niet willen.
Bedenk, wie echt van een ander houdt wil graag dat die ander vrij is om die liefde te beantwoorden. Want indien er ook maar de geringste dwang is om de liefde te moeten beantwoorden is het geen liefde meer. Liefde is de meest grote vrijheid die jullie je maar kunnen voorstellen, die is op geen enkele wijze te dwingen. Ik Zelf ben die liefde, en Ik Zelf ben die vrijheid. Dus heb Ik jullie zo geschapen dat ook jullie die liefde in vrijheid kunnen beantwoorden.
Daarvoor moest er allereerst in jullie een vonk van liefde zijn gelegd, wel dat is gebeurd. En vervolgens moest er iets zijn wat jullie in een andere richting doet neigen dan naar Mij, en dat is ook gebeurd. Daarna pas was er keuze mogelijk. Zonder deze twee tegenkrachten van liefde tot Mij en de neiging naar iets anders dan Mij is er helemaal geen vrije keuze. Die neiging naar iets anders dan naar Mij is de in ieder schepsel noodzakelijke aanwezige neiging tot zelfbehoud.
En zie, daar zijn jullie dan, met een vonk van liefde en een neiging naar zelfbehoud. Nu is aan jullie de keus. Welke richting zullen jullie inslaan? Willen jullie kind zijn van Mij en Mij liefhebben als een Vader? Of willen jullie zoals zo ontzettend velen doorschieten in het noodzakelijk aanwezige zelfbehoud en Mij verliezen in bovenmatig zoeken naar zelfbehagen?
Vrije keuze!
Amen.'
Wat de hemelse Vader er niet bij zegt, omdat Hij er voor waakt om ons ook maar op de geringste wijze te beïnvloeden in onze vrije keuze, is dat Hij zo enorm, zo oneindig veel, naar ons verlangt. Ook ik ben vrij en kan, omdat ik dat ongelooflijke verlangen van Hem voor ons voel, niet nalaten het te noemen.
'Dank U, lieve Vader, want wat een blijdschap en geluk me zo geliefd te voelen.'
165 - Geestelijk licht |
14/05/16 |
'Mijn lieve kinderen,
De mensen kunnen het geestelijk licht in zichzelf vinden mits ze het herkennen en willen zien. Wie dat niet herkend en nog niet ziet, heeft licht van buiten nodig. Het is alsof de mens zich v.w.b. zijn geestelijk bewustzijn in een donkere kamer bevindt. Komt nu een van Mij vervulde spreker, dan is Mijn licht tijdelijk aanwezig en verlicht de donkere kamer van de toehoorder. Neemt men dat Woord aan, dan voelt men zich innerlijk opgeroepen om de liefde te volgen in denken en doen. Dat volgen is de liefde zelf in de mens. Die liefde, die warmte bewerkt het innerlijk licht. De mens is dan innerlijk in het licht. Het is alsof de spreker een vonkje van Mij bij de mens heeft gebracht en daarmee in dat hart het vlammetje van Mijn liefde heeft ontstoken toen er mee werd ingestemd. Dat vlammetje geeft nu zelf licht. Liefde is de vlam die het licht in de mens verspreidt. Niemand heeft licht dan de mens die lief heeft. Ik ben de liefde. Wie Mij brengt onder de mensen, brengt Mijn liefde want Ik ben liefde.
De donkere kamer van het innerlijk begrip en bewustzijn kan dus worden verlicht door een vlam van buiten, en ook door een vlam van binnen. De vlam van buiten verdwijnt als de spreker zwijgt of niet wordt gehoord. De vlam van binnen verdwijnt nooit, want het innerlijk is altijd bij de mens. De vlam van buiten kan door twijfel, zelfzucht en hoogmoed niet worden herkend, gehoord en worden afgewezen. De mens heeft de vrijheid om zich van Mijn licht af te wenden. Maar is eenmaal de vlam van liefde in de mens zelf ontstoken, dan is er juist een onwankelbare zekerheid in de mens. Niemand hoeft deze mens van Mij, Mijn liefde en Mijn wijsheid te overtuigen.
Daarom, heb lief en al het overige zal u eveneens gegeven worden.
Amen.'
De mensen kunnen het geestelijk licht in zichzelf vinden mits ze het herkennen en willen zien. Wie dat niet herkend en nog niet ziet, heeft licht van buiten nodig. Het is alsof de mens zich v.w.b. zijn geestelijk bewustzijn in een donkere kamer bevindt. Komt nu een van Mij vervulde spreker, dan is Mijn licht tijdelijk aanwezig en verlicht de donkere kamer van de toehoorder. Neemt men dat Woord aan, dan voelt men zich innerlijk opgeroepen om de liefde te volgen in denken en doen. Dat volgen is de liefde zelf in de mens. Die liefde, die warmte bewerkt het innerlijk licht. De mens is dan innerlijk in het licht. Het is alsof de spreker een vonkje van Mij bij de mens heeft gebracht en daarmee in dat hart het vlammetje van Mijn liefde heeft ontstoken toen er mee werd ingestemd. Dat vlammetje geeft nu zelf licht. Liefde is de vlam die het licht in de mens verspreidt. Niemand heeft licht dan de mens die lief heeft. Ik ben de liefde. Wie Mij brengt onder de mensen, brengt Mijn liefde want Ik ben liefde.
De donkere kamer van het innerlijk begrip en bewustzijn kan dus worden verlicht door een vlam van buiten, en ook door een vlam van binnen. De vlam van buiten verdwijnt als de spreker zwijgt of niet wordt gehoord. De vlam van binnen verdwijnt nooit, want het innerlijk is altijd bij de mens. De vlam van buiten kan door twijfel, zelfzucht en hoogmoed niet worden herkend, gehoord en worden afgewezen. De mens heeft de vrijheid om zich van Mijn licht af te wenden. Maar is eenmaal de vlam van liefde in de mens zelf ontstoken, dan is er juist een onwankelbare zekerheid in de mens. Niemand hoeft deze mens van Mij, Mijn liefde en Mijn wijsheid te overtuigen.
Daarom, heb lief en al het overige zal u eveneens gegeven worden.
Amen.'
164 - Woede of jaloezie. |
06/05/16 |
'Mijn kinderen,
Wie in b.v. woede of jaloezie blijft zitten, heeft eigenlijk een liefde voor woede en jaloezie. Wie er een hekel aan heeft die zet het uit zijn gedachten, want het stoot hem af. Echter wie er welgemoed in blijft zitten, die heeft er liefde voor en die ziet niet welke veranderingen zich in zijn gemoed voltrekken. Dat gemoed, de omgeving van denken, van begrippen en ideeën verandert geleidelijk naar dor, woest en stekelig. Door de voorliefde voor het rond graven in de woede of jaloezie, wordt dat niet als zodanig herkent. De omgeving van gedachten lijkt nog even licht en helder als voordien, maar ze is het niet.
Het doet denken aan ogen die aan duister zijn gewend, want die zien minder hoe donker het is. Ogen die aan licht zijn gewend, zien des te duidelijker de duisternis. Als de duisternis langzaam intreedt, wennen de ogen er aan. Als de omgeving van gedachten en begrippen langzaam in een woestenij verandert, merkt de boze, woedende geest dat niet op. Tenzij hij zich onbehaaglijk begint te voelen in zijn woede of jaloezie. Dan zal dat gevoel van onbehagen gedachten wekken, die duidelijk maken dat de woede geen echte overeenkomst met de innerlijke neigingen bevat, dus niet bij zijn innerlijke liefde past.
Een ander mens kan de boze mens niet helpen, want degene die zelf ook boos is dwaalt in hetzelfde duister rond en ziet niet veel meer dan de boze zelf, en degene die wel liefdevol licht heeft te verspreiden, verblindt de boze zo zeer dat hij zich geschrokken zal afwenden. Een lichtflits in het donker verblindt iedereen. Niemand zit daar op te wachten, want het licht duurt te kort en is te sterk. Beter is een naaste die zelf een slechts iets betere instelling heeft, of een engel in vermomming die het licht dempt. In dat geval raakt de boze niet verblind en kan, als ware het uit zichzelf, een iets betere weg inslaan indien hij het duister in zich gewaar wordt. Het iets sterkere licht van de ander kan het in ieder geval bij hem wakker roepen. En zo doe Ik mensen op je pad komen, die jou kunnen helpen door wie ze wijn en wat ze te vertellen hebben.
Probeer zelf, hoe goed bedoeld ook, niemand te helpen door plompverloren licht uit te gieten. Geef de ander de kans het zelf het betere inzicht te herkennen uit de verhalen van anderen. Verhalen vertellen kan, want dat licht schijnt niet in de ogen van de luisteraar. En als het niet herkend wordt, hoeft niemand er ook over te vallen als zou het zijn opgedrongen, want dat is het niet. Ieder gaat zijn eigen weg, en ieders liefde is de weg en de zelf beleefde werkelijkheid. De liefde bepaalt hoeveel licht en welke neigingen er worden nagestreefd. Nooit kun je of zul je daar een ander vanaf mogen brengen, want het leven bestaat er uit, voor ieder individueel.
Wie het boze in zichzelf als liefdeloos en duister herkent en het vervolgens verafschuwd, die kan Mij bidden en hulp zal hem toekomen. Want de mens zelf is maar slecht in staat om zichzelf uit die duistere poel van zelfzucht omhoog te trekken. Mijn liefde staat te popelen om je uit je ellendige dorre en duistere toestand te tillen,
... vraag het Mij.
Amen.'
Wie in b.v. woede of jaloezie blijft zitten, heeft eigenlijk een liefde voor woede en jaloezie. Wie er een hekel aan heeft die zet het uit zijn gedachten, want het stoot hem af. Echter wie er welgemoed in blijft zitten, die heeft er liefde voor en die ziet niet welke veranderingen zich in zijn gemoed voltrekken. Dat gemoed, de omgeving van denken, van begrippen en ideeën verandert geleidelijk naar dor, woest en stekelig. Door de voorliefde voor het rond graven in de woede of jaloezie, wordt dat niet als zodanig herkent. De omgeving van gedachten lijkt nog even licht en helder als voordien, maar ze is het niet.
Het doet denken aan ogen die aan duister zijn gewend, want die zien minder hoe donker het is. Ogen die aan licht zijn gewend, zien des te duidelijker de duisternis. Als de duisternis langzaam intreedt, wennen de ogen er aan. Als de omgeving van gedachten en begrippen langzaam in een woestenij verandert, merkt de boze, woedende geest dat niet op. Tenzij hij zich onbehaaglijk begint te voelen in zijn woede of jaloezie. Dan zal dat gevoel van onbehagen gedachten wekken, die duidelijk maken dat de woede geen echte overeenkomst met de innerlijke neigingen bevat, dus niet bij zijn innerlijke liefde past.
Een ander mens kan de boze mens niet helpen, want degene die zelf ook boos is dwaalt in hetzelfde duister rond en ziet niet veel meer dan de boze zelf, en degene die wel liefdevol licht heeft te verspreiden, verblindt de boze zo zeer dat hij zich geschrokken zal afwenden. Een lichtflits in het donker verblindt iedereen. Niemand zit daar op te wachten, want het licht duurt te kort en is te sterk. Beter is een naaste die zelf een slechts iets betere instelling heeft, of een engel in vermomming die het licht dempt. In dat geval raakt de boze niet verblind en kan, als ware het uit zichzelf, een iets betere weg inslaan indien hij het duister in zich gewaar wordt. Het iets sterkere licht van de ander kan het in ieder geval bij hem wakker roepen. En zo doe Ik mensen op je pad komen, die jou kunnen helpen door wie ze wijn en wat ze te vertellen hebben.
Probeer zelf, hoe goed bedoeld ook, niemand te helpen door plompverloren licht uit te gieten. Geef de ander de kans het zelf het betere inzicht te herkennen uit de verhalen van anderen. Verhalen vertellen kan, want dat licht schijnt niet in de ogen van de luisteraar. En als het niet herkend wordt, hoeft niemand er ook over te vallen als zou het zijn opgedrongen, want dat is het niet. Ieder gaat zijn eigen weg, en ieders liefde is de weg en de zelf beleefde werkelijkheid. De liefde bepaalt hoeveel licht en welke neigingen er worden nagestreefd. Nooit kun je of zul je daar een ander vanaf mogen brengen, want het leven bestaat er uit, voor ieder individueel.
Wie het boze in zichzelf als liefdeloos en duister herkent en het vervolgens verafschuwd, die kan Mij bidden en hulp zal hem toekomen. Want de mens zelf is maar slecht in staat om zichzelf uit die duistere poel van zelfzucht omhoog te trekken. Mijn liefde staat te popelen om je uit je ellendige dorre en duistere toestand te tillen,
... vraag het Mij.
Amen.'
163 - Kies liefde |
05/05/16 |
'Mijn kinderen,
Alles is er op gericht om de uit balans geraakte verhouding tussen liefde en wijsheid weer in balans te brengen. De oergeesten verloren uit eigen wil en keuze dat evenwicht door zich alleen in het licht van wijsheid te willen verlustigen. En de mens kan dit evenwicht herstellen door te kiezen het te herstellen. Dat is het beeld van een huwelijk. Het huwelijk is een beeld van hoe liefde en wijsheid weer één worden. Want in Mij is alles één. En zo dient ook in jullie alles een te zijn.
De keuze is de keuze voor een verbond zoals dat in de bijbel beschreven staat. In de mens dient liefde en wijsheid zich weer te verbinden en de scheiding die in de oertijd ontstond dient te niet te worden gedaan. Wie oren heeft die hore. Lees Mijn Woord en herken hoe alles ofwel toont welke scheiding er is tussen liefde en wijsheid, ofwel laat zien dat de hereniging nodig is en hoe die kan worden bereikt.
Daar is Mijn schepping, Mijn voorzienigheid, Mijn werken op gericht. Ik span Mij voortdurend in dat in jullie te herstellen wat jullie door eigen toedoen verloren hebben nl de eenheid in jullie zelf tussen liefde en wijsheid. Daartoe roep Ik jullie op tot deemoed en zachtmoedigheid. Daartoe wek Ik in jullie de aandacht voor de liefde. Daartoe ben Ik Zelf in het vlees gekomen, om jullie voor te gaan.
En dat is de keuze die jullie telkens opnieuw voorgeschoteld krijgen. Kiezen jullie voor de liefde met het levende bewustzijn van het goede van die keuze? Door dat bewustzijn, door er met je hele wezen achter te staan wordt de eerste stap gezet om wijsheid en liefde te herenigen. Door met het verstand te bevestigen dat liefde de meest verstandige keuze is, is er al eenheid in liefde en wijsheid.
Velen zijn zich in het geheel niet bewust van de keten van keuzes die stuk voor stuk alleen in het licht staan van het al of niet bewust voor de liefde te kiezen. Van het opstaan tot het zich ter ruste begeven krijgt ieder van minuut tot minuut de kans om het motief van elke handeling de liefde te laten zijn. Of dat nu grote daden, kleine daden of uiterst kleine daden zijn, alles weeg Ik naar de liefde die er in zit.
Denk nu niet dat Ik dan oordelend de mens op grond van zijn daden naar de hemel of de hel verwijs. Wie dat denkt heeft er nog niet veel van begrepen. Ik heb Lief, oneindig lief. Ik ben niet gekomen om te oordelen, maar om te redden wat in liefdeloosheid verloren dreigt te gaan. Ik ben gekomen om het licht van het inzicht te brengen, dat de mens door de liefde tot en uit Mij te kiezen, van de oude wond van scheiding van liefde en wijsheid kan genezen.
Heb Mij lief
Amen.'
Alles is er op gericht om de uit balans geraakte verhouding tussen liefde en wijsheid weer in balans te brengen. De oergeesten verloren uit eigen wil en keuze dat evenwicht door zich alleen in het licht van wijsheid te willen verlustigen. En de mens kan dit evenwicht herstellen door te kiezen het te herstellen. Dat is het beeld van een huwelijk. Het huwelijk is een beeld van hoe liefde en wijsheid weer één worden. Want in Mij is alles één. En zo dient ook in jullie alles een te zijn.
De keuze is de keuze voor een verbond zoals dat in de bijbel beschreven staat. In de mens dient liefde en wijsheid zich weer te verbinden en de scheiding die in de oertijd ontstond dient te niet te worden gedaan. Wie oren heeft die hore. Lees Mijn Woord en herken hoe alles ofwel toont welke scheiding er is tussen liefde en wijsheid, ofwel laat zien dat de hereniging nodig is en hoe die kan worden bereikt.
Daar is Mijn schepping, Mijn voorzienigheid, Mijn werken op gericht. Ik span Mij voortdurend in dat in jullie te herstellen wat jullie door eigen toedoen verloren hebben nl de eenheid in jullie zelf tussen liefde en wijsheid. Daartoe roep Ik jullie op tot deemoed en zachtmoedigheid. Daartoe wek Ik in jullie de aandacht voor de liefde. Daartoe ben Ik Zelf in het vlees gekomen, om jullie voor te gaan.
En dat is de keuze die jullie telkens opnieuw voorgeschoteld krijgen. Kiezen jullie voor de liefde met het levende bewustzijn van het goede van die keuze? Door dat bewustzijn, door er met je hele wezen achter te staan wordt de eerste stap gezet om wijsheid en liefde te herenigen. Door met het verstand te bevestigen dat liefde de meest verstandige keuze is, is er al eenheid in liefde en wijsheid.
Velen zijn zich in het geheel niet bewust van de keten van keuzes die stuk voor stuk alleen in het licht staan van het al of niet bewust voor de liefde te kiezen. Van het opstaan tot het zich ter ruste begeven krijgt ieder van minuut tot minuut de kans om het motief van elke handeling de liefde te laten zijn. Of dat nu grote daden, kleine daden of uiterst kleine daden zijn, alles weeg Ik naar de liefde die er in zit.
Denk nu niet dat Ik dan oordelend de mens op grond van zijn daden naar de hemel of de hel verwijs. Wie dat denkt heeft er nog niet veel van begrepen. Ik heb Lief, oneindig lief. Ik ben niet gekomen om te oordelen, maar om te redden wat in liefdeloosheid verloren dreigt te gaan. Ik ben gekomen om het licht van het inzicht te brengen, dat de mens door de liefde tot en uit Mij te kiezen, van de oude wond van scheiding van liefde en wijsheid kan genezen.
Heb Mij lief
Amen.'
162 - Kracht en tegenkracht. |
02/05/16 |
'Mijn kinderen,
Ik schiep alles als kracht en tegenkracht. Zonder tegenkracht is kracht geen kracht. Beweging is beweging omdat er rust is als tegenkracht, en andersom. De tegenkracht is de voorwaarde voor en vormt ook de begrenzing van de kracht.
In Mij zijn evenzo kracht en tegenkracht aanwezig. Mijn kracht is liefde en Mijn tegenkracht is wijsheid. Mijn liefde wil verzamelen, verenigen, aantrekken, en kun je een rust- en middelpunt-zoekende kracht noemen, waarbij Ik het middelpunt ben. Mijn wijsheid, de tegenkracht, wil uitduwen, weggeven, bewegen, en zou je een middelpunt-vliedende kracht kunnen noemen, waarbij Ik tevens de omgeving ben waarop deze vliedende kracht is gericht.
Ik ben de Eenheid in beide krachten in het opstijgen en neerdalen van en naar elkaar. Uit het voortdurend afwisselen van beide krachten ontstaat wil en werking o.m. in de vorm van trilling, Woord. Begrijp goed dat Ik spreek van kracht en tegenkracht en de werking daaruit, en dat Ik desondanks in alles één ben, zoals in de zon de warmte, licht en werking één zijn, zoals de beide polen van een planeet samen tot dezelfde planeet behoren, zoals plus en min spanning tezamen elektrischiteit veroorzaken.
Jullie, Mijn kinderen, zijn naar Mijn beeld evenzo geschapen met tegenstellingen. Jullie kennen rust en beweging en de energie daaruit. Een energie die jullie vervuld, indien jullie in goede balans deze twee elkaar regelmatig laat afwisselen. Indien jullie de ene tegenkracht doen overheersen over de andere, dan treedt er verlies van kracht op. Te veel beweging doet vermoeien, te veel rust doet verslappen.
Jullie lichaam is niet het enige in jullie met tegenstelling in krachten, jullie innerlijk is dat ook. Zo is er in jullie ook de kracht van liefde, aantrekkend kracht, en de kracht van verstand, uitstralende kracht. Om beide krachten elkaars ondersteuning en versterking te laten zijn, en niet de ene te laten overheersen over de ander, is het nodig dat jullie eenheid nastreven, eenheid zoals in Mij, eenheid in balans tussen beide krachten.
Ik heb een prikkel in jullie gelegd die jullie uitdaagt te gaan voor het snelle maar slechts zeer tijdelijke voordeel dat te behalen is in het laten overheersen van het verstand. Daarnaast hebben jullie de stem van het geweten, die jullie voortdurend ingeeft de liefde niet te smoren omwille van dat snelle voordeel bij overheersing van het verstand. Beide, zowel prikkel als geweten zijn gegeven opdat er in jullie een keuze mogelijkheid zal zijn en jullie daardoor in vrijheid werkzaam worden.
Het snelle voordeel van de overheersing van het verstand is kennis en geleerdheid. Echter, wie die route volgt, raakt het evenwicht met de tegenkracht, de liefde, kwijt. Er treedt noodzakelijkerwijs verlies van de kracht van het verstand op. Ja, dwaasheid is het gevolg.
En zo zijn vrijwel alle geleerden geestelijk bezien ronduit dwaze warhoofden, gevuld met de meest grote opgeblazen onzin, die zij echter zelf voor de meest grote wijsheid houden. Ze kunnen niet of slechts met grote moeite en veel geduld worden overtuigd van hun gebrek aan inzicht en verstand.
Een ster die veraf staat toont nog een klein nauwelijks zichtbaar glimmer beetje licht, zie daar het uitstralende verstand zonder liefde. Van de warmte die deze ster absoluut eigen moet zijn wordt niets waar genomen. De zon daarentegen straalt een voelbare warmte uit, en het licht is dan ook veel sterker dan van een ster zo lang de warmte kan worden gevoeld. Zo ook dient het verstand in balans te zijn met een waarneembare liefde en ze zal dientengevolge veel meer wijsheid bevatten.
Zie Mijn kinderen, ook deze boodschap kan, indien jullie die met aandacht overwegen, jullie helpen om jullie leven te vervolmaken totdat de hereniging met Mij, Mijn Liefde en Wijsheid, in jullie plaats vindt.
Amen.'
Ik schiep alles als kracht en tegenkracht. Zonder tegenkracht is kracht geen kracht. Beweging is beweging omdat er rust is als tegenkracht, en andersom. De tegenkracht is de voorwaarde voor en vormt ook de begrenzing van de kracht.
In Mij zijn evenzo kracht en tegenkracht aanwezig. Mijn kracht is liefde en Mijn tegenkracht is wijsheid. Mijn liefde wil verzamelen, verenigen, aantrekken, en kun je een rust- en middelpunt-zoekende kracht noemen, waarbij Ik het middelpunt ben. Mijn wijsheid, de tegenkracht, wil uitduwen, weggeven, bewegen, en zou je een middelpunt-vliedende kracht kunnen noemen, waarbij Ik tevens de omgeving ben waarop deze vliedende kracht is gericht.
Ik ben de Eenheid in beide krachten in het opstijgen en neerdalen van en naar elkaar. Uit het voortdurend afwisselen van beide krachten ontstaat wil en werking o.m. in de vorm van trilling, Woord. Begrijp goed dat Ik spreek van kracht en tegenkracht en de werking daaruit, en dat Ik desondanks in alles één ben, zoals in de zon de warmte, licht en werking één zijn, zoals de beide polen van een planeet samen tot dezelfde planeet behoren, zoals plus en min spanning tezamen elektrischiteit veroorzaken.
Jullie, Mijn kinderen, zijn naar Mijn beeld evenzo geschapen met tegenstellingen. Jullie kennen rust en beweging en de energie daaruit. Een energie die jullie vervuld, indien jullie in goede balans deze twee elkaar regelmatig laat afwisselen. Indien jullie de ene tegenkracht doen overheersen over de andere, dan treedt er verlies van kracht op. Te veel beweging doet vermoeien, te veel rust doet verslappen.
Jullie lichaam is niet het enige in jullie met tegenstelling in krachten, jullie innerlijk is dat ook. Zo is er in jullie ook de kracht van liefde, aantrekkend kracht, en de kracht van verstand, uitstralende kracht. Om beide krachten elkaars ondersteuning en versterking te laten zijn, en niet de ene te laten overheersen over de ander, is het nodig dat jullie eenheid nastreven, eenheid zoals in Mij, eenheid in balans tussen beide krachten.
Ik heb een prikkel in jullie gelegd die jullie uitdaagt te gaan voor het snelle maar slechts zeer tijdelijke voordeel dat te behalen is in het laten overheersen van het verstand. Daarnaast hebben jullie de stem van het geweten, die jullie voortdurend ingeeft de liefde niet te smoren omwille van dat snelle voordeel bij overheersing van het verstand. Beide, zowel prikkel als geweten zijn gegeven opdat er in jullie een keuze mogelijkheid zal zijn en jullie daardoor in vrijheid werkzaam worden.
Het snelle voordeel van de overheersing van het verstand is kennis en geleerdheid. Echter, wie die route volgt, raakt het evenwicht met de tegenkracht, de liefde, kwijt. Er treedt noodzakelijkerwijs verlies van de kracht van het verstand op. Ja, dwaasheid is het gevolg.
En zo zijn vrijwel alle geleerden geestelijk bezien ronduit dwaze warhoofden, gevuld met de meest grote opgeblazen onzin, die zij echter zelf voor de meest grote wijsheid houden. Ze kunnen niet of slechts met grote moeite en veel geduld worden overtuigd van hun gebrek aan inzicht en verstand.
Een ster die veraf staat toont nog een klein nauwelijks zichtbaar glimmer beetje licht, zie daar het uitstralende verstand zonder liefde. Van de warmte die deze ster absoluut eigen moet zijn wordt niets waar genomen. De zon daarentegen straalt een voelbare warmte uit, en het licht is dan ook veel sterker dan van een ster zo lang de warmte kan worden gevoeld. Zo ook dient het verstand in balans te zijn met een waarneembare liefde en ze zal dientengevolge veel meer wijsheid bevatten.
Zie Mijn kinderen, ook deze boodschap kan, indien jullie die met aandacht overwegen, jullie helpen om jullie leven te vervolmaken totdat de hereniging met Mij, Mijn Liefde en Wijsheid, in jullie plaats vindt.
Amen.'
161 - Standaard |
01/05/16 |
'Mijn kinderen,
Afstanden meten jullie in meters. Daarmee kunnen jullie je een voorstelling maken van hoe ver iets is. De meter is een standaard, een vast liggende lengte maat. Als iemand jullie vertelt dat de afstand tussen twee hoofdsteden vijftig meter is, dan weten jullie zonder dat je controle hoeft te doen, dat het niet klopt. Jullie hebben innerlijk de standaard die jullie vertelt of in dit geval de waarheid wordt gesproken of niet. En niemand hoeft jullie anders te vertellen, want jullie weten het zelf.
Zo ook het beoordelen van Mijn Woord. Hoe kun je weten, innerlijk zonder twijfel of onzekerheid, dat het Mijn Woord is? Daarvoor heb je een standaard nodig, een innerlijke zekerheid die je duidelijk toont wat waar is en wat niet. Geestelijke informatie kunnen jullie alleen beoordelen naar een eigen innerlijke standaard, of dat nu bewust is of niet. Er bestaat echter geen algemeen aanvaarde standaard zoals de meter, omdat een standaard niet is vast te stellen, er is geen referentiepunt. Rest de mens niets anders dan zelf de eigen standaard voor het duiden van geestelijke informatie te vinden.
Daarbij zijn er allerlei invloeden bij er bepalen van welke standaard jullie zullen kiezen. Angstige gevoelens en gevoelens van onzekerheid maken dat jullie informatie niet of slecht kunnen beoordelen. Arrogantie en hoogmoed maken dat jullie bij het beoordelen van informatie alleen de waarheid van het eigen gelijk kennen. Luie traagheid en onverschilligheid maken dat het jullie niet uitmaakt wat waar is en wat niet. Zelfzucht en eigenbelang maken dat voor jullie die informatie waarheid noemen, die jullie het meeste oplevert.
Het zelfde speelt bij hen die de informatie geven. Die verklaren wat waar is en wat niet en dat gaat eveneens onder invloed van bovengenoemde factoren. Dat is dan ook de reden dat er zo ongelooflijk veel opvattingen bestaan, met name over geestelijke waarheden. Niemand kan het controleren omdat men meent dat niemand Mij heeft gezien, oftewel niemand zou ervaringsdeskundige kunnen zijn door een ontmoeting met Mij of engelen. Er zij er wel die beweren ervaringsdeskundige te zijn, maar dan nog, hoe weet men of dat waar is als men zelf geen ervaring of ontmoeting met Mij of Mijn engelen heeft gehad, zo wordt er geredeneerd. En hoe weet de ervaringsdeskundige zelf eigenlijk zo zeker dat het engelen waren die werden gezien? Nee, de waarheid achterhalen is niet eenvoudig, misschien zelfs wel onmogelijk, zo is de gedachte.
Toch worden de meesten van jullie vroeg of laat onder invloed van Mijn Liefde geprikkeld op onderzoek uit te gaan naar de zin van het bestaan. Wees daar dankbaar voor en gebruik die drang. Indien je je verzet, zal er niet minder, maar juist meer prikkel volgen om 'het waarom en waartoe' van het leven te gaan onderzoeken. Het resultaat van die zoektocht zal zijn, dat er op zijn minst een begin van een innerlijk kompas kan ontstaan, waarmee de zin en waarheid van het bestaan kan worden geduid en beoordeeld.
Zie, Ik heb jullie Lief en doe jullie alleen toekomen wat jullie kan helpen. Aan jullie vrijheid om zelf een koers te kiezen die jullie het leven kan bemoeilijken zal Ik niet komen.
Amen.'
Afstanden meten jullie in meters. Daarmee kunnen jullie je een voorstelling maken van hoe ver iets is. De meter is een standaard, een vast liggende lengte maat. Als iemand jullie vertelt dat de afstand tussen twee hoofdsteden vijftig meter is, dan weten jullie zonder dat je controle hoeft te doen, dat het niet klopt. Jullie hebben innerlijk de standaard die jullie vertelt of in dit geval de waarheid wordt gesproken of niet. En niemand hoeft jullie anders te vertellen, want jullie weten het zelf.
Zo ook het beoordelen van Mijn Woord. Hoe kun je weten, innerlijk zonder twijfel of onzekerheid, dat het Mijn Woord is? Daarvoor heb je een standaard nodig, een innerlijke zekerheid die je duidelijk toont wat waar is en wat niet. Geestelijke informatie kunnen jullie alleen beoordelen naar een eigen innerlijke standaard, of dat nu bewust is of niet. Er bestaat echter geen algemeen aanvaarde standaard zoals de meter, omdat een standaard niet is vast te stellen, er is geen referentiepunt. Rest de mens niets anders dan zelf de eigen standaard voor het duiden van geestelijke informatie te vinden.
Daarbij zijn er allerlei invloeden bij er bepalen van welke standaard jullie zullen kiezen. Angstige gevoelens en gevoelens van onzekerheid maken dat jullie informatie niet of slecht kunnen beoordelen. Arrogantie en hoogmoed maken dat jullie bij het beoordelen van informatie alleen de waarheid van het eigen gelijk kennen. Luie traagheid en onverschilligheid maken dat het jullie niet uitmaakt wat waar is en wat niet. Zelfzucht en eigenbelang maken dat voor jullie die informatie waarheid noemen, die jullie het meeste oplevert.
Het zelfde speelt bij hen die de informatie geven. Die verklaren wat waar is en wat niet en dat gaat eveneens onder invloed van bovengenoemde factoren. Dat is dan ook de reden dat er zo ongelooflijk veel opvattingen bestaan, met name over geestelijke waarheden. Niemand kan het controleren omdat men meent dat niemand Mij heeft gezien, oftewel niemand zou ervaringsdeskundige kunnen zijn door een ontmoeting met Mij of engelen. Er zij er wel die beweren ervaringsdeskundige te zijn, maar dan nog, hoe weet men of dat waar is als men zelf geen ervaring of ontmoeting met Mij of Mijn engelen heeft gehad, zo wordt er geredeneerd. En hoe weet de ervaringsdeskundige zelf eigenlijk zo zeker dat het engelen waren die werden gezien? Nee, de waarheid achterhalen is niet eenvoudig, misschien zelfs wel onmogelijk, zo is de gedachte.
Toch worden de meesten van jullie vroeg of laat onder invloed van Mijn Liefde geprikkeld op onderzoek uit te gaan naar de zin van het bestaan. Wees daar dankbaar voor en gebruik die drang. Indien je je verzet, zal er niet minder, maar juist meer prikkel volgen om 'het waarom en waartoe' van het leven te gaan onderzoeken. Het resultaat van die zoektocht zal zijn, dat er op zijn minst een begin van een innerlijk kompas kan ontstaan, waarmee de zin en waarheid van het bestaan kan worden geduid en beoordeeld.
Zie, Ik heb jullie Lief en doe jullie alleen toekomen wat jullie kan helpen. Aan jullie vrijheid om zelf een koers te kiezen die jullie het leven kan bemoeilijken zal Ik niet komen.
Amen.'
160 - Eén |
30/04/16 |
'Mijn kinderen,
Ik ben één.
Jullie maken in alles onderscheid. Als Ik Mij aan jullie duidelijk wil maken, dan zal ook Ik in termen van onderscheid moeten spreken, anders begrijpen jullie Mij niet. Jullie kunnen je haast geen voorstelling maken van eenheid. Als alles een is, dan is er in jullie beleving niets, omdat alles dan niet van elkaar te onderscheiden zou zijn. Dat is het beeld dat jullie er bij hebben.
Daarom zal Ik in termen van onderscheid spreken.
Er is in Mij een eenheid zoals er in een bol eenheid is. Een bol is een ronde vorm. Rond naar iedere zijde en in elke richting. De bol echter heeft, nu er een buitenzijde is, ook een inhoud. Zie daar, onderscheid tussen inhoud en buitenzijde. Jullie zijn eveneens geschapen met inhoud en buitenzijde, de vorm gegeven aan de inhoud. De inhoud is uit Mij, Mijn liefde in jullie. De vorm is ook uit Mij, Mijn wijsheid in jullie.
Zo zijn jullie inhoud en vorm, liefde en wijsheid, kracht en tegenkracht. Het woord tegenkracht roept bij jullie een zeker gevoel van strijd op. Woorden als tegenstelling en tegenstander zijn inderdaad woorden die daar op duiden. Maar tegenkracht of tegenpool kunnen jullie wellicht in een ander licht gaan zien. Een rivier is een rivier door de bedding, de bedding is een bedding door de rivier. Ze zijn elkaars tegenkracht, maar tevens voorwaarde voor elkaars bestaan.
Een vlam straalt warmte uit, en daarmee ook licht. Licht is de 'bedding', de drager, van de warmte. De warmte veroorzaakt het licht. Ze zijn elkaars tegenkracht, en tegenpool in elkaars bestaan. De warmte kunnen jullie voelen, het licht kunnen jullie zien. De warmte is de inhoud, het licht de uiterlijk zichtbare vorm.
Zo zijn ook jullie van Mij uit in volmaakt evenwicht van liefde en wijsheid geschapen. Jullie hebben echter de liefde en de drager daarvan, de uiterlijke wijsheid, het uiterlijke licht, getracht van elkaar te scheiden. Jullie hebben de ene kracht boven de andere gesteld. De liefde in jullie innerlijk hebben jullie verwaarloosd en afgewezen. Jullie zijn holle vaten geworden.
Het is echter onmogelijk om de bedding en de rivier van elkaar te scheiden zonder dat de waarde en de functie van de bedding volledig verloren gaat. Het is evenzo onmogelijk om het innerlijke bestaan in liefde van het uiterlijke bestaan in licht te scheiden zonder dat de waarde en de functie van het licht volledig verloren gaat. Er blijft dan een droge bedding over. Er blijft een koude, levenloze prop van kennis en geleerdheid over. Zonder de rivier waar de bedding zijn bestaan aan dankt is de bedding geen bedding meer. Ze is nog slechts een lege nutteloze vorm. Zonder de warmte van de liefde waar het licht van wijsheid zijn bestaan aan dankt is het licht geen licht meer. Ze nog slechts een nutteloze duisternis.
Nu jullie in jezelf ook de innerlijke liefde en het uiterlijke inzicht van elkaar gescheiden hebben kan jullie bewustzijn ook niet anders dan in alles scheiding zien. Jullie ervaren dat Ik, jullie meest innerlijke innerlijk, 'niet ben' omdat jullie Mij niet buiten jezelf kunnen zien, ipv in liefde de eenheid met Mij te ervaren. Jullie ervaren ook dat de medemens niet één is met jullie, en wel omdat jullie in jullie liefde niet één zijn met de medemens, die dan ook de ander genoemd wordt. En zo zien jullie in alles scheiding ipv je met alles verbonden te voelen in de liefde in jullie innerlijk.
Zie toch Mijn kinderen wat jullie verloren hebben door Mijn liefde in jezelf af te wijzen en keer terug in die liefde, in Mij.
Amen.'
Ik ben één.
Jullie maken in alles onderscheid. Als Ik Mij aan jullie duidelijk wil maken, dan zal ook Ik in termen van onderscheid moeten spreken, anders begrijpen jullie Mij niet. Jullie kunnen je haast geen voorstelling maken van eenheid. Als alles een is, dan is er in jullie beleving niets, omdat alles dan niet van elkaar te onderscheiden zou zijn. Dat is het beeld dat jullie er bij hebben.
Daarom zal Ik in termen van onderscheid spreken.
Er is in Mij een eenheid zoals er in een bol eenheid is. Een bol is een ronde vorm. Rond naar iedere zijde en in elke richting. De bol echter heeft, nu er een buitenzijde is, ook een inhoud. Zie daar, onderscheid tussen inhoud en buitenzijde. Jullie zijn eveneens geschapen met inhoud en buitenzijde, de vorm gegeven aan de inhoud. De inhoud is uit Mij, Mijn liefde in jullie. De vorm is ook uit Mij, Mijn wijsheid in jullie.
Zo zijn jullie inhoud en vorm, liefde en wijsheid, kracht en tegenkracht. Het woord tegenkracht roept bij jullie een zeker gevoel van strijd op. Woorden als tegenstelling en tegenstander zijn inderdaad woorden die daar op duiden. Maar tegenkracht of tegenpool kunnen jullie wellicht in een ander licht gaan zien. Een rivier is een rivier door de bedding, de bedding is een bedding door de rivier. Ze zijn elkaars tegenkracht, maar tevens voorwaarde voor elkaars bestaan.
Een vlam straalt warmte uit, en daarmee ook licht. Licht is de 'bedding', de drager, van de warmte. De warmte veroorzaakt het licht. Ze zijn elkaars tegenkracht, en tegenpool in elkaars bestaan. De warmte kunnen jullie voelen, het licht kunnen jullie zien. De warmte is de inhoud, het licht de uiterlijk zichtbare vorm.
Zo zijn ook jullie van Mij uit in volmaakt evenwicht van liefde en wijsheid geschapen. Jullie hebben echter de liefde en de drager daarvan, de uiterlijke wijsheid, het uiterlijke licht, getracht van elkaar te scheiden. Jullie hebben de ene kracht boven de andere gesteld. De liefde in jullie innerlijk hebben jullie verwaarloosd en afgewezen. Jullie zijn holle vaten geworden.
Het is echter onmogelijk om de bedding en de rivier van elkaar te scheiden zonder dat de waarde en de functie van de bedding volledig verloren gaat. Het is evenzo onmogelijk om het innerlijke bestaan in liefde van het uiterlijke bestaan in licht te scheiden zonder dat de waarde en de functie van het licht volledig verloren gaat. Er blijft dan een droge bedding over. Er blijft een koude, levenloze prop van kennis en geleerdheid over. Zonder de rivier waar de bedding zijn bestaan aan dankt is de bedding geen bedding meer. Ze is nog slechts een lege nutteloze vorm. Zonder de warmte van de liefde waar het licht van wijsheid zijn bestaan aan dankt is het licht geen licht meer. Ze nog slechts een nutteloze duisternis.
Nu jullie in jezelf ook de innerlijke liefde en het uiterlijke inzicht van elkaar gescheiden hebben kan jullie bewustzijn ook niet anders dan in alles scheiding zien. Jullie ervaren dat Ik, jullie meest innerlijke innerlijk, 'niet ben' omdat jullie Mij niet buiten jezelf kunnen zien, ipv in liefde de eenheid met Mij te ervaren. Jullie ervaren ook dat de medemens niet één is met jullie, en wel omdat jullie in jullie liefde niet één zijn met de medemens, die dan ook de ander genoemd wordt. En zo zien jullie in alles scheiding ipv je met alles verbonden te voelen in de liefde in jullie innerlijk.
Zie toch Mijn kinderen wat jullie verloren hebben door Mijn liefde in jezelf af te wijzen en keer terug in die liefde, in Mij.
Amen.'
159 - Het kwaad |
22/04/16 |
'Jan, je vraagt Mij naar hoe de val van de oer geschapen geesten nu toch mogelijk was. Je snapt niet hoe Ik als volmaakte Liefde het kwaad kon laten ontstaan. Begrijp goed dat Ik dat heel anders zie.
Ik heb het kwaad niet laten ontstaan. Wat jullie nu 'kwaad' noemen is alleen voor de geesten die zich er in bevinden kwaad. Ik heb alles goed geschapen, Ik voorzag alles, schiep het aldus en zei dat het goed was, en dat is het ook.
Zie het voor je:
Een vonk in het vuur ziet zichzelf en andere vonken, maar het vuur ziet hij niet en kan hij niet zien. Stel je voor een vonk in een oceaan van vuur, een oceaan als een zon zo groot. De vonk ontstaat in die zon, is als de zon, een deeltje van de zon, in het klein gelijk aan die zon. De zon ziet de vonk die in haar ontstond, maar de vonk ziet de zon niet. Net als een kiezelsteentje op de berg, die ligt er zo dicht bovenop dat de berg niet meer te zien is.
De oer geschapen geesten konden Mij, hun Schepper niet zien, om dezelfde reden, namelijk dat ze er gelijk aan waren, een deeltje, er te dicht op. Elkaar konden ze wel zien. De ene vonk (geest) ziet met gemak de andere. Die vonken waren, zo zagen ze, perfect en volmaakt. Een prachtig licht straalde er uit, schitterend. En aan dat licht hadden ze welgevallen, ze vonden het indrukwekkend mooi.
Die waardering van de schoonheid van de geesten is op zich niet verkeerd. Die waardering zouden ze echter Mij de Schepper moeten doen toekomen. Die Schepper konden zoals gezegd de geesten weliswaar niet zien, maar wel voelen, de warmte van de Liefde Gods in hun hart. Een vonk is licht èn warmte. Dat was (en is) de wijze waarop de Schepper met zijn schepselen omgaat, in de Liefde in hun hart.
De geesten, de vonken, echter vonden steeds meer welgevallen in hun schoonheid en niet zo zeer in de Liefde van Mij, hun Schepper. Ze verloren het evenwicht tussen de waardering van uiterlijke schoonheid (licht en wijsheid) en de waardering van innerlijke Liefde, Mij in hen. Ze waren zelf een vonk, dus net als Ik licht (inzicht) en warmte (liefde). Ze waren in het perfecte evenwicht tussen liefde en licht uit Mij geschapen. Ze verloren zich echter in een overwaardering van het licht en een onderwaardering van de liefde die ze uit de Schepper zelf waren.
Uit het evenwicht geraakt werden de geesten hoogmoedig (kijk eens hoe geweldig we zijn) en zelfzuchtig (de liefde werd veracht en ging over in eigenliefde) het gevolg was noodzakelijkerwijs dat het licht (inzicht, wijsheid) af nam. Een vonk geeft licht omdat de warmte daar groot genoeg voor is. Het vuur voorziet de vonk van warmte, want dat kan een vonk zonder bron niet zelf volhouden. Een vonk los van het vuur dooft doordat het zich in zichzelf verteert. De geesten die zich van de liefde afkeerden, doordat ze door overwaardering van het eigen licht Mij, de liefde, in zichzelf gingen verachten, keerden zich daarmee ook af van hun Bron van dat licht. Ze verduisterden. Ze teerden in.
Nu had Ik dat alles al lang voorzien en het zelfs zo geschapen dat deze gang van zaken mogelijk werd. Dat was uit liefde. Er werd daarmee onder meer bereikt dat ten eerste de geesten bewust keuzes maakten, waarbij het verreweg grootste deel koos voor Mijn Liefde, en voor hen die tegen de liefde kozen werd bereikt dat ze onontkoombaar de weg insloegen van het ooit worden van Mijn kinderen.
Jullie Jan, staan nu voor dat moment om Mijn Kinderen te worden. Jullie hebben Mij nu zichtbaar in Jezus voor je. En in Mijn Woorden hoor je nu dat Ik Liefde ben en dat Ik in ieder van jullie harten Mij bevind. Jullie maken nogmaals de keuze die vele geesten in de oer tijd al maakten. Wat gaat het worden?
Begrijp je het nu wat beter!'
'Lieve Vader, het is verpletterend prachtig en mooi. Wat een liefde, wat een vreugde. Enorme blijdschap en dankbaarheid vullen mijn gemoed. Dank U wel.'
Ik heb het kwaad niet laten ontstaan. Wat jullie nu 'kwaad' noemen is alleen voor de geesten die zich er in bevinden kwaad. Ik heb alles goed geschapen, Ik voorzag alles, schiep het aldus en zei dat het goed was, en dat is het ook.
Zie het voor je:
Een vonk in het vuur ziet zichzelf en andere vonken, maar het vuur ziet hij niet en kan hij niet zien. Stel je voor een vonk in een oceaan van vuur, een oceaan als een zon zo groot. De vonk ontstaat in die zon, is als de zon, een deeltje van de zon, in het klein gelijk aan die zon. De zon ziet de vonk die in haar ontstond, maar de vonk ziet de zon niet. Net als een kiezelsteentje op de berg, die ligt er zo dicht bovenop dat de berg niet meer te zien is.
De oer geschapen geesten konden Mij, hun Schepper niet zien, om dezelfde reden, namelijk dat ze er gelijk aan waren, een deeltje, er te dicht op. Elkaar konden ze wel zien. De ene vonk (geest) ziet met gemak de andere. Die vonken waren, zo zagen ze, perfect en volmaakt. Een prachtig licht straalde er uit, schitterend. En aan dat licht hadden ze welgevallen, ze vonden het indrukwekkend mooi.
Die waardering van de schoonheid van de geesten is op zich niet verkeerd. Die waardering zouden ze echter Mij de Schepper moeten doen toekomen. Die Schepper konden zoals gezegd de geesten weliswaar niet zien, maar wel voelen, de warmte van de Liefde Gods in hun hart. Een vonk is licht èn warmte. Dat was (en is) de wijze waarop de Schepper met zijn schepselen omgaat, in de Liefde in hun hart.
De geesten, de vonken, echter vonden steeds meer welgevallen in hun schoonheid en niet zo zeer in de Liefde van Mij, hun Schepper. Ze verloren het evenwicht tussen de waardering van uiterlijke schoonheid (licht en wijsheid) en de waardering van innerlijke Liefde, Mij in hen. Ze waren zelf een vonk, dus net als Ik licht (inzicht) en warmte (liefde). Ze waren in het perfecte evenwicht tussen liefde en licht uit Mij geschapen. Ze verloren zich echter in een overwaardering van het licht en een onderwaardering van de liefde die ze uit de Schepper zelf waren.
Uit het evenwicht geraakt werden de geesten hoogmoedig (kijk eens hoe geweldig we zijn) en zelfzuchtig (de liefde werd veracht en ging over in eigenliefde) het gevolg was noodzakelijkerwijs dat het licht (inzicht, wijsheid) af nam. Een vonk geeft licht omdat de warmte daar groot genoeg voor is. Het vuur voorziet de vonk van warmte, want dat kan een vonk zonder bron niet zelf volhouden. Een vonk los van het vuur dooft doordat het zich in zichzelf verteert. De geesten die zich van de liefde afkeerden, doordat ze door overwaardering van het eigen licht Mij, de liefde, in zichzelf gingen verachten, keerden zich daarmee ook af van hun Bron van dat licht. Ze verduisterden. Ze teerden in.
Nu had Ik dat alles al lang voorzien en het zelfs zo geschapen dat deze gang van zaken mogelijk werd. Dat was uit liefde. Er werd daarmee onder meer bereikt dat ten eerste de geesten bewust keuzes maakten, waarbij het verreweg grootste deel koos voor Mijn Liefde, en voor hen die tegen de liefde kozen werd bereikt dat ze onontkoombaar de weg insloegen van het ooit worden van Mijn kinderen.
Jullie Jan, staan nu voor dat moment om Mijn Kinderen te worden. Jullie hebben Mij nu zichtbaar in Jezus voor je. En in Mijn Woorden hoor je nu dat Ik Liefde ben en dat Ik in ieder van jullie harten Mij bevind. Jullie maken nogmaals de keuze die vele geesten in de oer tijd al maakten. Wat gaat het worden?
Begrijp je het nu wat beter!'
'Lieve Vader, het is verpletterend prachtig en mooi. Wat een liefde, wat een vreugde. Enorme blijdschap en dankbaarheid vullen mijn gemoed. Dank U wel.'
158 - Mijn Woord is als een kleed. |
15/04/16 |
'Vader, waarom is er zo veel verschil in visie bij Uw woordvoerders?'
'Zie Mijn Woord als een een kleed dat je draagt. Mijn Wijsheid is als een corona van Liefde, de uitstraling van Mijn Liefde draag Ik als Mijn kleed van Wijsheid.
Wie naar een warenhuis gaat om kleding te kopen, die koopt iets wat bij hem past. Een jas van de juiste maat, soort, kleur e.d. Een ander koopt een andere jas. Niemand heeft de volledige voorraad van het warenhuis nodig. Het is te duur, niet mee te nemen, en waar laat je het. Behalve als je het gaat uitdelen, dan is het geweldig om een heel warenhuis tot je beschikking te hebben.
En zo is Mijn Woord in elk mens als een jas die men draagt. Bij ieder de juiste pasvorm, de juiste kleur en de juiste stof van het kleed dat Mijn Woord is voor de mens is. En wie het uitdeelt, Mijn woordvoerders, die zal meer ontvangen dan wie alleen voor zichzelf een jas behoeft. Mij geeft het grote vreugde als je uitdeelt, en ieder een jas geeft die bij hem past uit Mijn oneindige voorraad, want Mijn Liefde verlangt er naar Mijn Woord uit te delen. En ook de mens die de jas ontvangt zal grote vreugde ervaren, alsmede ook jij, de mens die het namens Mij doorgeeft.
Natuurlijk gaat niet elke mens naar hetzelfde warenhuis om een jas uit te zoeken, en Mijn woordvoerders hebben ook niet dezelfde voorraad jassen. Zie daar, dat is waartoe er verschillende gemeentes zijn. Zo zal iedere voorspreker uit Mij weliswaar Mijn Liefde Woord spreken, maar wees als toehoorder terughoudend met vergelijken. Kies welke jas goed bij je past en wees Mij dankbaar. Elk Woord uit Mijn Liefde gesproken zal een goede jas zijn.
En jij Jan, weet dat ieder er naar zal verlangen een goed passende jas te krijgen. Andere jassen dragen ze niet en het hoeft ook niet. Zie, zo zal Mijn Woord in jou niet door ieder worden gedragen. Vrees niet dat je dan misschien Mijn Woord niet hebt gesproken, want indien Mijn Liefde de bron is, is elk Woord uit Mij. Wee degene die dat Woord van Mijn Liefde verwerpt, want die verwerpt Mij.
Amen.'
'Dank U, lieve Vader, het troost en sterkt mij.'
'Zie Mijn Woord als een een kleed dat je draagt. Mijn Wijsheid is als een corona van Liefde, de uitstraling van Mijn Liefde draag Ik als Mijn kleed van Wijsheid.
Wie naar een warenhuis gaat om kleding te kopen, die koopt iets wat bij hem past. Een jas van de juiste maat, soort, kleur e.d. Een ander koopt een andere jas. Niemand heeft de volledige voorraad van het warenhuis nodig. Het is te duur, niet mee te nemen, en waar laat je het. Behalve als je het gaat uitdelen, dan is het geweldig om een heel warenhuis tot je beschikking te hebben.
En zo is Mijn Woord in elk mens als een jas die men draagt. Bij ieder de juiste pasvorm, de juiste kleur en de juiste stof van het kleed dat Mijn Woord is voor de mens is. En wie het uitdeelt, Mijn woordvoerders, die zal meer ontvangen dan wie alleen voor zichzelf een jas behoeft. Mij geeft het grote vreugde als je uitdeelt, en ieder een jas geeft die bij hem past uit Mijn oneindige voorraad, want Mijn Liefde verlangt er naar Mijn Woord uit te delen. En ook de mens die de jas ontvangt zal grote vreugde ervaren, alsmede ook jij, de mens die het namens Mij doorgeeft.
Natuurlijk gaat niet elke mens naar hetzelfde warenhuis om een jas uit te zoeken, en Mijn woordvoerders hebben ook niet dezelfde voorraad jassen. Zie daar, dat is waartoe er verschillende gemeentes zijn. Zo zal iedere voorspreker uit Mij weliswaar Mijn Liefde Woord spreken, maar wees als toehoorder terughoudend met vergelijken. Kies welke jas goed bij je past en wees Mij dankbaar. Elk Woord uit Mijn Liefde gesproken zal een goede jas zijn.
En jij Jan, weet dat ieder er naar zal verlangen een goed passende jas te krijgen. Andere jassen dragen ze niet en het hoeft ook niet. Zie, zo zal Mijn Woord in jou niet door ieder worden gedragen. Vrees niet dat je dan misschien Mijn Woord niet hebt gesproken, want indien Mijn Liefde de bron is, is elk Woord uit Mij. Wee degene die dat Woord van Mijn Liefde verwerpt, want die verwerpt Mij.
Amen.'
'Dank U, lieve Vader, het troost en sterkt mij.'
157 - De wereld, een vat. |
11/04/16 |
'Mijn kinderen,
Ik heb jullie zo lief. Mijn hart gaat voortdurend naar jullie uit. Om de liefde heb Ik jullie geschapen. Uit liefde heb Ik jullie geschapen. En met liefde heb Ik jullie geschapen. Om de liefde, want Ik verlang naar jullie liefde voor Mij. Uit liefde, want Mijn overgrote Liefde voor jullie heeft Mij er toe gebracht jullie te scheppen. Met Liefde, want jullie innerlijk is als een afbeelding van Mij, als de zon in een dauwdruppel. Ik zal omwille ban die Liefde jullie geduldig blijven omgeven met hulp en alles wat jullie nodig hebben.
Dat betekent niet dat Ik jullie met werelds geluk opzadel. Het geluk van de wereld is het ongeluk van de geest. Jullie kunnen dat veelal niet zien. Jullie denken dat als jullie werelds gelukkig bent, dat het dan pas goed is. Het tegendeel is het geval. De wereld is een vat, jullie lichamen zijn een vat. Een vat dient er voor om gevuld te zijn met waar het werkelijk om gaat, de wijn. Het vat is niet het belangrijkste, maar de inhoud. Indien het geluk in jullie lichamelijke toestand zou liggen, dan zou het vat belangrijker zijn dan de wijn.
Mijn doel met jullie bestaan is niet een zo mooi en gelukkig mogelijk 'vat', Mijn doel is de inhoud van het vat te laten gisten. Mijn doel is jullie innerlijk gelukkig te maken, en jullie werkelijk innerlijk geluk is alleen te vinden indien je met Mij in verbinding staat, indien je Mij hoort en ervaart. Ik ben de liefde. Zonder de beleving van innerlijke liefde staat de wijn gist-loos te bederven. Dat kan Ik niet aanzien. En dus breng Ik gist in.
Dat gist bestaat uit tegenslagen, moeite, en zelfs leed. Det gevolg daarvan, het bruisen en borrelen voelt voor het vat, jullie lichaam, misschien erg lastig, maar voor de wijn is het noodzakelijk. Door de moeite die jullie ervaren, gaan jullie innerlijk nadenken en op zoek naar middelen om de toestand van ongemak te verbeteren of op zijn minst te begrijpen. Die activiteit is het bruisen. Het zal jullie brengen tot het besef dat het wereldse vat vergankelijk is en dat er iets moet zijn dat van groter belang en grotere waarde is. Jullie zullen gaan vermoeden dat er bemoeienis vanuit een 'hogere Bron' moet zijn. En die is er ook, omwille van jullie bewustwording. Dat grotere belang en die grotere waarde is de ware Liefde die Ik in jullie ben, was en zal zijn. Van die zelf werkzame liefde gaat werkelijke gelukzaligheid uit.
Zo zijn jullie voor Mij als kleine kinderen die op lering zijn in het wereld-vat van ervaring. Het is als zwemles. Ik geef jullie die lessen in de vorm van wat jullie in eerste instantie pech en tegenslag zullen noemen. Jullie leren daarbij het zwemmen, dat is het niet ten onder gaan en verdrinken in de verleidingen van de wereld. Zo nu en dan geef ik jullie een moment van 'vrij zwemmen'. Voor de kinderen is dat een heerlijk moment van lekker doen waar je zin in hebt, even ontspannen, lekker spetteren en zo.
Voor Mij echter is dat vrij zwemmen nu juist het meest belangrijke moment. Ik zie dan wie jullie zijn als je in vrijheid kunt doen waar je zin in hebt. Ik zie in hoeverre jullie je de liefde al hebt eigen gemaakt. Ga je de andere kinderen laten schrikken met je 'bommetje' of onverwacht een klets water in het gezicht omdat dat zo 'leuk' is...of zoek je een spelletje uit waar je samen plezier in hebt?
Zie, Mijn kinderen, het vat van de wereld, of het zwemwater, is nodig om te doen waar het werkelijk om gaat nl vanuit vrije wil groeien in liefde. Alles wat jullie overkomt, ja ook de gelukkige momenten, is bedoeld om jullie te helpen bij het het doen groeien van die vrije wil lief te hebben. Daar gaat het werkelijke geluk van uit en dat brengt pas werkelijk innerlijke vrede. Ik zal jullie niet aan de gevaren van de doodsheid van een hoogmoedig gemoed overlaten of je aan de verdrinkingsdood in zelfzucht prijs geven. Ik heb jullie lief, zoals Ik jullie al eeuwigheden lief had en eeuwig lief zal hebben.
Amen.'
Ik heb jullie zo lief. Mijn hart gaat voortdurend naar jullie uit. Om de liefde heb Ik jullie geschapen. Uit liefde heb Ik jullie geschapen. En met liefde heb Ik jullie geschapen. Om de liefde, want Ik verlang naar jullie liefde voor Mij. Uit liefde, want Mijn overgrote Liefde voor jullie heeft Mij er toe gebracht jullie te scheppen. Met Liefde, want jullie innerlijk is als een afbeelding van Mij, als de zon in een dauwdruppel. Ik zal omwille ban die Liefde jullie geduldig blijven omgeven met hulp en alles wat jullie nodig hebben.
Dat betekent niet dat Ik jullie met werelds geluk opzadel. Het geluk van de wereld is het ongeluk van de geest. Jullie kunnen dat veelal niet zien. Jullie denken dat als jullie werelds gelukkig bent, dat het dan pas goed is. Het tegendeel is het geval. De wereld is een vat, jullie lichamen zijn een vat. Een vat dient er voor om gevuld te zijn met waar het werkelijk om gaat, de wijn. Het vat is niet het belangrijkste, maar de inhoud. Indien het geluk in jullie lichamelijke toestand zou liggen, dan zou het vat belangrijker zijn dan de wijn.
Mijn doel met jullie bestaan is niet een zo mooi en gelukkig mogelijk 'vat', Mijn doel is de inhoud van het vat te laten gisten. Mijn doel is jullie innerlijk gelukkig te maken, en jullie werkelijk innerlijk geluk is alleen te vinden indien je met Mij in verbinding staat, indien je Mij hoort en ervaart. Ik ben de liefde. Zonder de beleving van innerlijke liefde staat de wijn gist-loos te bederven. Dat kan Ik niet aanzien. En dus breng Ik gist in.
Dat gist bestaat uit tegenslagen, moeite, en zelfs leed. Det gevolg daarvan, het bruisen en borrelen voelt voor het vat, jullie lichaam, misschien erg lastig, maar voor de wijn is het noodzakelijk. Door de moeite die jullie ervaren, gaan jullie innerlijk nadenken en op zoek naar middelen om de toestand van ongemak te verbeteren of op zijn minst te begrijpen. Die activiteit is het bruisen. Het zal jullie brengen tot het besef dat het wereldse vat vergankelijk is en dat er iets moet zijn dat van groter belang en grotere waarde is. Jullie zullen gaan vermoeden dat er bemoeienis vanuit een 'hogere Bron' moet zijn. En die is er ook, omwille van jullie bewustwording. Dat grotere belang en die grotere waarde is de ware Liefde die Ik in jullie ben, was en zal zijn. Van die zelf werkzame liefde gaat werkelijke gelukzaligheid uit.
Zo zijn jullie voor Mij als kleine kinderen die op lering zijn in het wereld-vat van ervaring. Het is als zwemles. Ik geef jullie die lessen in de vorm van wat jullie in eerste instantie pech en tegenslag zullen noemen. Jullie leren daarbij het zwemmen, dat is het niet ten onder gaan en verdrinken in de verleidingen van de wereld. Zo nu en dan geef ik jullie een moment van 'vrij zwemmen'. Voor de kinderen is dat een heerlijk moment van lekker doen waar je zin in hebt, even ontspannen, lekker spetteren en zo.
Voor Mij echter is dat vrij zwemmen nu juist het meest belangrijke moment. Ik zie dan wie jullie zijn als je in vrijheid kunt doen waar je zin in hebt. Ik zie in hoeverre jullie je de liefde al hebt eigen gemaakt. Ga je de andere kinderen laten schrikken met je 'bommetje' of onverwacht een klets water in het gezicht omdat dat zo 'leuk' is...of zoek je een spelletje uit waar je samen plezier in hebt?
Zie, Mijn kinderen, het vat van de wereld, of het zwemwater, is nodig om te doen waar het werkelijk om gaat nl vanuit vrije wil groeien in liefde. Alles wat jullie overkomt, ja ook de gelukkige momenten, is bedoeld om jullie te helpen bij het het doen groeien van die vrije wil lief te hebben. Daar gaat het werkelijke geluk van uit en dat brengt pas werkelijk innerlijke vrede. Ik zal jullie niet aan de gevaren van de doodsheid van een hoogmoedig gemoed overlaten of je aan de verdrinkingsdood in zelfzucht prijs geven. Ik heb jullie lief, zoals Ik jullie al eeuwigheden lief had en eeuwig lief zal hebben.
Amen.'
156 - Mijn stem |
11/04/16 |
'Ja, Mijn kind,
Je hoort Mijn stem. Mijn stem is niet exclusief voor jou of hier en daar een enkele andere mens in Mijn schepping. Mijn stem klinkt in ieder hart, mits... Mits de mens Mij wil horen, mits hij zich verlangend tot Mij richt, mits hij meer waarde hecht aan Mij en Mijn Woord in zichzelf dan aan de vele woorden om hem heen, mits hij Mij lief heeft boven alles en Mijn Woord lief heeft boven alle andere woorden.
Mijn stem klonk, klinkt en zal klinken in ieder hart dat Mij lief heeft. Liefde is de sleutel. Liefde zal altijd de sleutel zijn, zoals het altijd al de sleutel is geweest. Om liefde heb ik jullie geschapen, om liefde ook blijf ik onophoudelijk met alle geduld proberen om jullie aan te spreken. Om liefde zijn er weliswaar tot nu nog maar enkelingen die Mijn Woord in hun hart horen en verspreiden, maar om liefde geef Ik niet op om via hen de overigen te wekken. Te wekken, dat zullen jullie begrijpen, tot liefde.
Wie Mij niet lief heeft boven al, die is ahw in slaap en die bemerkt Mijn stem en spreken niet. Hij is er 'doof' voor. Wie kent niet het gevoel dat men krijgt als men iets werkelijke belangrijks te melden heeft en door het groepslawaai dat er ter plaatse klinkt men niet gehoord wordt. Al de vele, vele stemmen en meningen van media en mensen om ieder heen verhinderen hem Mij te horen.
Zijn aandacht laat hij volledig opeisen veelal door berichten van onrust, strijd en oorlogen. En al die aandacht voor zulks doet hem Mijn zachtmoedige liefdevolle stem in het eigen hart overstemmen. De aandacht wordt aangestuurd door zorgelijke onzekerheid over wat de mens te wachten staat. En precies daar is Mijn stem en zijn Mijn woorden het geruststellende antwoord op. Innerlijke rust en vrede kan niemand vinden dan in Mij.
Want de liefde die Ik voor jullie heb is meer dan voldoende om die rust en vrede te geven. Maar hoe zullen jullie dat ervaren als jullie Mij niet horen, en als jullie Mij al horen zoals nu even in dit stukje, hoe zullen jullie Mij dan geloven? Dat kan alleen indien jullie in jezelf Mij horen en met Mij ook de Liefde zullen voelen. Die Liefde ben Ik. Ik ben in het Woord de Liefde die Ik geef, de vrede die daar uit voorkomt. Ik ben in je hart de Liefde en daarmee voor je verstand het Woord, het antwoord, het spreken, Mijn stem.
Denk niet 'dat is niet bij mij, want ik heb Die stem nog nooit gehoord'. Heb je dan al Mij meer lief gehad dan al het andere in je bestaan? Heb je vol verlangen Mij gevraagd naar het kenbaar maken van Mijn aanwezigheid in je hart? Heb je zuchtend en en smekend in de stilte van je kamertje gebeden en liefdevol verwachtend naar Mij in je hart uit gekeken?
Want zie, Ik ben geen toevallige verstrooiing, geen bron van tijdverdrijf en vermaak, geen proefballonetje, geen onderhoudend uurtje. Het is Mij absolute ernst. Ik kan en zal niet reageren op 'uitproberen' of 'baadt het niet, het schaadt ook niet'. Ik ben alleen toegankelijk en te vinden door absoluut verlangen en gloeiende liefde. Wie zo tot Mij komt zal Mij zeker vinden.
Amen.'
Je hoort Mijn stem. Mijn stem is niet exclusief voor jou of hier en daar een enkele andere mens in Mijn schepping. Mijn stem klinkt in ieder hart, mits... Mits de mens Mij wil horen, mits hij zich verlangend tot Mij richt, mits hij meer waarde hecht aan Mij en Mijn Woord in zichzelf dan aan de vele woorden om hem heen, mits hij Mij lief heeft boven alles en Mijn Woord lief heeft boven alle andere woorden.
Mijn stem klonk, klinkt en zal klinken in ieder hart dat Mij lief heeft. Liefde is de sleutel. Liefde zal altijd de sleutel zijn, zoals het altijd al de sleutel is geweest. Om liefde heb ik jullie geschapen, om liefde ook blijf ik onophoudelijk met alle geduld proberen om jullie aan te spreken. Om liefde zijn er weliswaar tot nu nog maar enkelingen die Mijn Woord in hun hart horen en verspreiden, maar om liefde geef Ik niet op om via hen de overigen te wekken. Te wekken, dat zullen jullie begrijpen, tot liefde.
Wie Mij niet lief heeft boven al, die is ahw in slaap en die bemerkt Mijn stem en spreken niet. Hij is er 'doof' voor. Wie kent niet het gevoel dat men krijgt als men iets werkelijke belangrijks te melden heeft en door het groepslawaai dat er ter plaatse klinkt men niet gehoord wordt. Al de vele, vele stemmen en meningen van media en mensen om ieder heen verhinderen hem Mij te horen.
Zijn aandacht laat hij volledig opeisen veelal door berichten van onrust, strijd en oorlogen. En al die aandacht voor zulks doet hem Mijn zachtmoedige liefdevolle stem in het eigen hart overstemmen. De aandacht wordt aangestuurd door zorgelijke onzekerheid over wat de mens te wachten staat. En precies daar is Mijn stem en zijn Mijn woorden het geruststellende antwoord op. Innerlijke rust en vrede kan niemand vinden dan in Mij.
Want de liefde die Ik voor jullie heb is meer dan voldoende om die rust en vrede te geven. Maar hoe zullen jullie dat ervaren als jullie Mij niet horen, en als jullie Mij al horen zoals nu even in dit stukje, hoe zullen jullie Mij dan geloven? Dat kan alleen indien jullie in jezelf Mij horen en met Mij ook de Liefde zullen voelen. Die Liefde ben Ik. Ik ben in het Woord de Liefde die Ik geef, de vrede die daar uit voorkomt. Ik ben in je hart de Liefde en daarmee voor je verstand het Woord, het antwoord, het spreken, Mijn stem.
Denk niet 'dat is niet bij mij, want ik heb Die stem nog nooit gehoord'. Heb je dan al Mij meer lief gehad dan al het andere in je bestaan? Heb je vol verlangen Mij gevraagd naar het kenbaar maken van Mijn aanwezigheid in je hart? Heb je zuchtend en en smekend in de stilte van je kamertje gebeden en liefdevol verwachtend naar Mij in je hart uit gekeken?
Want zie, Ik ben geen toevallige verstrooiing, geen bron van tijdverdrijf en vermaak, geen proefballonetje, geen onderhoudend uurtje. Het is Mij absolute ernst. Ik kan en zal niet reageren op 'uitproberen' of 'baadt het niet, het schaadt ook niet'. Ik ben alleen toegankelijk en te vinden door absoluut verlangen en gloeiende liefde. Wie zo tot Mij komt zal Mij zeker vinden.
Amen.'
155 - Antwoorden bevinden zich in de Liefde. |
31/03/16 |
'Mijn kinderen,
Jullie zoeken zo veel naar antwoorden zonder te beseffen dat alle antwoorden in Mij zijn. Ik ben de Liefde, in de Liefde zijn de antwoorden. Het vinden van die Liefde en dus de antwoorden is als het vinden van evenwicht. Wie evenwicht zoekt kan dat alleen zelf vinden, niemand kan het geven. Met Liefde en antwoorden is dat al net zo. Wie antwoorden zoekt kan dat alleen in zichzelf vinden en dan ook zeker weten dat het antwoord werkelijkheid is.
Stel we vragen een partner of hij zeker weet dat hij van zijn partner houdt en hij antwoord bevestigend. De volgende vraag kan dan zijn hoe hij dat zo zeker weet. Hij antwoord dan, dat hij dat zo voelt. In zichzelf is de zekerheid van het antwoord gevonden. Indien we vragen of hij ook zeker is van de liefde van de partner voor hem en hij antwoord opnieuw met ja, en we vragen weer hoe hij dat zo zeker weet dan kan hij opnieuw antwoorden dat hij dat zo voelt. Hij kan ook antwoorden dat de partner dat heeft gezegd, maar jullie zullen met Me eens zijn dat die uitspraak op zich geen zekerheid biedt. Nee, het innerlijke gevoel, dat biedt zekerheid.
Elk antwoord dat van buiten de mens zelf komt is onzeker. Jullie kunnen het antwoord geloven of niet, net wat jullie willen, maar zeker weten jullie het nooit. Indien jullie echter, net als de liefde voor iemand, in jezelf het antwoord voelen, dan is voor jullie, en voor julliezelf alleen, de zekerheid duidelijk. Houdt in gedachten dat antwoorden en liefde hier hetzelfde zijn. Want elke vraag wordt gesteld vanuit een behoefte, een verlangen naar inzicht en antwoorden. Die behoefte, dat verlangen is een vorm van liefde. En elk antwoord is a.h.w. een vervullen van die liefde. Daarom worden bepaalde antwoorden wel en andere niet aanvaard. Want de liefde van de vraagsteller vindt in het antwoord wel of geen vervulling van zijn werkelijke behoefte, zijn werkelijke verlangen of liefde.
Zo is er in de politiek vaak, zo niet altijd, verschil van mening over wat het antwoord is op de vraagstukken die ter tafel komen. Dat komt omdat de belangen, de behoefte, het verlangen, de liefde dus van de verschillende partijen zo verschillend is. Denk niet dat er een verstandelijke 'waarheid' is. En dat als men maar lang genoeg onderzoek doet, met het verstand dus, dan zal men die waarheid (of wet) wel ontdekken. Nee, want Ik ben de waarheid. Ik ben Liefde, en Liefde is waarheid. De Liefde is geen wet, maar juist de vervulling der wet.
Zoals gezegd, van de liefde die men voelt is men zeker. Het is om die reden dat Ik als belangrijkste 'gebod' heb gezegd Mij lief te hebben bovenal en het tweede daaraan gelijk is je naaste lief te hebben als jezelf. Want de liefde zal je in jezelf alle antwoorden geven. Die liefde voor Mij moet ieder in zichzelf vinden, net als evenwicht. De liefde voor Mij kan niet worden gegeven, ze moet zelf worden gevonden. Heeft men dat gevonden, dan is er nooit meer onzekerheid over Mij en Mijn Woord. Want men voelt innerlijk Mijn liefde, en daar is men dan absoluut zeker van.
Wie dus God zoekt, als antwoord op levensvragen, die dient in zichzelf te zoeken. Nog duidelijker, die dient in de liefde te zoeken. Daar, in de liefde die je voor Mij voelt zul je zekerheid vinden van Mijn Liefde voor jou. Kun je Mij lief hebben? Wil je Mij lief hebben? Indien je in jezelf een bevestigend antwoord op die vraag vindt, dan vindt je Mij en al het overige zul je er bij vinden.
Zo valt de mensheid uiteen in drie groepen. Zij die Mij lief hebben, zij die niet weten dat de liefde van en voor Mij alles vervuld, en zij die het wel weten, maar het toch niet willen.
Zij die Mij lief hebben zijn meer dan gelukkig met Mij en kennen alleen het verdriet om hen die nog niet weten, met wie ze begaan zijn en met wie ze tot hun teleurstelling geen antwoorden kunnen delen, omdat ieder de liefde voor Mij in zichzelf moet willen vinden.
Zij die niet weten draag Ik in alle liefde en geduld naar bewustwording toe en daarmee zijn zij die Mij lief hebben getroost.
Zij die weten en Mij, de Liefde, toch niet willen, hebben zichzelf daardoor in een zeer erbarmelijke en beklagenswaardige toestand gebracht, waarbij ze zich niet door Mijn grote Liefde willen laten helpen.
Heb Mij lief zoals Ik jullie lief heb en immer lief zal hebben.
Amen.'
Jullie zoeken zo veel naar antwoorden zonder te beseffen dat alle antwoorden in Mij zijn. Ik ben de Liefde, in de Liefde zijn de antwoorden. Het vinden van die Liefde en dus de antwoorden is als het vinden van evenwicht. Wie evenwicht zoekt kan dat alleen zelf vinden, niemand kan het geven. Met Liefde en antwoorden is dat al net zo. Wie antwoorden zoekt kan dat alleen in zichzelf vinden en dan ook zeker weten dat het antwoord werkelijkheid is.
Stel we vragen een partner of hij zeker weet dat hij van zijn partner houdt en hij antwoord bevestigend. De volgende vraag kan dan zijn hoe hij dat zo zeker weet. Hij antwoord dan, dat hij dat zo voelt. In zichzelf is de zekerheid van het antwoord gevonden. Indien we vragen of hij ook zeker is van de liefde van de partner voor hem en hij antwoord opnieuw met ja, en we vragen weer hoe hij dat zo zeker weet dan kan hij opnieuw antwoorden dat hij dat zo voelt. Hij kan ook antwoorden dat de partner dat heeft gezegd, maar jullie zullen met Me eens zijn dat die uitspraak op zich geen zekerheid biedt. Nee, het innerlijke gevoel, dat biedt zekerheid.
Elk antwoord dat van buiten de mens zelf komt is onzeker. Jullie kunnen het antwoord geloven of niet, net wat jullie willen, maar zeker weten jullie het nooit. Indien jullie echter, net als de liefde voor iemand, in jezelf het antwoord voelen, dan is voor jullie, en voor julliezelf alleen, de zekerheid duidelijk. Houdt in gedachten dat antwoorden en liefde hier hetzelfde zijn. Want elke vraag wordt gesteld vanuit een behoefte, een verlangen naar inzicht en antwoorden. Die behoefte, dat verlangen is een vorm van liefde. En elk antwoord is a.h.w. een vervullen van die liefde. Daarom worden bepaalde antwoorden wel en andere niet aanvaard. Want de liefde van de vraagsteller vindt in het antwoord wel of geen vervulling van zijn werkelijke behoefte, zijn werkelijke verlangen of liefde.
Zo is er in de politiek vaak, zo niet altijd, verschil van mening over wat het antwoord is op de vraagstukken die ter tafel komen. Dat komt omdat de belangen, de behoefte, het verlangen, de liefde dus van de verschillende partijen zo verschillend is. Denk niet dat er een verstandelijke 'waarheid' is. En dat als men maar lang genoeg onderzoek doet, met het verstand dus, dan zal men die waarheid (of wet) wel ontdekken. Nee, want Ik ben de waarheid. Ik ben Liefde, en Liefde is waarheid. De Liefde is geen wet, maar juist de vervulling der wet.
Zoals gezegd, van de liefde die men voelt is men zeker. Het is om die reden dat Ik als belangrijkste 'gebod' heb gezegd Mij lief te hebben bovenal en het tweede daaraan gelijk is je naaste lief te hebben als jezelf. Want de liefde zal je in jezelf alle antwoorden geven. Die liefde voor Mij moet ieder in zichzelf vinden, net als evenwicht. De liefde voor Mij kan niet worden gegeven, ze moet zelf worden gevonden. Heeft men dat gevonden, dan is er nooit meer onzekerheid over Mij en Mijn Woord. Want men voelt innerlijk Mijn liefde, en daar is men dan absoluut zeker van.
Wie dus God zoekt, als antwoord op levensvragen, die dient in zichzelf te zoeken. Nog duidelijker, die dient in de liefde te zoeken. Daar, in de liefde die je voor Mij voelt zul je zekerheid vinden van Mijn Liefde voor jou. Kun je Mij lief hebben? Wil je Mij lief hebben? Indien je in jezelf een bevestigend antwoord op die vraag vindt, dan vindt je Mij en al het overige zul je er bij vinden.
Zo valt de mensheid uiteen in drie groepen. Zij die Mij lief hebben, zij die niet weten dat de liefde van en voor Mij alles vervuld, en zij die het wel weten, maar het toch niet willen.
Zij die Mij lief hebben zijn meer dan gelukkig met Mij en kennen alleen het verdriet om hen die nog niet weten, met wie ze begaan zijn en met wie ze tot hun teleurstelling geen antwoorden kunnen delen, omdat ieder de liefde voor Mij in zichzelf moet willen vinden.
Zij die niet weten draag Ik in alle liefde en geduld naar bewustwording toe en daarmee zijn zij die Mij lief hebben getroost.
Zij die weten en Mij, de Liefde, toch niet willen, hebben zichzelf daardoor in een zeer erbarmelijke en beklagenswaardige toestand gebracht, waarbij ze zich niet door Mijn grote Liefde willen laten helpen.
Heb Mij lief zoals Ik jullie lief heb en immer lief zal hebben.
Amen.'
154 - Moeite |
29/03/16 |
'Mijn lieve kinderen,
Zien jullie dan niet hoe alle bezigheden van de mensen er op gericht zijn het leven zo aangenaam mogelijk te maken? Ieder mens doet wat hij doet uit het verlangen naar gemak of genieten. Indien er iets wordt gedaan wat niet zo prettig is, dan is dat met het oogmerk er later profijt van te hebben, er later van te kunnen genieten. Maar in evenveel gevallen ontwijkt men wat onprettig is en laat het er op aan komen hoe dat uitpakt.
Men laat zich door een wekker het genoegelijke slapen onderbreken, opdat men door werk en inkomen in de toekomst van een goede nachtrust kan blijven genieten. Men laat zich een pijnlijke ingreep welgevallen, opdat men in de toekomst van pijnlijke ingrepen verschoond kan blijven. Men getroost zich allerlei vormen van moeite omwille van het bereiken van een toestand waarin zo min mogelijk moeite plaats heeft. Of, en dat het andere uiterste, men geniet er zo veel mogelijk op los hopend dat de te verwachte last en moeite die daar uit voort zal komen zich in dit geval niet zal voordoen. Mensen die zich te buiten gaan aan bv roken en overmatig drinken zijn daar een voorbeeld van.
Zie mijn kinderen, het leven van de mens bestaat uit moeite, ofwel moeite om meer moeite te voorkomen, ofwel het zijn lasten en moeiten die ontstaan als gevolg van onmatig genieten. Moeite brengt de mens tot activiteit en zich inspannen, en omgekeerd leidt dus passiviteit tot grotere moeite. Zonder moeite is het leven onmogelijk, want leven is het gebruik maken van tegenkracht. Moeite ìs de tegenkracht, naast de kracht die de mens naar gemak doet neigen. De behoefte aan gemak enerzijds en de tegenkracht van moeite anderzijds maakt het leven mogelijk. De mens die, zou het mogelijk zijn, terugzakt in een luie inactieve toestand, die sterft.
Zie het hart of de ademhaling, het is een voortdurend afwisselen van inspannen en ontspannen. Zonder het ene kan het andere ook niet bestaan. Zo ook moeite tegenover rust in het menselijk leven. Zonder moeiten is er geen leven mogelijk. Indien de moeiten toenemen, noemt men het lijden. Jullie zouden er goed aan doen de moeite en het lijden die jullie in je leven ervaart in dit licht te bezien. Het is geen verwerpelijk onrecht of liefdeloze fout in Mijn schepping, het is een noodzakelijke gave, uiterst goed en dienstbaar.
Zie, de genotzuchtige mens verafschuwt in zijn blindheid alles wat ook maar enigszins moeite brengt en ziet niet welke zegen er vanuit gaat. Ik zal echter daarom nog niet de moeite wegnemen. De moeite zal hem helpen zijn blindheid te overwinnen en het lijden zal hem dienstbaar zijn om een afkeer van de materie met haar verleidingen te krijgen. De mens zal er vrijer door worden en zijn geest van liefde gaan ontwikkelen ipv zijn ziel in het graf van de luie, sterfelijke materie ten ruste te leggen. De moeite en het lijden wekken de mens uit zijn materiële doodsslaap.
Maar jullie, kijk met liefde en erbarmen naar de mens, zowel de mens die lijdt als de mens die zwelgt in genot. Beide verdienen dat erbarmen. De mens die lijdt weet veelal niet waartoe en dat maakt het lijden dubbel zo zwaar. De mens die zwelgt staat onontkoombaar het lijden nog te wachten, en dat zal drie keer zo zwaar zijn. Ten eerste omdat lijden deze mens vreemd is en hij niet snel zal weten er mee om te gaan, ten tweede omdat ook hij niet zal begrijpen waartoe dit lijden hem overkomt en ten derde omdat hij zijn lijden door zijn oorspronkelijke traagheid heeft verzwaard. En begrijp dan dat lijden in dit lichaam of in het hiernamaals enerlei is.
De moeite, of het lijden, is de noodzakelijke tegenkracht om het leven te wekken! Niemand ontkomt er aan, want het is de leven wekkende tegenkracht. En Ik zal niemand verloren laten gaan en waar nodig die tegenkracht zenden, zoals Ik hem al heb gezonden.
Het lichaam heeft zuurstof nodig en de prikkel tot ademhalen, anders leeft het lijf niet. De ziel en de geest hebben liefde nodig en de prikkel om het zich eigen te maken. Die prikkel is de moeite dan wel het lijden.
Mijn liefde hebben jullie, ook in het lijden.
Amen.'
Zien jullie dan niet hoe alle bezigheden van de mensen er op gericht zijn het leven zo aangenaam mogelijk te maken? Ieder mens doet wat hij doet uit het verlangen naar gemak of genieten. Indien er iets wordt gedaan wat niet zo prettig is, dan is dat met het oogmerk er later profijt van te hebben, er later van te kunnen genieten. Maar in evenveel gevallen ontwijkt men wat onprettig is en laat het er op aan komen hoe dat uitpakt.
Men laat zich door een wekker het genoegelijke slapen onderbreken, opdat men door werk en inkomen in de toekomst van een goede nachtrust kan blijven genieten. Men laat zich een pijnlijke ingreep welgevallen, opdat men in de toekomst van pijnlijke ingrepen verschoond kan blijven. Men getroost zich allerlei vormen van moeite omwille van het bereiken van een toestand waarin zo min mogelijk moeite plaats heeft. Of, en dat het andere uiterste, men geniet er zo veel mogelijk op los hopend dat de te verwachte last en moeite die daar uit voort zal komen zich in dit geval niet zal voordoen. Mensen die zich te buiten gaan aan bv roken en overmatig drinken zijn daar een voorbeeld van.
Zie mijn kinderen, het leven van de mens bestaat uit moeite, ofwel moeite om meer moeite te voorkomen, ofwel het zijn lasten en moeiten die ontstaan als gevolg van onmatig genieten. Moeite brengt de mens tot activiteit en zich inspannen, en omgekeerd leidt dus passiviteit tot grotere moeite. Zonder moeite is het leven onmogelijk, want leven is het gebruik maken van tegenkracht. Moeite ìs de tegenkracht, naast de kracht die de mens naar gemak doet neigen. De behoefte aan gemak enerzijds en de tegenkracht van moeite anderzijds maakt het leven mogelijk. De mens die, zou het mogelijk zijn, terugzakt in een luie inactieve toestand, die sterft.
Zie het hart of de ademhaling, het is een voortdurend afwisselen van inspannen en ontspannen. Zonder het ene kan het andere ook niet bestaan. Zo ook moeite tegenover rust in het menselijk leven. Zonder moeiten is er geen leven mogelijk. Indien de moeiten toenemen, noemt men het lijden. Jullie zouden er goed aan doen de moeite en het lijden die jullie in je leven ervaart in dit licht te bezien. Het is geen verwerpelijk onrecht of liefdeloze fout in Mijn schepping, het is een noodzakelijke gave, uiterst goed en dienstbaar.
Zie, de genotzuchtige mens verafschuwt in zijn blindheid alles wat ook maar enigszins moeite brengt en ziet niet welke zegen er vanuit gaat. Ik zal echter daarom nog niet de moeite wegnemen. De moeite zal hem helpen zijn blindheid te overwinnen en het lijden zal hem dienstbaar zijn om een afkeer van de materie met haar verleidingen te krijgen. De mens zal er vrijer door worden en zijn geest van liefde gaan ontwikkelen ipv zijn ziel in het graf van de luie, sterfelijke materie ten ruste te leggen. De moeite en het lijden wekken de mens uit zijn materiële doodsslaap.
Maar jullie, kijk met liefde en erbarmen naar de mens, zowel de mens die lijdt als de mens die zwelgt in genot. Beide verdienen dat erbarmen. De mens die lijdt weet veelal niet waartoe en dat maakt het lijden dubbel zo zwaar. De mens die zwelgt staat onontkoombaar het lijden nog te wachten, en dat zal drie keer zo zwaar zijn. Ten eerste omdat lijden deze mens vreemd is en hij niet snel zal weten er mee om te gaan, ten tweede omdat ook hij niet zal begrijpen waartoe dit lijden hem overkomt en ten derde omdat hij zijn lijden door zijn oorspronkelijke traagheid heeft verzwaard. En begrijp dan dat lijden in dit lichaam of in het hiernamaals enerlei is.
De moeite, of het lijden, is de noodzakelijke tegenkracht om het leven te wekken! Niemand ontkomt er aan, want het is de leven wekkende tegenkracht. En Ik zal niemand verloren laten gaan en waar nodig die tegenkracht zenden, zoals Ik hem al heb gezonden.
Het lichaam heeft zuurstof nodig en de prikkel tot ademhalen, anders leeft het lijf niet. De ziel en de geest hebben liefde nodig en de prikkel om het zich eigen te maken. Die prikkel is de moeite dan wel het lijden.
Mijn liefde hebben jullie, ook in het lijden.
Amen.'
153 - Lijden |
22/03/16 |
"Lieve Vader,
Vandaag weer aanslagen, weer doden, weer leed en verdriet. Ik begrijp het niet."
'Jan, je begrijpt het wel. Je aarzelt alleen om te aanvaarden wat je al begrijpt. Je aarzelt om het te vermelden omdat je 'vreest' dat men het niet zal begrijpen. Je denkt nogal eens "Ja, maar dat kan ik toch niet opschrijven".
Je kent Me. Je kent Mij heel goed. Je weet dat Mijn meest wezenlijke eigenschap de liefde is. Je bent er van overtuigd dat alles, maar dan ook alles begint, bestaat en wordt voleindigd in liefde. En wat je nu niet durft op te schrijven is dat allen die betrokken zijn bij deze aanslagen ook door Mij dwz Mijn liefde zijn omgeven. Je ziet pijn, verdriet, angst, lijden en dood. En je denkt: hoe kan dat nou ooit liefde zijn?
Nog vóór de aanslagen vanmorgen gaf Ik je in te beseffen dat de mens niets doet buiten Mij dan alleen keuzes maken. Alles is afhankelijk van Mijn Liefde, Mijn Wijsheid, Mijn Wil, alleen keuzes maken heb Ik aan jullie zelf over gelaten. En daar is een goede reden voor. Ik wil geen marionetten van mensen maken. Marionetten kan Ik legio scheppen in een fractie van een gedachte. Dat zijn dan machines die volledig afhankelijk van Mijn keuzes en alleen maar kunnen doen wat Ik wil. Ze kunnen niet zelf beslissen wat ze willen kiezen en doen.
De mens, jullie en jij, kan zelf kiezen. Prima, maar dan is het ook noodzakelijk dat er oneindig veel keuzes mogelijk zijn. Elk moment maakt ieder mens keuzes, en op basis van die keuzes maakt men weer nieuwe, en weer nieuwe en zo verder. Daarbij is het gevoel dat men heeft leidend. Veel mensen denken wel dat ze kiezen op rationele gronden, maar niets is minder waar. Keuzes worden geheel of gedeeltelijk gestuurd door neigingen, voorkeuren, verlangens, emoties e.d.
Jullie zijn door Mij a.h.w. geschapen met een motor en een frame, dwz er is iets wat jullie aandrijft en er is iets waarin dat vorm krijgt. De aandrijving is de kracht van liefde, naar Mijn beeld, want ook Ik ben liefde. De vorm is allereerst de uit de aandrijving voortkomende ideeën en gedachten, vervolgens de daar op volgende daden.
...Jan, je vraagt je af waar dit naar toe gaat, want je denkt dat dit niets meer met het lijden te maken heeft. Geduld, het zal aanstonds blijken...
Dus de daden komen voort uit de neigingen en de verlangens die op zich afstammen van de liefde voor het een of ander. Zie, daaruit blijkt dat de liefde de bron is. Indien die liefde echter zelfzuchtig gericht wordt en erger nog, gepaard gaat met de hoogmoed beter te zijn dan anderen, dan komen daaruit ook gedachten voort die misvormt zijn geraakt door de hoogmoedige zelfzucht. De vraag zou kunnen zijn: Moet Ik, de liefde Zelf, nu ingrijpen of niet?
De menselijke misvormingen van liefde en bewustzijn zijn een gevolg van de vrijheid van keuze. Indien de mens geen mogelijkheid had om verkeerde keuzes te maken, dan zou de keuze niet vrij zijn. Die vrijheid van wil is Mij heilig, daar kom Ik niet aan.
Nu zal menigeen denken dat het dan maar een droevige zaak is met de mensheid, want ieder is overgeleverd aan de willekeur van de ander. Ogenschijnlijk is dat waar. In werkelijkheid echter heeft ieder mens, ook het mogelijke slachtoffer, zeer vele kansen om zich tot Mij te wenden. Want Ik, de Liefdevolle, zal direct horen en verhoren naar het geloof en de liefde van de biddende mens. Want wie lief heeft staat dicht bij Mij en die zal ook bidden met liefde in het hart. En wie gelooft dat Ik help, die kan Ik ook helpen zonder dat de vrijheid van keuze in het geding is. Wie niet gelooft kan Ik niet helpen, want door Mijn zichtbare hulp zou de mens wel moeten geloven, en wie moet is niet vrij. Natuurlijk help Ik wel in alles wat de vrije keuze niet belemmert, ook bij hen die Mij niet vragen. Want Ik ben Liefde.
En dan de aanslagen. Deze aanslagplegers zijn erg verward. Door gevoelens van haat en woede zijn hun gedachten misvormt geraakt. De gevoelens van naastenliefde missen ze en dus ook het bewustzijn van naastenliefde. Ze zijn onwetend en dragen in dit leven en in het leven na dit leven de gevolgen van hun verdwazing. Ze hebben in hun leven zeer veel mogelijkheden gehad om Mij, liefde, bij hun beslissingen te betrekken, maar dat hebben ze niet gedaan. En ook nu nog, aangekomen in het hiernamaals, zijn er mogelijkheden ... Maar wie van hen zal dat zien daar ze tot nu toe ook niet zagen!
Hun slachtoffers worden door de mens 'onschuldige slachtoffers' genoemd. Weinigen bezien het vanuit Mijn licht. Ook die mensen hebben zeer vele kansen gehad om Mij, de pure, deemoedige liefde, bij hun leven te betrekken. En hoewel de meesten nu niet direct boosaardig of haatdragend zijn, stonden ze niet dicht genoeg bij Mij om Mij de kans te geven ze te bewaren voor het lijden dat ze nu overkomt. Mijn stem van liefde spreekt in ieders hart! Maar hebben ze die gehoord? En hebben ze geluisterd? De neigingen en de verlangens van de meesten betroffen niet Mij, maar de wereld met haar status,vermaak, luxe, bezit en kennis.
Hoor dan jullie die dit lezen. Ik heb geroepen, Ik heb dromen gegeven, Ik heb mensen en engelen op hun pad gestuurd, Ik heb licht en liefde over ze uitgegoten en zal dat ook blijven doen. Ik sla niemand over, ik vergeet niemand, Ik laat niemand het leed als Ik het kan voorkomen. Maar Ik kom niet aan de vrijheid van wie dan ook om zelf te kiezen Mij lief te hebben, te horen en Mijn raad op te volgen.
Amen.'
Vandaag weer aanslagen, weer doden, weer leed en verdriet. Ik begrijp het niet."
'Jan, je begrijpt het wel. Je aarzelt alleen om te aanvaarden wat je al begrijpt. Je aarzelt om het te vermelden omdat je 'vreest' dat men het niet zal begrijpen. Je denkt nogal eens "Ja, maar dat kan ik toch niet opschrijven".
Je kent Me. Je kent Mij heel goed. Je weet dat Mijn meest wezenlijke eigenschap de liefde is. Je bent er van overtuigd dat alles, maar dan ook alles begint, bestaat en wordt voleindigd in liefde. En wat je nu niet durft op te schrijven is dat allen die betrokken zijn bij deze aanslagen ook door Mij dwz Mijn liefde zijn omgeven. Je ziet pijn, verdriet, angst, lijden en dood. En je denkt: hoe kan dat nou ooit liefde zijn?
Nog vóór de aanslagen vanmorgen gaf Ik je in te beseffen dat de mens niets doet buiten Mij dan alleen keuzes maken. Alles is afhankelijk van Mijn Liefde, Mijn Wijsheid, Mijn Wil, alleen keuzes maken heb Ik aan jullie zelf over gelaten. En daar is een goede reden voor. Ik wil geen marionetten van mensen maken. Marionetten kan Ik legio scheppen in een fractie van een gedachte. Dat zijn dan machines die volledig afhankelijk van Mijn keuzes en alleen maar kunnen doen wat Ik wil. Ze kunnen niet zelf beslissen wat ze willen kiezen en doen.
De mens, jullie en jij, kan zelf kiezen. Prima, maar dan is het ook noodzakelijk dat er oneindig veel keuzes mogelijk zijn. Elk moment maakt ieder mens keuzes, en op basis van die keuzes maakt men weer nieuwe, en weer nieuwe en zo verder. Daarbij is het gevoel dat men heeft leidend. Veel mensen denken wel dat ze kiezen op rationele gronden, maar niets is minder waar. Keuzes worden geheel of gedeeltelijk gestuurd door neigingen, voorkeuren, verlangens, emoties e.d.
Jullie zijn door Mij a.h.w. geschapen met een motor en een frame, dwz er is iets wat jullie aandrijft en er is iets waarin dat vorm krijgt. De aandrijving is de kracht van liefde, naar Mijn beeld, want ook Ik ben liefde. De vorm is allereerst de uit de aandrijving voortkomende ideeën en gedachten, vervolgens de daar op volgende daden.
...Jan, je vraagt je af waar dit naar toe gaat, want je denkt dat dit niets meer met het lijden te maken heeft. Geduld, het zal aanstonds blijken...
Dus de daden komen voort uit de neigingen en de verlangens die op zich afstammen van de liefde voor het een of ander. Zie, daaruit blijkt dat de liefde de bron is. Indien die liefde echter zelfzuchtig gericht wordt en erger nog, gepaard gaat met de hoogmoed beter te zijn dan anderen, dan komen daaruit ook gedachten voort die misvormt zijn geraakt door de hoogmoedige zelfzucht. De vraag zou kunnen zijn: Moet Ik, de liefde Zelf, nu ingrijpen of niet?
De menselijke misvormingen van liefde en bewustzijn zijn een gevolg van de vrijheid van keuze. Indien de mens geen mogelijkheid had om verkeerde keuzes te maken, dan zou de keuze niet vrij zijn. Die vrijheid van wil is Mij heilig, daar kom Ik niet aan.
Nu zal menigeen denken dat het dan maar een droevige zaak is met de mensheid, want ieder is overgeleverd aan de willekeur van de ander. Ogenschijnlijk is dat waar. In werkelijkheid echter heeft ieder mens, ook het mogelijke slachtoffer, zeer vele kansen om zich tot Mij te wenden. Want Ik, de Liefdevolle, zal direct horen en verhoren naar het geloof en de liefde van de biddende mens. Want wie lief heeft staat dicht bij Mij en die zal ook bidden met liefde in het hart. En wie gelooft dat Ik help, die kan Ik ook helpen zonder dat de vrijheid van keuze in het geding is. Wie niet gelooft kan Ik niet helpen, want door Mijn zichtbare hulp zou de mens wel moeten geloven, en wie moet is niet vrij. Natuurlijk help Ik wel in alles wat de vrije keuze niet belemmert, ook bij hen die Mij niet vragen. Want Ik ben Liefde.
En dan de aanslagen. Deze aanslagplegers zijn erg verward. Door gevoelens van haat en woede zijn hun gedachten misvormt geraakt. De gevoelens van naastenliefde missen ze en dus ook het bewustzijn van naastenliefde. Ze zijn onwetend en dragen in dit leven en in het leven na dit leven de gevolgen van hun verdwazing. Ze hebben in hun leven zeer veel mogelijkheden gehad om Mij, liefde, bij hun beslissingen te betrekken, maar dat hebben ze niet gedaan. En ook nu nog, aangekomen in het hiernamaals, zijn er mogelijkheden ... Maar wie van hen zal dat zien daar ze tot nu toe ook niet zagen!
Hun slachtoffers worden door de mens 'onschuldige slachtoffers' genoemd. Weinigen bezien het vanuit Mijn licht. Ook die mensen hebben zeer vele kansen gehad om Mij, de pure, deemoedige liefde, bij hun leven te betrekken. En hoewel de meesten nu niet direct boosaardig of haatdragend zijn, stonden ze niet dicht genoeg bij Mij om Mij de kans te geven ze te bewaren voor het lijden dat ze nu overkomt. Mijn stem van liefde spreekt in ieders hart! Maar hebben ze die gehoord? En hebben ze geluisterd? De neigingen en de verlangens van de meesten betroffen niet Mij, maar de wereld met haar status,vermaak, luxe, bezit en kennis.
Hoor dan jullie die dit lezen. Ik heb geroepen, Ik heb dromen gegeven, Ik heb mensen en engelen op hun pad gestuurd, Ik heb licht en liefde over ze uitgegoten en zal dat ook blijven doen. Ik sla niemand over, ik vergeet niemand, Ik laat niemand het leed als Ik het kan voorkomen. Maar Ik kom niet aan de vrijheid van wie dan ook om zelf te kiezen Mij lief te hebben, te horen en Mijn raad op te volgen.
Amen.'
152 - Zwak |
16/03/16 |
'Hoor Mijn kinderen,
Zwak zijn jullie. Ieder van jullie heeft zwakheden en behalve Mij is niemand in staat op de zwakheden overwinningen te behalen. Wie denkt wel overwinningen te boeken zal menen dat hij sterk genoeg is dat te kunnen doen. Die mening zal de gedachte van zelfrechtvaardiging oproepen. Niemand kan echter iets doen zonder Mij. Juist in het besef zwak te zijn, zo zwak dat het onmogelijk blijkt om de zwakheden te overwinnen, ligt de weg om tot Mij te naderen.
Die weg is deemoed. Het bewustzijn zwak te zijn en telkens opnieuw te struikelen bewerkt deemoed en nederigheid in jullie harten. En dat brengt jullie bij Mij. Ik heb jullie lief en daarom zijn er zwakheden. Ik liet ze toe toen jullie vielen. Ik liet ze toe toen jullie werden gewekt in de materie. Ik laat ze toe nu jullie Mij ontmoeten, ja Ik laat ze nog steeds toe. Zonder die zwakheden zullen jullie nooit in vrijheid tot Mij kunnen naderen.
Indien jullie beseffen dat je zwak bent, dan kan Ik jullie in Mijn armen nemen en aan Mijn hart drukken. Indien jullie zonder zonden zijn, kan Ik dat niet. Want weet, niemand is zonder zonden. Wie meent rechtvaardig te zijn is nog ver van Mijn hart. Wie beseft zwak te zijn en dat omwille van de liefde berouwt, die is al bij Mij. Zie, daarom laat Ik toe dat de mens zwak is, opdat hij zijn zwakte zal beseffen, het rouwmoedig bij Mij brengt, en Ik, de liefde Zelf, zal hem reinigen voor Mij.
Amen,
jullie liefdevolle Vader'
Zwak zijn jullie. Ieder van jullie heeft zwakheden en behalve Mij is niemand in staat op de zwakheden overwinningen te behalen. Wie denkt wel overwinningen te boeken zal menen dat hij sterk genoeg is dat te kunnen doen. Die mening zal de gedachte van zelfrechtvaardiging oproepen. Niemand kan echter iets doen zonder Mij. Juist in het besef zwak te zijn, zo zwak dat het onmogelijk blijkt om de zwakheden te overwinnen, ligt de weg om tot Mij te naderen.
Die weg is deemoed. Het bewustzijn zwak te zijn en telkens opnieuw te struikelen bewerkt deemoed en nederigheid in jullie harten. En dat brengt jullie bij Mij. Ik heb jullie lief en daarom zijn er zwakheden. Ik liet ze toe toen jullie vielen. Ik liet ze toe toen jullie werden gewekt in de materie. Ik laat ze toe nu jullie Mij ontmoeten, ja Ik laat ze nog steeds toe. Zonder die zwakheden zullen jullie nooit in vrijheid tot Mij kunnen naderen.
Indien jullie beseffen dat je zwak bent, dan kan Ik jullie in Mijn armen nemen en aan Mijn hart drukken. Indien jullie zonder zonden zijn, kan Ik dat niet. Want weet, niemand is zonder zonden. Wie meent rechtvaardig te zijn is nog ver van Mijn hart. Wie beseft zwak te zijn en dat omwille van de liefde berouwt, die is al bij Mij. Zie, daarom laat Ik toe dat de mens zwak is, opdat hij zijn zwakte zal beseffen, het rouwmoedig bij Mij brengt, en Ik, de liefde Zelf, zal hem reinigen voor Mij.
Amen,
jullie liefdevolle Vader'
151 - Denk liefde |
15/03/16 |
'Mijn kinderen,
Jullie weten dat gedachten erg krachtig zijn. Gedachten zijn wezenlijk. Gedachten zijn net als geluid en licht in staat om te creëren. Wie zal ontkennen dat licht en geluid een sterke invloed hebben op het gemoed van de mens. Door muziek kan men ontroert raken, of vrolijk. Door licht wordt de mens gewekt en het gemoed opgewekt. Gedachten hebben precies zo werking op het gemoed van de mens.
Niet alleen op het eigen gemoed, maar ook op dat van anderen. Dat klinkt velen verbazend in de oren, want geluid en licht neemt ieder wel waar, maar gedachten, denkt men, worden toch alleen waar genomen door degene die ze denkt. Niets is minder waar. Wat de mens echter ontbreekt is het bewustzijn van de waarneming. Een baby knippert met de ogen bij een onverwacht fel licht, maar een volwassen mens heeft nauwelijks in de gaten wanneer er een gedachtenstroom over hem heen rolt.
Om dat bewustzijn enigszins op te wekken mag een enkel voorbeeld helpen. Het is mogelijk om te voelen wat mensen denken. Ieder van ons kent wel de ervaring, dat we voelen dat wat men zegt niet is wat men denkt. Of dat beloften worden gedaan waarvan we sterk vermoeden dat ze niet zullen worden gehouden. We kunnen een leugen waarnemen omdat we de frequentie van de gedachte onbewust waarnemen en voelen dat ze verschillen van de woorden die worden gebruikt.
Denk dus positief. Breng licht. En wie zich afvraagt waarom Ik, Jezus, dat dan al niet doe, en waarom wij mensen daar zo nodig aan bij moeten dragen, die zij dit gezegd:
De mens die leeft in duistere gedachten breng Ik heel zacht en geduldig op betere wegen, maar nooit zal Ik daarbij zijn vrijheid van wil aantasten. Wie boos en liefdeloos wil denken en doen, die heeft die vrijheid.
En ook jullie wil is vrij en jullie worden evenzo heel zacht en liefdevol geholpen om steeds betere wegen te vinden. Ik heb dus de mogelijkheid licht en liefde te verspreiden net zo vrij aan jullie over gelaten, als dat Ik dat doe voor hen die in hun eigen duisternis van ideeën en gedachten leven. Indien jullie beslissen dat je Mij lief hebt en je naaste evenzo als jezelf, dan geven jullie door die gedachten liefde en licht aan deze mens.
Zie, als jullie liefde denken, kan Ik jullie daarin ondersteunen en komt er werkelijk meer liefde onder de mensen. Dat is een behoorlijke verantwoordelijkheid, want de liefde die je niet denkt kan Ik dan ook niet ondersteunen en versterken. De mensheid wordt beter door jullie gedachten van liefde. Ieder mens is gehouden om vrijwillig in zichzelf zelf de ontwikkeling van de liefde te bewerken. En als jullie je medemens beginnen te helpen, dan kan Ik niet anders dan met vreugde die ontwikkeling van liefde bij jullie ondersteunen en daarmee kan Ik, omwille van jullie, ook de mens die jullie helpen verder helpen.
Zien jullie hoe ik verlangend uitkijk naar jullie liefde. Het helpt allen en geeft Mij de kans om hen die jullie helpen als ook jullie zelf op te tillen naar een groter welzijn en geluk.
Amen.'
Jullie weten dat gedachten erg krachtig zijn. Gedachten zijn wezenlijk. Gedachten zijn net als geluid en licht in staat om te creëren. Wie zal ontkennen dat licht en geluid een sterke invloed hebben op het gemoed van de mens. Door muziek kan men ontroert raken, of vrolijk. Door licht wordt de mens gewekt en het gemoed opgewekt. Gedachten hebben precies zo werking op het gemoed van de mens.
Niet alleen op het eigen gemoed, maar ook op dat van anderen. Dat klinkt velen verbazend in de oren, want geluid en licht neemt ieder wel waar, maar gedachten, denkt men, worden toch alleen waar genomen door degene die ze denkt. Niets is minder waar. Wat de mens echter ontbreekt is het bewustzijn van de waarneming. Een baby knippert met de ogen bij een onverwacht fel licht, maar een volwassen mens heeft nauwelijks in de gaten wanneer er een gedachtenstroom over hem heen rolt.
Om dat bewustzijn enigszins op te wekken mag een enkel voorbeeld helpen. Het is mogelijk om te voelen wat mensen denken. Ieder van ons kent wel de ervaring, dat we voelen dat wat men zegt niet is wat men denkt. Of dat beloften worden gedaan waarvan we sterk vermoeden dat ze niet zullen worden gehouden. We kunnen een leugen waarnemen omdat we de frequentie van de gedachte onbewust waarnemen en voelen dat ze verschillen van de woorden die worden gebruikt.
Denk dus positief. Breng licht. En wie zich afvraagt waarom Ik, Jezus, dat dan al niet doe, en waarom wij mensen daar zo nodig aan bij moeten dragen, die zij dit gezegd:
De mens die leeft in duistere gedachten breng Ik heel zacht en geduldig op betere wegen, maar nooit zal Ik daarbij zijn vrijheid van wil aantasten. Wie boos en liefdeloos wil denken en doen, die heeft die vrijheid.
En ook jullie wil is vrij en jullie worden evenzo heel zacht en liefdevol geholpen om steeds betere wegen te vinden. Ik heb dus de mogelijkheid licht en liefde te verspreiden net zo vrij aan jullie over gelaten, als dat Ik dat doe voor hen die in hun eigen duisternis van ideeën en gedachten leven. Indien jullie beslissen dat je Mij lief hebt en je naaste evenzo als jezelf, dan geven jullie door die gedachten liefde en licht aan deze mens.
Zie, als jullie liefde denken, kan Ik jullie daarin ondersteunen en komt er werkelijk meer liefde onder de mensen. Dat is een behoorlijke verantwoordelijkheid, want de liefde die je niet denkt kan Ik dan ook niet ondersteunen en versterken. De mensheid wordt beter door jullie gedachten van liefde. Ieder mens is gehouden om vrijwillig in zichzelf zelf de ontwikkeling van de liefde te bewerken. En als jullie je medemens beginnen te helpen, dan kan Ik niet anders dan met vreugde die ontwikkeling van liefde bij jullie ondersteunen en daarmee kan Ik, omwille van jullie, ook de mens die jullie helpen verder helpen.
Zien jullie hoe ik verlangend uitkijk naar jullie liefde. Het helpt allen en geeft Mij de kans om hen die jullie helpen als ook jullie zelf op te tillen naar een groter welzijn en geluk.
Amen.'
150 - Vrije wil |
14/03/16 |
'Lieve kinderen,
Hoor, jullie hebben een vrije wil. Alles wat er is, is er om dat te realiseren, nl het bewust worden en gebruiken van jullie vrije wil. Vrij wil zeggen, dat er geen gebondenheid bestaat. Niet gebonden aan Mij, noch gebonden aan de eigen hartstochten. Want besef wel dat de eigen hartstochten de wil haar vrijheid ontnemen. Als Ik zeg dat alles er is om dat te realiseren, dan bedoel ik ook die hartstochten daarmee. Die zijn er om te helpen de wil vrij te leren gebruiken.
Vrije wil betekent keuze kunnen maken. Kiezen kan pas als er wat te kiezen valt. Er valt pas wat te kiezen als er op zijn minst twee mogelijkheden zijn. Die mogelijkheden bestaan altijd uit ofwel een keuze omwille van liefde, ofwel een keuze omwille van wat dan ook, maar geen liefde. Er wordt jullie dan ook bewustzijn gegeven om dat te gaan beseffen. In dat besef van liefde of niet ontstaat pas de vrijheid van keuze.
Zie, indien de hartstochten sterker zijn dan de liefde, is de vrije keuze in het geding. Het bewustzijn kan zich volkomen bewust zijn van welke keuze de liefdevolle is, maar door de hartstochten overheerst wordt die keuze dan niet gemaakt. Let wel, die mens is daarbij wel overtuigd van welke keuze de meest liefdevolle is, en dat die keuze ook gemaakt dient te worden. Maar het zuigen van de hartstochten weerhoudt hem daarvan. Hartstochten zijn er niet zo zeer om ze te kunnen kiezen, maar om op te treden als middel van bewustwording. Het besef van liefde toont de juiste keuze. De gebondenheid aan de hartstocht verhindert de vrijheid om die keuze dan ook te maken. Gebondenheid, het woord zegt het al, is niet los maar gebonden, dus niet vrij.
Zo is alles gegeven om bewust te worden van wat vrije keuze is, nl besef van liefde en het dan ook kunnen omzetten daarvan in bijbehorende daden. Wie dat weliswaar beseft, maar niet kan, die is niet vrij in keuze. Vraag Mij dan om hulp. Elke mens is zwak. Jullie ook. Maar Ik, die alles al heb ingericht om de mens te helpen groeien in liefde, zal toch ook wel helpen bij het overwinnen van de hartstochten. Vraag Mij om ondersteuning bij de zelfverloochening en Ik zal je horen en helpen. Mij vragen betekent dat je beseft welke keuze je wilt maken, en dat je herkent dat je krachten te kort schieten om de hartstochten te overwinnen.
Wie het niet herkent, die is te vergeven. Die is nog op weg naar dat besef. Weet dat veruit de meeste mensen het wel beseffen nl door het geweten. Het geweten zegt of een bepaalde handeling liefde is en dus juist, of geen liefde en dus onjuist. Geloof Mij, iedereen heeft een geweten. Er zijn echter mensen die dusdanig tegen dit geweten in handelen, dat het a.h.w. afstompt en verdooft raakt. Dat is een vreselijke toestand, maar ook hen heb Ik lief en zal ook voor hen de juiste wegen om te helpen wel weten te vinden. En er zijn mensen die door emoties van angst, verdriet of door ziekte of gebrek dermate in beslag worden genomen, dat ook zij de stem van het geweten lijken te ontberen. Heb geduld met allen, zoals Ik dat ook heb. Heb allen lief en weet dat in Mijn orde niemand buiten Mijn liefde valt.
Orde, dat is de context waarin de vrijheid van keuze zich ontwikkelt. Orde is ook geen beperking of gebondenheid, orde is een kader. Zonder orde is er geen kader, maar chaos waarin niets tot stand komt. Zo is de materie orde en dus heeft de mens geen vrije keus in kleur van de eigen ogen of de huid, in de ouders, in fysieke kwaliteiten van bv de organen, maar ook geen keus in de eigen ziel e.d. Het gebruik van deze orde valt wèl onder de keuze van de mens. Je zou kunnen zeggen dat alles in het bestaan samenkomt in de vraag: 'Wat doe je er mee? Volg je de liefde of niet?' Vrije keus, vrije wil.
Amen.'
Hoor, jullie hebben een vrije wil. Alles wat er is, is er om dat te realiseren, nl het bewust worden en gebruiken van jullie vrije wil. Vrij wil zeggen, dat er geen gebondenheid bestaat. Niet gebonden aan Mij, noch gebonden aan de eigen hartstochten. Want besef wel dat de eigen hartstochten de wil haar vrijheid ontnemen. Als Ik zeg dat alles er is om dat te realiseren, dan bedoel ik ook die hartstochten daarmee. Die zijn er om te helpen de wil vrij te leren gebruiken.
Vrije wil betekent keuze kunnen maken. Kiezen kan pas als er wat te kiezen valt. Er valt pas wat te kiezen als er op zijn minst twee mogelijkheden zijn. Die mogelijkheden bestaan altijd uit ofwel een keuze omwille van liefde, ofwel een keuze omwille van wat dan ook, maar geen liefde. Er wordt jullie dan ook bewustzijn gegeven om dat te gaan beseffen. In dat besef van liefde of niet ontstaat pas de vrijheid van keuze.
Zie, indien de hartstochten sterker zijn dan de liefde, is de vrije keuze in het geding. Het bewustzijn kan zich volkomen bewust zijn van welke keuze de liefdevolle is, maar door de hartstochten overheerst wordt die keuze dan niet gemaakt. Let wel, die mens is daarbij wel overtuigd van welke keuze de meest liefdevolle is, en dat die keuze ook gemaakt dient te worden. Maar het zuigen van de hartstochten weerhoudt hem daarvan. Hartstochten zijn er niet zo zeer om ze te kunnen kiezen, maar om op te treden als middel van bewustwording. Het besef van liefde toont de juiste keuze. De gebondenheid aan de hartstocht verhindert de vrijheid om die keuze dan ook te maken. Gebondenheid, het woord zegt het al, is niet los maar gebonden, dus niet vrij.
Zo is alles gegeven om bewust te worden van wat vrije keuze is, nl besef van liefde en het dan ook kunnen omzetten daarvan in bijbehorende daden. Wie dat weliswaar beseft, maar niet kan, die is niet vrij in keuze. Vraag Mij dan om hulp. Elke mens is zwak. Jullie ook. Maar Ik, die alles al heb ingericht om de mens te helpen groeien in liefde, zal toch ook wel helpen bij het overwinnen van de hartstochten. Vraag Mij om ondersteuning bij de zelfverloochening en Ik zal je horen en helpen. Mij vragen betekent dat je beseft welke keuze je wilt maken, en dat je herkent dat je krachten te kort schieten om de hartstochten te overwinnen.
Wie het niet herkent, die is te vergeven. Die is nog op weg naar dat besef. Weet dat veruit de meeste mensen het wel beseffen nl door het geweten. Het geweten zegt of een bepaalde handeling liefde is en dus juist, of geen liefde en dus onjuist. Geloof Mij, iedereen heeft een geweten. Er zijn echter mensen die dusdanig tegen dit geweten in handelen, dat het a.h.w. afstompt en verdooft raakt. Dat is een vreselijke toestand, maar ook hen heb Ik lief en zal ook voor hen de juiste wegen om te helpen wel weten te vinden. En er zijn mensen die door emoties van angst, verdriet of door ziekte of gebrek dermate in beslag worden genomen, dat ook zij de stem van het geweten lijken te ontberen. Heb geduld met allen, zoals Ik dat ook heb. Heb allen lief en weet dat in Mijn orde niemand buiten Mijn liefde valt.
Orde, dat is de context waarin de vrijheid van keuze zich ontwikkelt. Orde is ook geen beperking of gebondenheid, orde is een kader. Zonder orde is er geen kader, maar chaos waarin niets tot stand komt. Zo is de materie orde en dus heeft de mens geen vrije keus in kleur van de eigen ogen of de huid, in de ouders, in fysieke kwaliteiten van bv de organen, maar ook geen keus in de eigen ziel e.d. Het gebruik van deze orde valt wèl onder de keuze van de mens. Je zou kunnen zeggen dat alles in het bestaan samenkomt in de vraag: 'Wat doe je er mee? Volg je de liefde of niet?' Vrije keus, vrije wil.
Amen.'
149 - Wet |
11/03/16 |
'Mijn hart gaat uit naar Mijn laatste kinderen die nog onder de wet leven. De wet geldt tot de liefde haar plaats in neemt. Ik ben gekomen en Ik kom weer. Ik ben de liefde. Ik ben alles in allen. Dus wie Mij als Rechter wil, die kan Mij ook als Rechter vinden. Want Ik heb alles gemaakt. Mijn hand, Mijn wil, Mijn werk. Dus ja, ook Rechter ben ik. En heel de schepping staat in het gericht van Mij, de Rechter.
Maar hoor jullie, Mijn kinderen onder de wet, Ik ben vooral de Liefde. Het is Mijn Liefde die Mij Rechter doet zijn totdat Ik kom. En Ik ben gekomen. Daarom laat los. Laat Mij als Rechter los en grijp Mij als Liefde aan. Ik ben de Liefde. Uit liefde heb Ik de wet vervuld. En niemand hoeft zich meer onder de wet te stellen. De mens is vrij. Vrij van de wet die hem tot vrijheid heeft gebracht. Nu ben Ikzelf gekomen, Ik de Liefde.
Denk niet dat het zelf houden van de wet je kan bevrijden, want dat kan alleen de liefde. Wie denkt dat een bepaalde dag, een bepaald gebed, een bepaald ritueel moet worden gehouden, die leeft nog onder de wet, die wijst Mij als de enige Liefdevolle af.
Mijn Kinderen, hoor toch naar Mij, je hemelse Vader. De wet hoort bij de reis, die je hebt afgelegd om mens te worden. De schepping m.u.v. de mens kan niet kiezen wat haar weg zal zijn, of kiezen om haar voorkeuren te realiseren. Dat bepaal Ik, en dat is de wet, het gericht. De mens echter kan wel kiezen. De mens kan kiezen of hij de wet zal volgen of de liefde. De wet is vooraf gegaan aan de liefde.
Wie de liefde niet kent staat in het gericht. Voor hem geldt de wet nog. Maar nu hoeft dat niet meer want Ik, de Liefde Zelf, roep je toe: heb lief, Mij bovenal, en je naaste als jezelf. Daarin, in de liefde, in Mij dus, is alle wet en profeten vervuld. Wat wil je nog de wet houden als die al is vervuld?
Zie, daarom, Mijn kinderen, gaat Mijn hart naar jullie uit, omdat Ik jullie gebukt zie gaan onder de wet die je jezelf blijft opleggen. Wees vrij zoals Ik je bedoeld heb. Het is volbracht. Hoor je, het is al volbracht. Ik heb je lief, zeer lief.
Amen.'
Maar hoor jullie, Mijn kinderen onder de wet, Ik ben vooral de Liefde. Het is Mijn Liefde die Mij Rechter doet zijn totdat Ik kom. En Ik ben gekomen. Daarom laat los. Laat Mij als Rechter los en grijp Mij als Liefde aan. Ik ben de Liefde. Uit liefde heb Ik de wet vervuld. En niemand hoeft zich meer onder de wet te stellen. De mens is vrij. Vrij van de wet die hem tot vrijheid heeft gebracht. Nu ben Ikzelf gekomen, Ik de Liefde.
Denk niet dat het zelf houden van de wet je kan bevrijden, want dat kan alleen de liefde. Wie denkt dat een bepaalde dag, een bepaald gebed, een bepaald ritueel moet worden gehouden, die leeft nog onder de wet, die wijst Mij als de enige Liefdevolle af.
Mijn Kinderen, hoor toch naar Mij, je hemelse Vader. De wet hoort bij de reis, die je hebt afgelegd om mens te worden. De schepping m.u.v. de mens kan niet kiezen wat haar weg zal zijn, of kiezen om haar voorkeuren te realiseren. Dat bepaal Ik, en dat is de wet, het gericht. De mens echter kan wel kiezen. De mens kan kiezen of hij de wet zal volgen of de liefde. De wet is vooraf gegaan aan de liefde.
Wie de liefde niet kent staat in het gericht. Voor hem geldt de wet nog. Maar nu hoeft dat niet meer want Ik, de Liefde Zelf, roep je toe: heb lief, Mij bovenal, en je naaste als jezelf. Daarin, in de liefde, in Mij dus, is alle wet en profeten vervuld. Wat wil je nog de wet houden als die al is vervuld?
Zie, daarom, Mijn kinderen, gaat Mijn hart naar jullie uit, omdat Ik jullie gebukt zie gaan onder de wet die je jezelf blijft opleggen. Wees vrij zoals Ik je bedoeld heb. Het is volbracht. Hoor je, het is al volbracht. Ik heb je lief, zeer lief.
Amen.'
148 - Ik |
09/03/16 |
'Ik zal het doen. Ik, Ik, Ik!
Ik, zal het volbrengen op hemels niveau,
en Ik, zal het volbrengen op geestelijk niveau,
en Ik, zal het volbrengen op aards niveau.
Ik werk tot op heden. En Ik zal werken tot in eeuwigheid. Denk dus niet dat jullie er alleen voor staan, dat het van jullie afhankelijk is.
Jullie hoeven alleen maar te kiezen. De kracht, de werking, het volbrengen zijn aan Mij. Begrijpen jullie wat dat wil zeggen? Zie het voor je. Zie voor je dat Ik werk, dat Ik licht verspreid, dat Ik de warmte van Liefde uitstraal. Zie het voor je.
Gedachten zijn sterk. Gedachten kunnen genezen. Laat jullie gedachten worden bepaald door Mijn gedachten. Mijn gedachten zijn Liefde, Licht en Kracht. De gebroken mensheid met haar gebroken bewustzijn en haar gebroken hart wordt genezen. Ik laat niet toe dat er ook maar één van jullie verloren gaat. Mijn ijver betreft allen.
Hoe zou Ik, de Liefde Zelf, een mens verloren kunnen laten gaan. Verdwazing zal ik wegnemen. Misleiding zal niet meer bestaan. Verwarring zal ik uitdelgen. En Liefde geef Ik. Zie, als de zon opgaat, verdwijnt als vanzelf het duister. De kilte van de nacht gaat over in de koestering van de eerste zonnestralen.
Niets kan zich verzetten tegen Mijn werk van liefde. Mijn liefde is als een machtige zon. Ik heb haar straling ingehouden om de mens de kans te geven zich vrij te ontwikkelen. Hoor, het moment is daar. Ik doe deze zon opkomen in de harten der mensen. Verheug je. Verheug je met Mij. Aldus keer Ik weder. Ja, jullie horen het goed. Ik keer weder.
Amen.'
Ik, zal het volbrengen op hemels niveau,
en Ik, zal het volbrengen op geestelijk niveau,
en Ik, zal het volbrengen op aards niveau.
Ik werk tot op heden. En Ik zal werken tot in eeuwigheid. Denk dus niet dat jullie er alleen voor staan, dat het van jullie afhankelijk is.
Jullie hoeven alleen maar te kiezen. De kracht, de werking, het volbrengen zijn aan Mij. Begrijpen jullie wat dat wil zeggen? Zie het voor je. Zie voor je dat Ik werk, dat Ik licht verspreid, dat Ik de warmte van Liefde uitstraal. Zie het voor je.
Gedachten zijn sterk. Gedachten kunnen genezen. Laat jullie gedachten worden bepaald door Mijn gedachten. Mijn gedachten zijn Liefde, Licht en Kracht. De gebroken mensheid met haar gebroken bewustzijn en haar gebroken hart wordt genezen. Ik laat niet toe dat er ook maar één van jullie verloren gaat. Mijn ijver betreft allen.
Hoe zou Ik, de Liefde Zelf, een mens verloren kunnen laten gaan. Verdwazing zal ik wegnemen. Misleiding zal niet meer bestaan. Verwarring zal ik uitdelgen. En Liefde geef Ik. Zie, als de zon opgaat, verdwijnt als vanzelf het duister. De kilte van de nacht gaat over in de koestering van de eerste zonnestralen.
Niets kan zich verzetten tegen Mijn werk van liefde. Mijn liefde is als een machtige zon. Ik heb haar straling ingehouden om de mens de kans te geven zich vrij te ontwikkelen. Hoor, het moment is daar. Ik doe deze zon opkomen in de harten der mensen. Verheug je. Verheug je met Mij. Aldus keer Ik weder. Ja, jullie horen het goed. Ik keer weder.
Amen.'
147 - Uit Mij |
08/03/16 |
'Als er een vraag in je leeft, dan stel die en Ik zal antwoorden. En dit antwoord zal de waarheid in je wekken.'
Hoe kan men weten dat het Uw Woord is dat in het eigen hart klinkt?
'Je vraagt je eigenlijk af hoe je kunt voorkomen dat je eigen gedachten en ideeën binnen dringen in wat Ik zeg en het verduisteren en vervuilen.
Wel, je eigen gedachten kun je die gedachten noemen, die uitsluitend op zelfzucht en eigenbelang gericht zijn. Alle andere gedachten zijn in wezen aan Mij ontsproten. Die zelfzuchtige gedachten komen voort uit de neiging om in alles zichzelf voorop te stellen. Dat is doorgeslagen eigenliefde.
Eigenliefde is noodzakelijk. Maar er is een grens aan gesteld. Indien Ik niet in ieder mens de drang naar zelfbehoud had gelegd zou de mens er spoedig het leven bij inschieten als gevolg van het zich in situaties begeven die hoogst risicovol zijn. Dus zelfbehoud op zich is geheel volgens Mijn orde. De mens is dientengevolge gehouden aan het met mate zorgen voor het eigen onderhoud. Met mate, want alles wat het eigen belang boven het belang van de ander verheft is al te veel.
Wie door zijn voedselinname tevens het voedsel aan een ander ontzegt gaat te ver. Wie ook door kleding te verwerven daarmee anderen voldoende kleding onthoudt gaat te ver. Wie in het creëren van veilige omgeving en een dak boven het hoofd een ander hetzelfde ontzegt gaat te ver. Kortom, laat niemand slachtoffer worden van het noodzakelijke eigen zelfbehoud.
Elke gedachte die voortkomt uit zelfzucht en eigenbelang is een onzuivere gedachte. Die gedachten vervuilen Mijn Woord. Elke gedachte die voortkomt uit oprechte liefde en medeleven met anderen is zuiver en Mijn Woord.
De mens heeft a.h.w. twee input kanalen van gedachten. Zo is er het kanaal dat voortkomt uit de ziel met al haar gebreken, en er is het kanaal van de geest, dat reiner is dan dat van de ziel. De kanalen zijn herkenbaar aan het soort gedachten dat ze oproepen. De ziel roept gedachten op met een sterke kleur en geur van eigenschappen en instincten zoals we die bij dieren aantreffen. Dieren kunnen zien, horen, bewegen, eten, voortplanten, leren, communiceren, etc. Bij dieren tref je rangorde aan, roedelvorming, territorium drift, grote beweginsdrang of juist niet, schranderheid, fysieke kracht etc. Al deze dingen kun je bij de mens terug vinden en behoren tot de sfeer van de ziel.
Tot de sfeer van de geest behoren die dingen die een hogere orde betreffen. Oordeelsvorming, gevoel voor schoonheid, zelfbesef, liefde, wijsheid e.d. Nu is het de 'taak' van de mens om de neigingen van de ziel onder leiding van de geest te zetten. Dat kost moeite. De ziel neigt naar het vervullen van de in haar wonende verlangens en tracht de geest voor haar karretje te spannen. Ze wil vooral genieten van het zien, horen, bewegen, eten, voortplanten, leren etc. De geest wordt dan gebruikt om de ziel zo veel mogelijk in staat te stellen in haar wensen te voorzien.
Aangezien de geest van een andere orde is, lukt dat 'misbruik' niet goed. De geest is niet gemaakt voor deze zaken en begint zich terug te trekken, in zekere zin wat te verkommeren. De ziel is zich op den duur helemaal niet meer bewust van haar geest. Wie doof is schrikt niet van vuurwerk, en zo meent ieder in wie de geest a.h.w. slaapt dat er helemaal geen geest is. Uit vrije wil dient de ziel zich echter te bekwamen in het navolgen van de orde van de geest. Ze dient zich omwille van de liefde voor de ander te onthouden van het genieten van de neigingen van de ziel daar waar het de ander te kort doet.
Elke gedachte is nu te herkennen aan de neiging die er achter schuil gaat. De gedachten die door de ziel worden aangetrokken zijn op zichzelf gericht, de gedachten die door de geest worden ingegeven zijn altijd nederig, liefdevol en niet vervuild door zelfzucht.
Zie aldus kun je herkennen of gedachten uit Mij zijn of niet.
Amen'
Hoe kan men weten dat het Uw Woord is dat in het eigen hart klinkt?
'Je vraagt je eigenlijk af hoe je kunt voorkomen dat je eigen gedachten en ideeën binnen dringen in wat Ik zeg en het verduisteren en vervuilen.
Wel, je eigen gedachten kun je die gedachten noemen, die uitsluitend op zelfzucht en eigenbelang gericht zijn. Alle andere gedachten zijn in wezen aan Mij ontsproten. Die zelfzuchtige gedachten komen voort uit de neiging om in alles zichzelf voorop te stellen. Dat is doorgeslagen eigenliefde.
Eigenliefde is noodzakelijk. Maar er is een grens aan gesteld. Indien Ik niet in ieder mens de drang naar zelfbehoud had gelegd zou de mens er spoedig het leven bij inschieten als gevolg van het zich in situaties begeven die hoogst risicovol zijn. Dus zelfbehoud op zich is geheel volgens Mijn orde. De mens is dientengevolge gehouden aan het met mate zorgen voor het eigen onderhoud. Met mate, want alles wat het eigen belang boven het belang van de ander verheft is al te veel.
Wie door zijn voedselinname tevens het voedsel aan een ander ontzegt gaat te ver. Wie ook door kleding te verwerven daarmee anderen voldoende kleding onthoudt gaat te ver. Wie in het creëren van veilige omgeving en een dak boven het hoofd een ander hetzelfde ontzegt gaat te ver. Kortom, laat niemand slachtoffer worden van het noodzakelijke eigen zelfbehoud.
Elke gedachte die voortkomt uit zelfzucht en eigenbelang is een onzuivere gedachte. Die gedachten vervuilen Mijn Woord. Elke gedachte die voortkomt uit oprechte liefde en medeleven met anderen is zuiver en Mijn Woord.
De mens heeft a.h.w. twee input kanalen van gedachten. Zo is er het kanaal dat voortkomt uit de ziel met al haar gebreken, en er is het kanaal van de geest, dat reiner is dan dat van de ziel. De kanalen zijn herkenbaar aan het soort gedachten dat ze oproepen. De ziel roept gedachten op met een sterke kleur en geur van eigenschappen en instincten zoals we die bij dieren aantreffen. Dieren kunnen zien, horen, bewegen, eten, voortplanten, leren, communiceren, etc. Bij dieren tref je rangorde aan, roedelvorming, territorium drift, grote beweginsdrang of juist niet, schranderheid, fysieke kracht etc. Al deze dingen kun je bij de mens terug vinden en behoren tot de sfeer van de ziel.
Tot de sfeer van de geest behoren die dingen die een hogere orde betreffen. Oordeelsvorming, gevoel voor schoonheid, zelfbesef, liefde, wijsheid e.d. Nu is het de 'taak' van de mens om de neigingen van de ziel onder leiding van de geest te zetten. Dat kost moeite. De ziel neigt naar het vervullen van de in haar wonende verlangens en tracht de geest voor haar karretje te spannen. Ze wil vooral genieten van het zien, horen, bewegen, eten, voortplanten, leren etc. De geest wordt dan gebruikt om de ziel zo veel mogelijk in staat te stellen in haar wensen te voorzien.
Aangezien de geest van een andere orde is, lukt dat 'misbruik' niet goed. De geest is niet gemaakt voor deze zaken en begint zich terug te trekken, in zekere zin wat te verkommeren. De ziel is zich op den duur helemaal niet meer bewust van haar geest. Wie doof is schrikt niet van vuurwerk, en zo meent ieder in wie de geest a.h.w. slaapt dat er helemaal geen geest is. Uit vrije wil dient de ziel zich echter te bekwamen in het navolgen van de orde van de geest. Ze dient zich omwille van de liefde voor de ander te onthouden van het genieten van de neigingen van de ziel daar waar het de ander te kort doet.
Elke gedachte is nu te herkennen aan de neiging die er achter schuil gaat. De gedachten die door de ziel worden aangetrokken zijn op zichzelf gericht, de gedachten die door de geest worden ingegeven zijn altijd nederig, liefdevol en niet vervuild door zelfzucht.
Zie aldus kun je herkennen of gedachten uit Mij zijn of niet.
Amen'
146 - Vis bestellen. |
07/03/16 |
Ik spreek wat Italiaans
Ik spreek het beperkt, goed genoeg voor een praatje, maar uitleggen waarom de ellende in de wereld is en hoe het dan kan dat God liefde is...dat lukt me niet, althans niet in het Italiaans. Daarvoor ben ik de taal te weinig meester.
Voor wie de liefde van God kent, is dat evenzo lastig om in het Nederlands de goede woorden te vinden en dat uit te leggen. Kijk, wie voelt dat God lief heeft, die voelt innerlijk de werkelijkheid daarvan. Die werkelijkheid is in het gevoel, en is niet te laten zien, is niet te bewijzen, is ook niet uit te leggen. We kunnen er woorden voor zoeken, echter, laten ervaren kunnen we het niet. En precies dat is ook de bedoeling. Het is de bedoeling dat we de liefde die God is zelf willen ervaren. Een vrije keuze.
Wie vis bestelt van het menu, die zal ook vis proeven. Wie spaghetti carabonara bestelt, die proeft geen vis. Probeer nu elkaar de smaak ervan eens uit te leggen. Welke woorden heb je daarvoor. Je proeft het en de 'taal' van smaak is niet met woorden te vangen. Dus zeggen we dan maar liever, probeer het zelf eens.
Met de liefde is het net zo, probeer het eens zou ik zeggen. Ik heb nl geen woorden om uit te leggen hoe het voelt, hoe vreugdevol het is. Eerst is het klein wat je voelt, pril en onzeker. Doordat er steeds aan toegevoegd wordt, groeit het en het gevoel wordt sterker. Zoals er aan een leeg zwembad ook water kan worden toegevoegd en langzaam vult het zich.
Alleen in dit geval is het geen water in een leeg bad, het is liefde in het hart. En liefde is als licht, als een gloeiend vlammetje dat steeds helderder gaat schijnen. Je kunt het licht van de zon verzamelen middels het bewaren van de energie in een accu. Ons hart is een accu waarin liefde verzameld kan worden. Die liefde wordt door God de Vader gegeven. Hij is onze geestelijke liefde-zon. Vervolgens worden we ook zelf kleine liefde energie leveranciers, want onze accu vult zich.
Maar helaas is ook in deze woorden is een groot tekort aan zeggingskracht. De liefde uitleggen is moeilijk. En nog lastiger is het indien de ander het niet wil weten. Wie geen vis wil eten, die zal het ook nooit bestellen. Indien dan iemand komt om te vertellen hoe lekker vis is, dan zal die hooguit worden geduld, en dat ook maar zo lang, want op den duur wordt men het zat. Dat snap ik. Maar oh, hoezeer wens ik het de mens toe, dat hij zich met liefde zou willen laten vullen.
Laat die accu in het hart niet leeg staan.
Oh, nu vraag je je af of ik in het Nederlands wel kan uitleggen waarom God liefde is met zo veel ellende in de wereld. Wie weet, want heb je zin in vis, dan kan ik het je laten proeven. Heb je geen zin, dan heeft het ook geen zin als ik probeer om je de smaak uit te leggen. Dus, hoor, wil je liefde? Bestel het dan en doe dat oprecht. Indien je bij de ober vis bestelt, en vervolgens wegloopt, wees dan niet verbaasd als je die vis niet te eten krijgt. Dat ligt niet aan de ober.
Probeer eens om zelf liefdevol te zijn. Deel wat je hebt. Deel je geld, je aandacht, je tijd, je geduld, je gedachten, deel je begrip. Daarmee kunnen mensen om je heen hun accu vullen.
Ja, zul je nu kunnen zeggen, fraaie vent ben jij. Ik bestel vis (liefde) en je zegt dat ik mijn vis moet delen al voor ik hem op mijn bordje heb. Ah, zeg ik dan, maar daar vergis je je maat. Die liefde wordt jouw al lang gegeven. Kijk naar wat je op je 'bordje' hebt gekregen in dit leven. Je hebt van alles en daar zit heel veel bij wat een ander moet ontberen. Dat heb je allemaal gekregen.
Ho, wacht even, denk je nu, gekregen heb ik het niet. Ik heb er hard voor gewerkt. Ja, vriend, daar zit 'm nou net de kneep. Je hebt vooral voor jezelf gewerkt. Dat is geen liefde, toch? Je accu van liefde is vrijwel leeg, want je bestelt het niet echt. Snap je dat?
Want zie je, bestellen doe je niet door te zeggen 'doe mij maar een lekkere dorade', of analoog gezegd 'God, geef mij liefde'. Bestellen doe je door het zelf te willen zijn, liefde. Dus door te delen.
En zo is het.
Ik spreek het beperkt, goed genoeg voor een praatje, maar uitleggen waarom de ellende in de wereld is en hoe het dan kan dat God liefde is...dat lukt me niet, althans niet in het Italiaans. Daarvoor ben ik de taal te weinig meester.
Voor wie de liefde van God kent, is dat evenzo lastig om in het Nederlands de goede woorden te vinden en dat uit te leggen. Kijk, wie voelt dat God lief heeft, die voelt innerlijk de werkelijkheid daarvan. Die werkelijkheid is in het gevoel, en is niet te laten zien, is niet te bewijzen, is ook niet uit te leggen. We kunnen er woorden voor zoeken, echter, laten ervaren kunnen we het niet. En precies dat is ook de bedoeling. Het is de bedoeling dat we de liefde die God is zelf willen ervaren. Een vrije keuze.
Wie vis bestelt van het menu, die zal ook vis proeven. Wie spaghetti carabonara bestelt, die proeft geen vis. Probeer nu elkaar de smaak ervan eens uit te leggen. Welke woorden heb je daarvoor. Je proeft het en de 'taal' van smaak is niet met woorden te vangen. Dus zeggen we dan maar liever, probeer het zelf eens.
Met de liefde is het net zo, probeer het eens zou ik zeggen. Ik heb nl geen woorden om uit te leggen hoe het voelt, hoe vreugdevol het is. Eerst is het klein wat je voelt, pril en onzeker. Doordat er steeds aan toegevoegd wordt, groeit het en het gevoel wordt sterker. Zoals er aan een leeg zwembad ook water kan worden toegevoegd en langzaam vult het zich.
Alleen in dit geval is het geen water in een leeg bad, het is liefde in het hart. En liefde is als licht, als een gloeiend vlammetje dat steeds helderder gaat schijnen. Je kunt het licht van de zon verzamelen middels het bewaren van de energie in een accu. Ons hart is een accu waarin liefde verzameld kan worden. Die liefde wordt door God de Vader gegeven. Hij is onze geestelijke liefde-zon. Vervolgens worden we ook zelf kleine liefde energie leveranciers, want onze accu vult zich.
Maar helaas is ook in deze woorden is een groot tekort aan zeggingskracht. De liefde uitleggen is moeilijk. En nog lastiger is het indien de ander het niet wil weten. Wie geen vis wil eten, die zal het ook nooit bestellen. Indien dan iemand komt om te vertellen hoe lekker vis is, dan zal die hooguit worden geduld, en dat ook maar zo lang, want op den duur wordt men het zat. Dat snap ik. Maar oh, hoezeer wens ik het de mens toe, dat hij zich met liefde zou willen laten vullen.
Laat die accu in het hart niet leeg staan.
Oh, nu vraag je je af of ik in het Nederlands wel kan uitleggen waarom God liefde is met zo veel ellende in de wereld. Wie weet, want heb je zin in vis, dan kan ik het je laten proeven. Heb je geen zin, dan heeft het ook geen zin als ik probeer om je de smaak uit te leggen. Dus, hoor, wil je liefde? Bestel het dan en doe dat oprecht. Indien je bij de ober vis bestelt, en vervolgens wegloopt, wees dan niet verbaasd als je die vis niet te eten krijgt. Dat ligt niet aan de ober.
Probeer eens om zelf liefdevol te zijn. Deel wat je hebt. Deel je geld, je aandacht, je tijd, je geduld, je gedachten, deel je begrip. Daarmee kunnen mensen om je heen hun accu vullen.
Ja, zul je nu kunnen zeggen, fraaie vent ben jij. Ik bestel vis (liefde) en je zegt dat ik mijn vis moet delen al voor ik hem op mijn bordje heb. Ah, zeg ik dan, maar daar vergis je je maat. Die liefde wordt jouw al lang gegeven. Kijk naar wat je op je 'bordje' hebt gekregen in dit leven. Je hebt van alles en daar zit heel veel bij wat een ander moet ontberen. Dat heb je allemaal gekregen.
Ho, wacht even, denk je nu, gekregen heb ik het niet. Ik heb er hard voor gewerkt. Ja, vriend, daar zit 'm nou net de kneep. Je hebt vooral voor jezelf gewerkt. Dat is geen liefde, toch? Je accu van liefde is vrijwel leeg, want je bestelt het niet echt. Snap je dat?
Want zie je, bestellen doe je niet door te zeggen 'doe mij maar een lekkere dorade', of analoog gezegd 'God, geef mij liefde'. Bestellen doe je door het zelf te willen zijn, liefde. Dus door te delen.
En zo is het.
'Dit is Mijn Woord.
Dit is ook Mijn Woord. Er zijn anderen die Mijn Woord schrijven. Er zijn er meer en meer die schrijven. En allen schrijven ze Mijn Woord.
Als ieder mens al verschillend is, verschillende ogen, gezichten, bouw en grootte, dan ook Mijn Woord in ieder mens. Vraag componisten een melodie van twaalf tonen te maken en ze zullen ieder een eigen melodie maken, ieder naar hun aard. Elke melodie is een melodie. Zo is ook elk Woord uit Mij in ieder mens die dat Woord spreekt verschillend, maar wel Mijn Woord.
Hoe is dat dan te herkennen? Wel, hoe herken je een melodie? Niet elk geluid is een melodie. In een fabriek hoor je veel herhalingen van geluiden, op straat evenzo, en toch is dat maar zelden te vergelijken met een soort van melodie. Voor een melodie heb je zuivere tonen nodig. Een zuivere toon is een toon die niet vertroebelt wordt door wringende frequenties, zoals bv de toon van een kerkklok een wat verwrongen toon is.
Een zgn toonladder bestaat veelal uit een groep van zeven tonen, elk met een bepaalde zuivere afstand in toonhoogte tov elkaar. Zeven zuivere tonen waarmee melodieën kunnen worden gevormd. Die tonen zijn een beeld van Mijzelf, van Mijn Liefde, Mijn wijsheid, Wil etc. De volgorde, het ritme en metrum, het tempo en de sterkte van de tonen kunnen oneindig variëren, toch blijft het een melodie van zuivere tonen.
Mijn Woord is precies zo een beeld van Mij, Mijzelf. Het bestaat uit zeven zuivere geesten waarmee de melodie van Mijn Woord wordt gevormd. Mijn geest van Liefde die ten grondslag ligt aan alles, Mijn geest van Wijsheid die de verbeelding van Mijn Woord vorm geeft, Mijn geest van Wil die vasthoudt wat Ik begin, in goede Orde hetwelk Mijn vierde geest is, Mijn geest van Ernst waardoor het Woord van serieuze ernst is doordrongen, Mijn geest van Geduld want hoe oneindig traag is de mens om het Woord op te nemen en er naar te leven, en tenslotte Mijn geest van Barmhartigheid die in Zich de hoogste uitdrukking van de andere zes geesten is.
Hoe deze zeven geesten zich in woorden en zinnen uitdrukken is oneindig. De volgorde, afwisseling, samenspel, verbeelding en werking kan oneindig variëren maar het blijft een melodie van Mijn Woord. De herkenning is te vinden in de aanwezigheid van de zeven geesten. Als er maar eentje ontbreekt of vervormt is, ontbreekt al de zuiverheid in de melodie. Er is ook dan wel betekenis en er is zeker een werking en zelfs wel lering in te vinden, maar Mijn zuivere Woord is het niet meer.
Om zuiverheid te spreken, te schrijven maar ook te herkennen is het nodig om zelf een zuiver hart te hebben. Het is de weg van elk mens om dat te bereiken. De een is er verder in dan de ander. Ook een muzikant leert in zijn opleiding zuiver spelen en zingen, en kan dat pas nadat er met de oren zuiverheid wordt herkend. Zo zal de mens pas dan zuiver schrijven als het hart gezuiverd is en Mijn zuiverheid wordt herkend.
En zie, aldus zijn er in deze jaren die vlak voor de volledige wederkomst staan, steeds meer die Mijn Woord spreken en schrijven, alleen het aantal mensen wat het herkend blijft nog behoorlijk achter. Maar vrees niet. De laatste toon, het laatste Woord, is de barmhartigheid. Verheug je want Ik zeg het, barmhartigheid is het slot van de melodie. En dan volgt er weer een nieuwe melodie.
Amen.'
Dit is ook Mijn Woord. Er zijn anderen die Mijn Woord schrijven. Er zijn er meer en meer die schrijven. En allen schrijven ze Mijn Woord.
Als ieder mens al verschillend is, verschillende ogen, gezichten, bouw en grootte, dan ook Mijn Woord in ieder mens. Vraag componisten een melodie van twaalf tonen te maken en ze zullen ieder een eigen melodie maken, ieder naar hun aard. Elke melodie is een melodie. Zo is ook elk Woord uit Mij in ieder mens die dat Woord spreekt verschillend, maar wel Mijn Woord.
Hoe is dat dan te herkennen? Wel, hoe herken je een melodie? Niet elk geluid is een melodie. In een fabriek hoor je veel herhalingen van geluiden, op straat evenzo, en toch is dat maar zelden te vergelijken met een soort van melodie. Voor een melodie heb je zuivere tonen nodig. Een zuivere toon is een toon die niet vertroebelt wordt door wringende frequenties, zoals bv de toon van een kerkklok een wat verwrongen toon is.
Een zgn toonladder bestaat veelal uit een groep van zeven tonen, elk met een bepaalde zuivere afstand in toonhoogte tov elkaar. Zeven zuivere tonen waarmee melodieën kunnen worden gevormd. Die tonen zijn een beeld van Mijzelf, van Mijn Liefde, Mijn wijsheid, Wil etc. De volgorde, het ritme en metrum, het tempo en de sterkte van de tonen kunnen oneindig variëren, toch blijft het een melodie van zuivere tonen.
Mijn Woord is precies zo een beeld van Mij, Mijzelf. Het bestaat uit zeven zuivere geesten waarmee de melodie van Mijn Woord wordt gevormd. Mijn geest van Liefde die ten grondslag ligt aan alles, Mijn geest van Wijsheid die de verbeelding van Mijn Woord vorm geeft, Mijn geest van Wil die vasthoudt wat Ik begin, in goede Orde hetwelk Mijn vierde geest is, Mijn geest van Ernst waardoor het Woord van serieuze ernst is doordrongen, Mijn geest van Geduld want hoe oneindig traag is de mens om het Woord op te nemen en er naar te leven, en tenslotte Mijn geest van Barmhartigheid die in Zich de hoogste uitdrukking van de andere zes geesten is.
Hoe deze zeven geesten zich in woorden en zinnen uitdrukken is oneindig. De volgorde, afwisseling, samenspel, verbeelding en werking kan oneindig variëren maar het blijft een melodie van Mijn Woord. De herkenning is te vinden in de aanwezigheid van de zeven geesten. Als er maar eentje ontbreekt of vervormt is, ontbreekt al de zuiverheid in de melodie. Er is ook dan wel betekenis en er is zeker een werking en zelfs wel lering in te vinden, maar Mijn zuivere Woord is het niet meer.
Om zuiverheid te spreken, te schrijven maar ook te herkennen is het nodig om zelf een zuiver hart te hebben. Het is de weg van elk mens om dat te bereiken. De een is er verder in dan de ander. Ook een muzikant leert in zijn opleiding zuiver spelen en zingen, en kan dat pas nadat er met de oren zuiverheid wordt herkend. Zo zal de mens pas dan zuiver schrijven als het hart gezuiverd is en Mijn zuiverheid wordt herkend.
En zie, aldus zijn er in deze jaren die vlak voor de volledige wederkomst staan, steeds meer die Mijn Woord spreken en schrijven, alleen het aantal mensen wat het herkend blijft nog behoorlijk achter. Maar vrees niet. De laatste toon, het laatste Woord, is de barmhartigheid. Verheug je want Ik zeg het, barmhartigheid is het slot van de melodie. En dan volgt er weer een nieuwe melodie.
Amen.'