Gedachten
Gedachten zijn opgebouwd uit ideeën en begrippen. Elk micro-idee of begrip is gevat in de totale gedachten als een pixel in een foto. Een pixel maakt deel uit van de foto, maar is op zich zelf staand nog geen foto te noemen. Zo ook ideeën en begrippen. Ze maken deel uit van gedachten, maar zijn op zich zelf staand nog niet echt een gedachte te noemen, slecht een partikeltje ervan.
Intelligentie is a.h.w. de fotocamera waarmee we deze gedachten vastleggen.
Met deze mentale camera van intelligentie kunnen we een afbeelding maken, een gedachte registepreren. Het verkrijgen van een gedachte verloopt enigszins anders dan we denken. Een camera kan alleen maar registreren wat er zich voor de lens bevindt. En intelligentie kan ook alleen maar registreren wat er zich voor het geestesoog bevindt.
De mens wordt voortdurend beelden aangereikt om met de intelligentie te registreren. Beelden uit de omgeving, zoals meningen van anderen, en beelden uit de geestelijke wereld zoals innerlijk opduikende gedachten, ingevingen, intuïties e.d.
Oorspronkelijk komen alle gedachten van God. Alleen door de zelfzucht raken vele gedachten hun waarheid kwijt en en raken misvormd tot dwaasheid toe. Er wordt bv een zelfzuchtige liefde aan een gedachte gekoppeld die in wezen alleen aan zuivere liefde uit God is gekoppeld.
Een voorbeeld:
Stel de gedachte uit God is: Naastenliefde bewijzen. Het innerlijke wezen van deze gedachte is nut te bewijzen aan de naaste. Stel nu dat de mens hecht aan deze gedachte zelfliefde hecht, waardoor naastenliefde bewijzen niet meer omwille van het nut voor de naaste wordt gedaan, maar omwille van het nut voor zichzelf. Dan wordt de naastenliefde bv gedaan om aandacht te krijgen, om geprezen te worden, om er betere omzet mee te bereiken etc. De oorspronkelijke gedachte uit God is door dit proces vervormd geraakt en een valse gedachte geworden.
Alle gedachten komen dus in ons denken binnen en worden niet door onszelf gemaakt.
Toegegeven, dat ervaren we niet zo. Het is als een beeldscherm waarop allerlei beelden verschijnen terwijl iedereen weet dat die niet door het beeldscherm worden gemaakt maar ergens anders vandaan komen. Het beeldscherm geeft het slechts weer. Je kunt zeggen dat het intellect het beeldscherm is dat de binnen komende gedachten weergeeft.
De registratie door het intellect maakt binnenkomende gedachten alleen bewust. We maken de gedachten eigen en tot de onze door er onze liefde aan te hechten. We krijgen bv de gedachte iets onrechtmatig weg te nemen, niets aan de hand nog. Pas doordat we welgevallen hebben aan deze gedachte, er liefde voor voelen, maken we die tot deel van ons wezen.
Of we ook werkelijk overgaan tot stelen of niet maakt niets meer uit. Door het welgevallen aan deze gedachte zijn we al een dief. De liefde bepaald dus welke gedachten we ons eigen maken, en daarmee wie we zijn. Wat we ook denken, wat we ook aan invallen hebben is van geen invloed op wie we zijn. Pas door onze liefde er aan te hechten, ons welgevallen, onze voorkeur etc. worden het onze gedachten, en wordt het wie we zijn.
Intelligentie is a.h.w. de fotocamera waarmee we deze gedachten vastleggen.
Met deze mentale camera van intelligentie kunnen we een afbeelding maken, een gedachte registepreren. Het verkrijgen van een gedachte verloopt enigszins anders dan we denken. Een camera kan alleen maar registreren wat er zich voor de lens bevindt. En intelligentie kan ook alleen maar registreren wat er zich voor het geestesoog bevindt.
De mens wordt voortdurend beelden aangereikt om met de intelligentie te registreren. Beelden uit de omgeving, zoals meningen van anderen, en beelden uit de geestelijke wereld zoals innerlijk opduikende gedachten, ingevingen, intuïties e.d.
Oorspronkelijk komen alle gedachten van God. Alleen door de zelfzucht raken vele gedachten hun waarheid kwijt en en raken misvormd tot dwaasheid toe. Er wordt bv een zelfzuchtige liefde aan een gedachte gekoppeld die in wezen alleen aan zuivere liefde uit God is gekoppeld.
Een voorbeeld:
Stel de gedachte uit God is: Naastenliefde bewijzen. Het innerlijke wezen van deze gedachte is nut te bewijzen aan de naaste. Stel nu dat de mens hecht aan deze gedachte zelfliefde hecht, waardoor naastenliefde bewijzen niet meer omwille van het nut voor de naaste wordt gedaan, maar omwille van het nut voor zichzelf. Dan wordt de naastenliefde bv gedaan om aandacht te krijgen, om geprezen te worden, om er betere omzet mee te bereiken etc. De oorspronkelijke gedachte uit God is door dit proces vervormd geraakt en een valse gedachte geworden.
Alle gedachten komen dus in ons denken binnen en worden niet door onszelf gemaakt.
Toegegeven, dat ervaren we niet zo. Het is als een beeldscherm waarop allerlei beelden verschijnen terwijl iedereen weet dat die niet door het beeldscherm worden gemaakt maar ergens anders vandaan komen. Het beeldscherm geeft het slechts weer. Je kunt zeggen dat het intellect het beeldscherm is dat de binnen komende gedachten weergeeft.
De registratie door het intellect maakt binnenkomende gedachten alleen bewust. We maken de gedachten eigen en tot de onze door er onze liefde aan te hechten. We krijgen bv de gedachte iets onrechtmatig weg te nemen, niets aan de hand nog. Pas doordat we welgevallen hebben aan deze gedachte, er liefde voor voelen, maken we die tot deel van ons wezen.
Of we ook werkelijk overgaan tot stelen of niet maakt niets meer uit. Door het welgevallen aan deze gedachte zijn we al een dief. De liefde bepaald dus welke gedachten we ons eigen maken, en daarmee wie we zijn. Wat we ook denken, wat we ook aan invallen hebben is van geen invloed op wie we zijn. Pas door onze liefde er aan te hechten, ons welgevallen, onze voorkeur etc. worden het onze gedachten, en wordt het wie we zijn.
Gedachten zijn opgebouwd uit ideeën en begrippen. Elk micro-idee of begrip is gevat in de totale gedachten als een pixel in een foto. Een pixel maakt deel uit van de foto, maar is op zich zelf staand nog geen foto te noemen. Zo ook ideeën en begrippen. Ze maken deel uit van gedachten, maar zijn op zich zelf staand nog niet echt een gedachte te noemen, slecht een partikeltje ervan.
Intelligentie is a.h.w. de fotocamera waarmee we deze gedachten vastleggen.
Met deze mentale camera van intelligentie kunnen we een afbeelding maken, een gedachte registepreren. Het verkrijgen van een gedachte verloopt enigszins anders dan we denken. Een camera kan alleen maar registreren wat er zich voor de lens bevindt. En intelligentie kan ook alleen maar registreren wat er zich voor het geestesoog bevindt.
De mens wordt voortdurend beelden aangereikt om met de intelligentie te registreren. Beelden uit de omgeving, zoals meningen van anderen, en beelden uit de geestelijke wereld zoals innerlijk opduikende gedachten, ingevingen, intuïties e.d.
Oorspronkelijk komen alle gedachten van God. Alleen door de zelfzucht raken vele gedachten hun waarheid kwijt en en raken misvormd tot dwaasheid toe. Er wordt bv een zelfzuchtige liefde aan een gedachte gekoppeld die in wezen alleen aan zuivere liefde uit God is gekoppeld.
Een voorbeeld:
Stel de gedachte uit God is: Naastenliefde bewijzen. Het innerlijke wezen van deze gedachte is nut te bewijzen aan de naaste. Stel nu dat de mens hecht aan deze gedachte zelfliefde hecht, waardoor naastenliefde bewijzen niet meer omwille van het nut voor de naaste wordt gedaan, maar omwille van het nut voor zichzelf. Dan wordt de naastenliefde bv gedaan om aandacht te krijgen, om geprezen te worden, om er betere omzet mee te bereiken etc. De oorspronkelijke gedachte uit God is door dit proces vervormd geraakt en een valse gedachte geworden.
Alle gedachten komen dus in ons denken binnen en worden niet door onszelf gemaakt.
Toegegeven, dat ervaren we niet zo. Het is als een beeldscherm waarop allerlei beelden verschijnen terwijl iedereen weet dat die niet door het beeldscherm worden gemaakt maar ergens anders vandaan komen. Het beeldscherm geeft het slechts weer. Je kunt zeggen dat het intellect het beeldscherm is dat de binnen komende gedachten weergeeft.
De registratie door het intellect maakt binnenkomende gedachten alleen bewust. We maken de gedachten eigen en tot de onze door er onze liefde aan te hechten. We krijgen bv de gedachte iets onrechtmatig weg te nemen, niets aan de hand nog. Pas doordat we welgevallen hebben aan deze gedachte, er liefde voor voelen, maken we die tot deel van ons wezen.
Of we ook werkelijk overgaan tot stelen of niet maakt niets meer uit. Door het welgevallen aan deze gedachte zijn we al een dief. De liefde bepaald dus welke gedachten we ons eigen maken, en daarmee wie we zijn. Wat we ook denken, wat we ook aan invallen hebben is van geen invloed op wie we zijn. Pas door onze liefde er aan te hechten, ons welgevallen, onze voorkeur etc. worden het onze gedachten, en wordt het wie we zijn.
Intelligentie is a.h.w. de fotocamera waarmee we deze gedachten vastleggen.
Met deze mentale camera van intelligentie kunnen we een afbeelding maken, een gedachte registepreren. Het verkrijgen van een gedachte verloopt enigszins anders dan we denken. Een camera kan alleen maar registreren wat er zich voor de lens bevindt. En intelligentie kan ook alleen maar registreren wat er zich voor het geestesoog bevindt.
De mens wordt voortdurend beelden aangereikt om met de intelligentie te registreren. Beelden uit de omgeving, zoals meningen van anderen, en beelden uit de geestelijke wereld zoals innerlijk opduikende gedachten, ingevingen, intuïties e.d.
Oorspronkelijk komen alle gedachten van God. Alleen door de zelfzucht raken vele gedachten hun waarheid kwijt en en raken misvormd tot dwaasheid toe. Er wordt bv een zelfzuchtige liefde aan een gedachte gekoppeld die in wezen alleen aan zuivere liefde uit God is gekoppeld.
Een voorbeeld:
Stel de gedachte uit God is: Naastenliefde bewijzen. Het innerlijke wezen van deze gedachte is nut te bewijzen aan de naaste. Stel nu dat de mens hecht aan deze gedachte zelfliefde hecht, waardoor naastenliefde bewijzen niet meer omwille van het nut voor de naaste wordt gedaan, maar omwille van het nut voor zichzelf. Dan wordt de naastenliefde bv gedaan om aandacht te krijgen, om geprezen te worden, om er betere omzet mee te bereiken etc. De oorspronkelijke gedachte uit God is door dit proces vervormd geraakt en een valse gedachte geworden.
Alle gedachten komen dus in ons denken binnen en worden niet door onszelf gemaakt.
Toegegeven, dat ervaren we niet zo. Het is als een beeldscherm waarop allerlei beelden verschijnen terwijl iedereen weet dat die niet door het beeldscherm worden gemaakt maar ergens anders vandaan komen. Het beeldscherm geeft het slechts weer. Je kunt zeggen dat het intellect het beeldscherm is dat de binnen komende gedachten weergeeft.
De registratie door het intellect maakt binnenkomende gedachten alleen bewust. We maken de gedachten eigen en tot de onze door er onze liefde aan te hechten. We krijgen bv de gedachte iets onrechtmatig weg te nemen, niets aan de hand nog. Pas doordat we welgevallen hebben aan deze gedachte, er liefde voor voelen, maken we die tot deel van ons wezen.
Of we ook werkelijk overgaan tot stelen of niet maakt niets meer uit. Door het welgevallen aan deze gedachte zijn we al een dief. De liefde bepaald dus welke gedachten we ons eigen maken, en daarmee wie we zijn. Wat we ook denken, wat we ook aan invallen hebben is van geen invloed op wie we zijn. Pas door onze liefde er aan te hechten, ons welgevallen, onze voorkeur etc. worden het onze gedachten, en wordt het wie we zijn.
Gedachten zijn opgebouwd uit ideeën en begrippen. Elk micro-idee of begrip is gevat in de totale gedachten als een pixel in een foto. Een pixel maakt deel uit van de foto, maar is op zich zelf staand nog geen foto te noemen. Zo ook ideeën en begrippen. Ze maken deel uit van gedachten, maar zijn op zich zelf staand nog niet echt een gedachte te noemen, slecht een partikeltje ervan.
Intelligentie is a.h.w. de fotocamera waarmee we deze gedachten vastleggen.
Met deze mentale camera van intelligentie kunnen we een afbeelding maken, een gedachte registepreren. Het verkrijgen van een gedachte verloopt enigszins anders dan we denken. Een camera kan alleen maar registreren wat er zich voor de lens bevindt. En intelligentie kan ook alleen maar registreren wat er zich voor het geestesoog bevindt.
De mens wordt voortdurend beelden aangereikt om met de intelligentie te registreren. Beelden uit de omgeving, zoals meningen van anderen, en beelden uit de geestelijke wereld zoals innerlijk opduikende gedachten, ingevingen, intuïties e.d.
Oorspronkelijk komen alle gedachten van God. Alleen door de zelfzucht raken vele gedachten hun waarheid kwijt en en raken misvormd tot dwaasheid toe. Er wordt bv een zelfzuchtige liefde aan een gedachte gekoppeld die in wezen alleen aan zuivere liefde uit God is gekoppeld.
Een voorbeeld:
Stel de gedachte uit God is: Naastenliefde bewijzen. Het innerlijke wezen van deze gedachte is nut te bewijzen aan de naaste. Stel nu dat de mens hecht aan deze gedachte zelfliefde hecht, waardoor naastenliefde bewijzen niet meer omwille van het nut voor de naaste wordt gedaan, maar omwille van het nut voor zichzelf. Dan wordt de naastenliefde bv gedaan om aandacht te krijgen, om geprezen te worden, om er betere omzet mee te bereiken etc. De oorspronkelijke gedachte uit God is door dit proces vervormd geraakt en een valse gedachte geworden.
Alle gedachten komen dus in ons denken binnen en worden niet door onszelf gemaakt.
Toegegeven, dat ervaren we niet zo. Het is als een beeldscherm waarop allerlei beelden verschijnen terwijl iedereen weet dat die niet door het beeldscherm worden gemaakt maar ergens anders vandaan komen. Het beeldscherm geeft het slechts weer. Je kunt zeggen dat het intellect het beeldscherm is dat de binnen komende gedachten weergeeft.
De registratie door het intellect maakt binnenkomende gedachten alleen bewust. We maken de gedachten eigen en tot de onze door er onze liefde aan te hechten. We krijgen bv de gedachte iets onrechtmatig weg te nemen, niets aan de hand nog. Pas doordat we welgevallen hebben aan deze gedachte, er liefde voor voelen, maken we die tot deel van ons wezen.
Of we ook werkelijk overgaan tot stelen of niet maakt niets meer uit. Door het welgevallen aan deze gedachte zijn we al een dief. De liefde bepaald dus welke gedachten we ons eigen maken, en daarmee wie we zijn. Wat we ook denken, wat we ook aan invallen hebben is van geen invloed op wie we zijn. Pas door onze liefde er aan te hechten, ons welgevallen, onze voorkeur etc. worden het onze gedachten, en wordt het wie we zijn.
Intelligentie is a.h.w. de fotocamera waarmee we deze gedachten vastleggen.
Met deze mentale camera van intelligentie kunnen we een afbeelding maken, een gedachte registepreren. Het verkrijgen van een gedachte verloopt enigszins anders dan we denken. Een camera kan alleen maar registreren wat er zich voor de lens bevindt. En intelligentie kan ook alleen maar registreren wat er zich voor het geestesoog bevindt.
De mens wordt voortdurend beelden aangereikt om met de intelligentie te registreren. Beelden uit de omgeving, zoals meningen van anderen, en beelden uit de geestelijke wereld zoals innerlijk opduikende gedachten, ingevingen, intuïties e.d.
Oorspronkelijk komen alle gedachten van God. Alleen door de zelfzucht raken vele gedachten hun waarheid kwijt en en raken misvormd tot dwaasheid toe. Er wordt bv een zelfzuchtige liefde aan een gedachte gekoppeld die in wezen alleen aan zuivere liefde uit God is gekoppeld.
Een voorbeeld:
Stel de gedachte uit God is: Naastenliefde bewijzen. Het innerlijke wezen van deze gedachte is nut te bewijzen aan de naaste. Stel nu dat de mens hecht aan deze gedachte zelfliefde hecht, waardoor naastenliefde bewijzen niet meer omwille van het nut voor de naaste wordt gedaan, maar omwille van het nut voor zichzelf. Dan wordt de naastenliefde bv gedaan om aandacht te krijgen, om geprezen te worden, om er betere omzet mee te bereiken etc. De oorspronkelijke gedachte uit God is door dit proces vervormd geraakt en een valse gedachte geworden.
Alle gedachten komen dus in ons denken binnen en worden niet door onszelf gemaakt.
Toegegeven, dat ervaren we niet zo. Het is als een beeldscherm waarop allerlei beelden verschijnen terwijl iedereen weet dat die niet door het beeldscherm worden gemaakt maar ergens anders vandaan komen. Het beeldscherm geeft het slechts weer. Je kunt zeggen dat het intellect het beeldscherm is dat de binnen komende gedachten weergeeft.
De registratie door het intellect maakt binnenkomende gedachten alleen bewust. We maken de gedachten eigen en tot de onze door er onze liefde aan te hechten. We krijgen bv de gedachte iets onrechtmatig weg te nemen, niets aan de hand nog. Pas doordat we welgevallen hebben aan deze gedachte, er liefde voor voelen, maken we die tot deel van ons wezen.
Of we ook werkelijk overgaan tot stelen of niet maakt niets meer uit. Door het welgevallen aan deze gedachte zijn we al een dief. De liefde bepaald dus welke gedachten we ons eigen maken, en daarmee wie we zijn. Wat we ook denken, wat we ook aan invallen hebben is van geen invloed op wie we zijn. Pas door onze liefde er aan te hechten, ons welgevallen, onze voorkeur etc. worden het onze gedachten, en wordt het wie we zijn.
Gedachten zijn opgebouwd uit ideeën en begrippen. Elk micro-idee of begrip is gevat in de totale gedachten als een pixel in een foto. Een pixel maakt deel uit van de foto, maar is op zich zelf staand nog geen foto te noemen. Zo ook ideeën en begrippen. Ze maken deel uit van gedachten, maar zijn op zich zelf staand nog niet echt een gedachte te noemen, slecht een partikeltje ervan.
Intelligentie is a.h.w. de fotocamera waarmee we deze gedachten vastleggen.
Met deze mentale camera van intelligentie kunnen we een afbeelding maken, een gedachte registepreren. Het verkrijgen van een gedachte verloopt enigszins anders dan we denken. Een camera kan alleen maar registreren wat er zich voor de lens bevindt. En intelligentie kan ook alleen maar registreren wat er zich voor het geestesoog bevindt.
De mens wordt voortdurend beelden aangereikt om met de intelligentie te registreren. Beelden uit de omgeving, zoals meningen van anderen, en beelden uit de geestelijke wereld zoals innerlijk opduikende gedachten, ingevingen, intuïties e.d.
Oorspronkelijk komen alle gedachten van God. Alleen door de zelfzucht raken vele gedachten hun waarheid kwijt en en raken misvormd tot dwaasheid toe. Er wordt bv een zelfzuchtige liefde aan een gedachte gekoppeld die in wezen alleen aan zuivere liefde uit God is gekoppeld.
Een voorbeeld:
Stel de gedachte uit God is: Naastenliefde bewijzen. Het innerlijke wezen van deze gedachte is nut te bewijzen aan de naaste. Stel nu dat de mens hecht aan deze gedachte zelfliefde hecht, waardoor naastenliefde bewijzen niet meer omwille van het nut voor de naaste wordt gedaan, maar omwille van het nut voor zichzelf. Dan wordt de naastenliefde bv gedaan om aandacht te krijgen, om geprezen te worden, om er betere omzet mee te bereiken etc. De oorspronkelijke gedachte uit God is door dit proces vervormd geraakt en een valse gedachte geworden.
Alle gedachten komen dus in ons denken binnen en worden niet door onszelf gemaakt.
Toegegeven, dat ervaren we niet zo. Het is als een beeldscherm waarop allerlei beelden verschijnen terwijl iedereen weet dat die niet door het beeldscherm worden gemaakt maar ergens anders vandaan komen. Het beeldscherm geeft het slechts weer. Je kunt zeggen dat het intellect het beeldscherm is dat de binnen komende gedachten weergeeft.
De registratie door het intellect maakt binnenkomende gedachten alleen bewust. We maken de gedachten eigen en tot de onze door er onze liefde aan te hechten. We krijgen bv de gedachte iets onrechtmatig weg te nemen, niets aan de hand nog. Pas doordat we welgevallen hebben aan deze gedachte, er liefde voor voelen, maken we die tot deel van ons wezen.
Of we ook werkelijk overgaan tot stelen of niet maakt niets meer uit. Door het welgevallen aan deze gedachte zijn we al een dief. De liefde bepaald dus welke gedachten we ons eigen maken, en daarmee wie we zijn. Wat we ook denken, wat we ook aan invallen hebben is van geen invloed op wie we zijn. Pas door onze liefde er aan te hechten, ons welgevallen, onze voorkeur etc. worden het onze gedachten, en wordt het wie we zijn.
Intelligentie is a.h.w. de fotocamera waarmee we deze gedachten vastleggen.
Met deze mentale camera van intelligentie kunnen we een afbeelding maken, een gedachte registepreren. Het verkrijgen van een gedachte verloopt enigszins anders dan we denken. Een camera kan alleen maar registreren wat er zich voor de lens bevindt. En intelligentie kan ook alleen maar registreren wat er zich voor het geestesoog bevindt.
De mens wordt voortdurend beelden aangereikt om met de intelligentie te registreren. Beelden uit de omgeving, zoals meningen van anderen, en beelden uit de geestelijke wereld zoals innerlijk opduikende gedachten, ingevingen, intuïties e.d.
Oorspronkelijk komen alle gedachten van God. Alleen door de zelfzucht raken vele gedachten hun waarheid kwijt en en raken misvormd tot dwaasheid toe. Er wordt bv een zelfzuchtige liefde aan een gedachte gekoppeld die in wezen alleen aan zuivere liefde uit God is gekoppeld.
Een voorbeeld:
Stel de gedachte uit God is: Naastenliefde bewijzen. Het innerlijke wezen van deze gedachte is nut te bewijzen aan de naaste. Stel nu dat de mens hecht aan deze gedachte zelfliefde hecht, waardoor naastenliefde bewijzen niet meer omwille van het nut voor de naaste wordt gedaan, maar omwille van het nut voor zichzelf. Dan wordt de naastenliefde bv gedaan om aandacht te krijgen, om geprezen te worden, om er betere omzet mee te bereiken etc. De oorspronkelijke gedachte uit God is door dit proces vervormd geraakt en een valse gedachte geworden.
Alle gedachten komen dus in ons denken binnen en worden niet door onszelf gemaakt.
Toegegeven, dat ervaren we niet zo. Het is als een beeldscherm waarop allerlei beelden verschijnen terwijl iedereen weet dat die niet door het beeldscherm worden gemaakt maar ergens anders vandaan komen. Het beeldscherm geeft het slechts weer. Je kunt zeggen dat het intellect het beeldscherm is dat de binnen komende gedachten weergeeft.
De registratie door het intellect maakt binnenkomende gedachten alleen bewust. We maken de gedachten eigen en tot de onze door er onze liefde aan te hechten. We krijgen bv de gedachte iets onrechtmatig weg te nemen, niets aan de hand nog. Pas doordat we welgevallen hebben aan deze gedachte, er liefde voor voelen, maken we die tot deel van ons wezen.
Of we ook werkelijk overgaan tot stelen of niet maakt niets meer uit. Door het welgevallen aan deze gedachte zijn we al een dief. De liefde bepaald dus welke gedachten we ons eigen maken, en daarmee wie we zijn. Wat we ook denken, wat we ook aan invallen hebben is van geen invloed op wie we zijn. Pas door onze liefde er aan te hechten, ons welgevallen, onze voorkeur etc. worden het onze gedachten, en wordt het wie we zijn.